31 559
Intrekking van de Invoeringswet Wet werk en bijstand

nr. 8
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 oktober 2008

Hierbij bied ik u een nota van wijziging (kamerstuk 31 559, nr. 9) inzake het voorstel van wet tot intrekking van de invoeringswet Wet werk en bijstand (31 559) aan.

Op 7 oktober 2008 heeft uw Kamer gestemd over het voorstel van wet tot wijziging van de Wet werk en bijstand (WWB) in verband met decentralisering van de langdurigheidstoeslag en op bevordering van maatschappelijke participatie gerichte ondersteuning van huishoudens met schoolgaande kinderen (Kamerstukken 31 441).

Het wetsvoorstel is aanvaard door uw Kamer en is inmiddels in behandeling bij de Eerste Kamer. Bij de stemming over het wetsvoorstel is onderdeel E van het wetsvoorstel echter niet aanvaard. Onderdeel E bevatte een nieuw artikel 36 in de WWB dat het recht op langdurigheidstoeslag regelt. Daarmee vormde onderdeel E een voor de invoering van de langdurigheidstoeslag onmisbare bepaling. De hierbij gevoegde nota van wijziging regelt het herstel van onderdeel E van wetsvoorstel 31 441 (wijziging van de Wet werk en bijstand (WWB) in verband met decentralisering van de langdurigheidstoeslag en op bevordering van maatschappelijke participatie gerichte ondersteuning van huishoudens met schoolgaande kinderen). Aangezien over wetsvoorstel 31 559 (intrekking van de Invoeringswet Wet werk en bijstand) nog stemming moet plaatsvinden in uw Kamer, kan langs deze weg het nieuwe artikel 36 WWB, waarin het amendement Spies cs. (Kamerstukken II 2007/08, 31 441, nr. 12) is verwerkt, andermaal bij uw Kamer in stemming worden gebracht.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. Aboutaleb

Naar boven