Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 november 2022
De Europese Commissie heeft in de zomer van 2021 een pakket van wetgevende voorstellen
uitgebracht ter voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor witwassen
en het financieren van terrorisme (AML/CFT). Onderdeel van dat pakket is een verordening
ter oprichting van een nieuwe Europese AML/CFT toezichthouder, de Anti-Money Laundering Authority (AMLA).
Het kabinet heeft een verkenning uit laten voeren naar de kosten en baten van de mogelijke
vestiging van AMLA in Nederland. Hierover heb ik u, mede namens de Minister van Justitie
en Veiligheid, met mijn brief van 30 mei jl. geïnformeerd.1 Naar aanleiding van de verkenning zijn de voorbereidingen voor een competitief bod
en de besluitvorming om tot een bod over te gaan gestart. Ik heb daarbij toegezegd
uw Kamer dit najaar te informeren. Hierbij informeer ik u, mede namens de Minister
van Justitie en Veiligheid en de Minister van Buitenlandse Zaken, over de stand van
zaken.
Dit voorjaar is een projectteam gestart dat heeft gewerkt aan een mogelijk bod. Tevens
is een analyse gemaakt van de sterke en zwakke kanten van een mogelijke Nederlandse
kandidatuur voor het huisvesten van AMLA. Uit deze krachtenveldanalyse blijkt dat
Nederland inhoudelijk een sterk bod kan doen. Zo hebben we bijvoorbeeld veel ervaring
met het huisvesten van Europese en internationale organisaties, heeft Nederland een
aantrekkelijk vestigingsklimaat (onder andere goede infrastructuur, centrale ligging,
aanbod internationale scholen, hoogopgeleide bevolking) en is de inhoudelijke synergie
met Europol en Eurojust een pluspunt. Uit de analyse blijkt echter ook dat de gunfactor
voor Nederland als vestigingsland voor AMLA bij andere lidstaten nu laag is.
Het kabinet heeft geconstateerd dat, ook gelet op de te verwachten stevige concurrentie,
een intensieve lobbycampagne met volledige inzet nodig zou zijn om de andere lidstaten
te kunnen overtuigen. In de prioritering van werkzaamheden voor de grote internationale
dossiers die nu spelen heeft de acquisitie van AMLA niet voldoende prioriteit om een
dergelijke inzet waar te maken. Hoewel vestiging van AMLA in Nederland zou passen
binnen het gastlandbeleid (werving en behoud van internationale organisaties) heeft
het kabinet besloten om af te zien van een Nederlands bod voor de vestiging van AMLA
in Nederland. Ik heb er vertrouwen in dat andere kandidaten een sterk bod kunnen uitbrengen
zodat AMLA op een locatie wordt gevestigd die tegemoetkomt aan wat de autoriteit nodig
heeft om snel en goed te kunnen functioneren, in het belang van de Europese burger.
De Minister van Financiën,
S.A.M. Kaag