31 379 CITES handhaving

Nr. 13 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 april 2012

Hierbij reageer ik op uw verzoek van 21 maart 2012 om een brief naar de Kamer te sturen betreffende het gezamenlijke standpunt dat Nederland met de EU zal innemen op de jaarlijke CITES-conferentie in juni 2012.

Er is hier echter sprake van een misverstand. Van 3–15 maart 2013 vindt de volgende CITES-conferentie plaats in Bangkok (Thailand). Dit is de Conference of the Parties (CoP), die dan voor de 16e keer plaatsvindt. Deze bijeenkomsten met alle partijstaten vinden eens in de 2 à 3 jaar plaats. Er is geen jaarlijkse CITES-conferentie.

In de aanloop van de CoP 16 vindt van 23–27 juli 2012 een vergadering plaats van het Standing Committee (SC) van CITES in Genève. Nederland is geen lid van de Standing Committee. Op dit moment zijn vanuit Europa Bulgarije, Noorwegen, Oekraïne en het Verenigd Koninkrijk lid van het SC; plaatsvervangende leden zijn respectievelijk Italië, België, de Russische Federatie en Tsjechië. Nederland heeft als partijstaat het recht om een waarnemer te sturen naar het SC.

De lidstaten van de EU die in het SC zitting hebben, zijn onafhankelijk, maar als de agenda van het SC bekend is, wordt deze binnen de EU besproken.

De Europese Commissie is zelf geen lid van CITES. Wel wordt met alle EU-lidstaten een gezamenlijk standpunt bepaald. Dit geldt voor de Conference of the Parties, niet voor het SC. De agenda voor deze conferentie wordt in oktober 2012 vastgesteld door het CITES-Secretariaat.

Ik verwacht dat ik in november 2012 met uw Kamer kan overleggen over de standpuntbepaling van Nederland met de EU voor de CITES CoP 16.

Tevoren zal ik u de agenda en mijn voorlopige inzet daarbij toesturen. Daarbij zal ik de mening van de NGO’s betrekken.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker

Naar boven