nr. 1
BRIEF VAN HET PRESIDIUM
Aan de leden
’s-Gravenhage, 25 juni 2008
De gemengde commissie van toezicht op de Griffie voor de interparlementaire
betrekkingen heeft zich verenigd met bijgevoegd voorstel (nr. 2) tot
wijziging van het Reglement voor de Griffie voor de interparlementaire betrekkingen
der Staten-Generaal.
Het wijzigingsvoorstel moet ingevolge artikel 23, eerste lid van het Reglement
van Orde worden vastgesteld door beide Kamers.
Met inachtneming van het bepaalde in Artikel 153 van het Reglement van
Orde zend ik U hiermee tevens een voorstel tot wijziging van het Reglement
van Orde toe.
Het Presidium stelt de Kamer voor in te stemmen met het Reglement voor
de Griffie interparlementaire betrekkingen der Staten-Generaal en het daarmee
verband houdende voorstel tot wijziging van het Reglement van Orde (nr. 3).
De voorstellen zijn van eenvoudige aard. Conform artikel 153, 3e lid van
het Reglement van Orde, kan de behandeling derhalve zonder vooronderzoek plaatsvinden.
Ik stel voor om in onderling overleg tussen beide Kamers te streven naar
inwerkingtreding op 1 juli 2008.
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
G. A. Verbeet
De Griffier van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
J. E. Biesheuvel-Vermeijden
BIJLAGE 1 ’s-Gravenhage, 24 juni 2008
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
De Gemengde Commissie van Toezicht op de Griffie voor de interparlementaire
betrekkingen heeft, nadat zij bij brief van de Huishoudelijke Commissie van
6 mei 2008 en bij brief namens het Presidium van 24 april 2008 had
kennis genomen van de instemming van beide organen van de Kamers met de overgang
van het bevoegde gezag over de griffie voor de Interparlementaire Betrekkingen
naar de Tweede Kamer en met de voorstellen tot wijziging van de Reglementen
van Orde van de beide Kamers en het Reglement voor de Griffie voor de interparlementaire
betrekkingen, deze voorstellen en voornemens voorgelegd aan de Ondernemingsraad
van de Tweede Kamer met het verzoek advies uit te brengen.
De Ondernemingsraad heeft op donderdag 19 juni 2008 over de genoemde
voorstellen en voorgenomen besluiten positief advies uitgebracht. Dit advies
is als bijlage bij deze brief gevoegd.
In haar brieven van 29 mei jl aan de Griffiers van de Kamers heeft
de Gemengde Commissie de wens uitgesproken de overgang van het bevoegde gezag
en de daarmee samenhangende wijzigingen in de genoemde reglementen met ingang
van 1 juli 2008 hun beslag te laten krijgen. Met het oog daarop moge
ik u namens de Gemengde Commissie verzoeken het daarheen te leiden dat de
Kamers uiterlijk op 1 juli as. over de voorgestelde wijzigingen van de
Reglementen van Orde en het Reglement voor de Griffie voor de interparlementaire
betrekkingen plenair besluiten. De desbetreffende voorstellen zijn als bijlage
bijgevoegd.
Namens de Gemengde Commissie van Toezicht op de Griffie voor de interparlementaire
betrekkingen dank ik u voor uw medewerking.
Met gevoelens van hoogachting,
De voorzitter van de Gemengde Commissie van Toezicht op de Griffie voor
de interparlementaire betrekkingen,
Weekers
BIJLAGE 2 Aan de heer F. H. H. Weekers, voorzitter van de Gemengde
commissie van Toezicht op de Griffie Interparlementaire Betrekkingen
Den Haag, 24 juni 2008
Geachte heer Weekers,
In reactie op uw brief van 29 mei 2008 en het met u gehouden overleg
op 19 juni 2008, over het voornemen het bevoegd gezag over de Griffie
Interparlementaire Betrekkingen (IB) over te dragen aan het bevoegd gezag
van de Tweede Kamer, berichten wij u het volgende.
De Ondernemingsraad van de Tweede Kamer, die in dezen op verzoek van de
medewerkers van de Griffie IB optreedt als zijnde het vertegenwoordigende
medezeggenschapsorgaan, is positief over het voornemen de Griffie IB, op zeer
korte termijn, onder te brengen bij de Tweede Kamer.
Doorslaggevend voor het positieve oordeel zijn de navolgende elementen:
De Griffie IB zal vooralsnog als zelfstandige en zichtbare entiteit direct
onder de Griffier van de Tweede Kamer wordt geplaatst.
Rond de daadwerkelijke overdracht van het bevoegd gezag zal de nodige
aandacht worden gegeven aan publiciteit en communicatie. Daarbij verdient
het zeker ook een aanbeveling de werkzaamheden van de medewerkers van de Griffie
IB onder het voetlicht te brengen; het is de Ondernemingsraad gebleken dat
maar weinig mensen goed op de hoogte zijn van dat wat de Griffie IB doet en
bijdraagt aan het (politieke)proces.
Met het bevoegd gezag van de Tweede Kamer zal de Ondernemingsraad zich
verder nog onderhouden over de wenselijkheid van het opstellen van een Dienstverleningsovereenkomst
(DVO) met de Eerste Kamer.
Te zijner tijd zal eveneens met het bevoegd gezag van de Tweede Kamer
nog nader van gedachten worden gewisseld over de wenselijkheid van het wel
of niet realiseren van een Dienst Ondersteuning Internationaal (DOI).
Wij vertrouwen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd en verblijven.
Met vriendelijke groet,
P. A. M. van Goch,
Voorzitter Ondernemingsraad
Tweede Kamer der Staten-Generaal