31 444 D
Jaarverslag en slotwet Fonds Economische Structuurversterking 2007

nr. 6
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 17 juni 2008

De vaste commissie voor Economische Zaken1 heeft over rapport van de Algemene Rekenkamer bij het jaarverslag 2007 van het Fonds Economische Structuurversterking 2007 (Kamerstuk 31 444 D, nr. 2) de navolgende vragen ter beantwoording aan de regering voorgelegd.

Deze vragen, alsmede de daarop op 17 juni 2008 gegeven antwoorden, zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Kraneveldt-van der Veen

De griffier van de commissie,

Franke 1

1

Kunnen de Fes-uitgaven buiten de reguliere rechtmatigheidcontrole vallen? Kan de regering uitgebreid aangeven hoe de rechtmatigheid van de Fes-uitgaven bij de ministeries gecontroleerd wordt? Hoe wil de regering lacunes in controle opvullen?

Het Fonds Economische Structuurversterking (hierna te noemen Fes) is een verdeelfonds, dat wordt ingezet voor de financiering van investeringsprojecten die van nationaal belang zijn en beogen de economische structuur te versterken.

Ten laste van het fonds komen geen directe betalingen aan projecten. De uitgaven geschieden in de vorm van bijdragen aan de begrotingen van de uitvoerende vakdepartementen. Deze departementen zijn verantwoordelijk voor de rechtmatigheid en doelmatigheid van de projectuitgaven enontvangsten, die met het Fes worden verrekend, inclusief de accountantscontrole daarop als onderdeel van het departementale jaarverslag. De accountantscontrole is voorgeschreven in de Comptabiliteitswet en vindt plaats conform de interdepartementaal afgesproken controlemethodiek, die is vastgelegd in het Handboek Auditing Rijksoverheid. De Rekenkamer reviewt jaarlijks de controle door de auditdiensten. De uitkomsten van deze accountantscontrole worden opgenomen in de jaarlijkse controlerapportages uit hoofde van de wettelijke controle van het departementale jaarverslag.

Het vakdepartement stelt jaarlijks een verrekenstuk op voor de in dat jaar verrichte uitgaven, die dan op het eind van het jaar met het Fes worden verrekend. De auditdienst van het vakdepartement onderzoekt of de in het verrekenstuk en de bijlagen opgenomen bedragen overeenstemmen met de administratie van het betrokken begrotingshoofdstuk of begrotingsfonds ten tijde van de opstelling van het verrekenstuk. De Fes-beheerder ontvangt van de auditdiensten een rapportage van de uitkomst van deze controle.

Daarnaast vragen de Fes-beheerders de departementen expliciet assurance over de Fes-waardigheid van de met het Fes verrekende bedragen. Onder Fes-waardigheid wordt verstaan, dat deze in overeenstemming zijn met de toezegging, die door het Kabinet is gedaan en zoals deze is verwoord in de toezeggingsbrief.

De hiervoor beschreven controlestructuur is vastgelegd in het controleprotocol dat de Fes-beheerders de vakdepartementen sturen als onderdeel van de jaarlijkse aanschrijving voor de financiële verantwoording. Dit protocol is in 2007 geactualiseerd, waarbij de auditdiensten van alle vakdepartementen betrokken zijn geweest. De verantwoordelijkheid voor de controle van de rechtmatigheid van alle Fes-uitgaven is daarmee duidelijk gecommuniceerd en valt dus onder de reguliere accountantscontrole.

De conclusie is dat de huidige controlestructuur voldoende waarborgen biedt voor de rechtmatigheid van de Fes-uitgaven. Conform de Comptabiliteitswet controleren de auditdiensten de jaarverslagen van de departementen, waarvan de Fes-uitgaven deel uitmaken. Daarnaast leveren de auditdiensten assurance over zowel de aansluiting van de met het Fes verrekende bedragen met de departementale administraties als over de Fes-waardigheid. Deze structuur is sluitend en bevat geen lacunes.

2

Kan de regering, gegeven dat de minister van Economische Zaken de door de Algemene Rekenkamer genoemde risico’s niet herkent, kwantitatief de kosten en baten aangeven van de huidige manier van controleren?

Zoals bij het antwoord van vraag 1 aangegeven, wordt de controle op de rechtmatigheid en de Fes-waardigheid van de Fes-uitgaven uitgevoerd door de departementale auditdiensten en hebben de Fes-beheerders geen inzicht in de daarvoor door de departementen gemaakte kosten. Hetzelfde geldt voor de baten van de huidige manier van controleren. Deze baten betreffen de juistheid en de volledigheid van de informatie rondom het Fes en zijn niet objectief te kwantificeren.


XNoot
1

1

 Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), Schreijer-Pierik (CDA), Vendrik (GL), Ten Hoopen (CDA), Kortenhorst (CDA), Hessels (CDA), ondervoorzitter, Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), Aptroot (VVD), Smeets (PvdA), Samsom (PvdA), Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), voorzitter, Irrgang (SP), Jansen (SP), Biskop (CDA), Ortega-Martijn (CU), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Van der Burg (VVD), Graus (PVV), Zijlstra (VVD), Besselink (PvdA), Gesthuizen (SP), Ouwehand (PvdD) en Vos (PvdA). Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Van Dijk (CDA), Duyvendak (GL), Aasted-Madsen-van Stiphout (CDA), Van Gennip (CDA), De Rouwe (CDA), Koşer Kaya (D66), Ulenbelt (SP), Blok (VVD), Boelhouwer (PvdA), Kalma (PvdA), Weekers (VVD), Van Dam (PvdA), Karabulut (SP), Luijben (SP), De Nerée tot Babberich (CDA), Cramer (CU), Atsma (CDA), De Krom (VVD), Madlener (PVV), Nicolaï (VVD), Blom (PvdA), Gerkens (SP), Thieme (PvdD) en Heerts (PvdA).

Naar boven