nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is boek 2 van
het Burgerlijk Wetboek aan te passen aan Richtlijn 2006/46/EG van het Europees
Parlement en de Raad van 14 juni 2006, tot wijziging van de Richtlijnen
78/660/EEG van de Raad betreffende de jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen,
83/349/EEG van de Raad betreffende de geconsolideerde jaarrekening, 86/635/EEG
van de Raad betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening
van banken en andere financiële instellingen en 91/674/EEG van de Raad
betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van verzekeringsondernemingen
(PbEU L 224);
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 381 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er worden twee leden toegevoegd, die luiden:
2. Tevens wordt vermeld wat de aard, het zakelijk doel en de financiële
gevolgen van niet in de balans opgenomen regelingen van de rechtspersoon zijn,
indien de risico’s of voordelen die uit deze regelingen voortvloeien
van betekenis zijn en voor zover de openbaarmaking van dergelijke risico’s
of voordelen noodzakelijk is voor de beoordeling van de financiële positie
van de rechtspersoon.
3. Vermeld wordt welke van betekenis zijnde transacties door de rechtspersoon
niet onder normale marktvoorwaarden met verbonden partijen zijn aangegaan,
de omvang van die transacties, de aard van de betrekking met de verbonden
partij, alsmede andere informatie over die transacties die nodig is voor het
verschaffen van inzicht in de financiële positie van de rechtspersoon.
Informatie over individuele transacties kan overeenkomstig de aard ervan worden
samengevoegd, tenzij gescheiden informatie nodig is om inzicht te verschaffen
in de gevolgen van transacties met verbonden partijen voor de financiële
positie van de rechtspersoon. Vermelding van transacties tussen twee of meer
leden van een groep kan achterwege blijven, mits dochtermaatschappijen die
partij zijn bij de transactie geheel in eigendom zijn van een of meer leden
van de groep.
B
In artikel 391 lid 5 komt de tweede volzin te luiden: Deze voorschriften
kunnen in het bijzonder betrekking hebben op naleving van een in de algemene
maatregel van bestuur aan te wijzen gedragscode en op de inhoud, de openbaarmaking
en het accountantsonderzoek van een verklaring inzake corporate governance.
C
Aan artikel 393 lid 5 wordt, onder verlettering van onderdeel e tot f,
een onderdeel toegevoegd, dat luidt:
e. een vermelding van de gebleken tekortkomingen naar aanleiding
van het onderzoek overeenkomstig lid 3 of het jaarverslag overeenkomstig deze
titel is opgesteld en of de in artikel 392 lid 1, onder b tot en met g, vereiste
gegevens zijn toegevoegd.
D
In artikel 396 lid 5 komt de laatste volzin te luiden: De artikelen 380,
381 leden 2 en 3, 381b, aanhef en onder a, en 383 lid 1 zijn niet van toepassing.
E
In artikel 397 wordt, onder vernummering van de leden 6 en 7 tot leden
7 en 8, een lid ingevoegd, dat luidt:
6. De informatie die ingevolge artikel 381 lid 2 moet worden vermeld,
wordt beperkt tot informatie over de aard en het zakelijk doel van de aldaar
genoemde regelingen. Artikel 381 lid 3 is niet van toepassing, tenzij de rechtspersoon
een naamloze vennootschap is, in welk geval de vermelding als bedoeld in artikel
381 lid 3 beperkt is tot transacties die direct of indirect zijn aangegaan
tussen de vennootschap en haar voornaamste aandeelhouders en tussen de vennootschap
en haar leden van het bestuur en van de raad van commissarissen.
F
Artikel 421 lid 4 wordt als volgt gewijzigd:
1. De zinsnede «Artikel 381, eerste volzin» wordt vervangen
door: Artikel 381 lid 1, eerste volzin.
2. Aan het lid wordt een zin toegevoegd, die luidt: Artikel 381 leden
2 en 3 is niet van toepassing.
ARTIKEL II
De artikelen van deze wet zijn van toepassing op jaarrekeningen en jaarverslagen
die worden opgesteld over de boekjaren die zijn aangevangen op of na 1 januari
2008.
ARTIKEL III
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie,