Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 september 2025
Middels deze brief wil ik u informeren over drie gegrond verklaarde fraudemeldingen
bij contractpartners van mijn Ministerie. Conform de afspraak die tijdens de Begrotingsbehandeling
2021 is gemaakt, informeer ik uw Kamer tussentijds middels een Kamerbrief op geanonimiseerde
basis over gegrond verklaarde fraudezaken met een (Nederlandse) financiële impact
van minimaal € 100.000. Dit naast het jaarlijkse reguliere overzicht in een bijlage
bij het Jaarverslag Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp.
24–096 – Jordanië
In 2024 heeft mijn Ministerie onregelmatigheden geconstateerd bij een mede door het
Ministerie gefinancierde organisatie. Op basis van de uitkomsten van een accountantsonderzoek
is geconcludeerd dat er sprake is van fraude.
Uit het accountantsonderzoek is gebleken dat een bedrag van EUR 294.106 is verduisterd.
Banktegoeden werden weggesluisd, waarna deze middelen voor privédoeleinden zijn aangewend.
Aangezien het Ministerie niet de enige financier is, bedraagt het Nederlandse aandeel
hierin EUR 185.785.
De organisatie heeft het verduisterde bedrag volledig terugbetaald, waardoor er geen
financiële schade is voor het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Tegen de pleger van
de fraude zijn door de organisatie juridische stappen ondernomen.
Gezien het verlies aan vertrouwen in de organisatie is de samenwerking definitief
beëindigd.
25–019 – Mali
In 2025 heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken van een contractpartner vernomen
dat er een accountantsonderzoek is gestart naar één van de uitvoerende organisaties
van deze partner. Op basis van de uitkomsten van een accountantsonderzoek is geconcludeerd
dat er sprake is van fraude.
Uit het accountsonderzoek is gebleken dat medewerkers van de uitvoerende organisatie
voor een bedrag van EUR 124.958 hebben gefraudeerd bij aanbestedingen en bij de uitbetaling
aan begunstigden. Dit is tevens het Nederlandse aandeel, aangezien het Ministerie
van Buitenlandse Zaken de enige donor is.
De betrokken medewerkers zijn ontslagen. Het programma loopt eind juli 2025 af en
er is geen intentie om het programma met de betreffende uitvoerende organisatie te
verlengen. De contractpartner heeft het verduisterde bedrag volledig terugbetaald,
waardoor er geen financiële schade is voor het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
25–037 – Irak
In 2025 heeft een contractpartner van het Ministerie van Buitenlandse Zaken gemeld
dat er sprake is van fraude bij hun landenkantoor in Irak.
Uit documentatie van een medewerker van het landenkantoor is gebleken dat deze EUR
335.000 heeft verduisterd. Dit bedrag staat gelijk aan het Nederlandse aandeel, aangezien
het Ministerie de enige donor is.
De contractpartner zal het gehele verduisterde bedrag terugbetalen, waardoor er geen
financiële schade is voor het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De contractpartner
heeft maatregelen getroffen om een herhaling te voorkomen. Daarnaast zijn de financiële
procedures en afspraken met alle landenkantoren van deze organisatie aangescherpt.
De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
A. de Vries