31 371 Kredietcrisis

Nr. 372 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 november 2012

In de Miljoenennota heeft mijn ambtsvoorganger u gemeld dat de Staat in gesprek is met ING en de Europese Commissie over de staatssteun die ING in 2008 en 2009 heeft ontvangen. Bij deze wil ik u informeren over het akkoord dat de Staat en ING hebben gesloten met de Commissie over de herstructurering die ING moet doen en de terugbetaling van de nog uitstaande Core Tier 1 securities.

De gesprekken met de Commissie hebben een economische en een juridische aanleiding. ING is altijd volledig gecommitteerd geweest aan de uitvoering van de overeengekomen herstructurering en de terugbetaling van de staatssteun. ING heeft reeds grote stappen gezet in de uitvoering van de herstructurering en heeft reeds 70% van de kapitaalinjectie terugbetaald. Door de omstandigheden op de financiële markten was er echter aanleiding om tot wijziging van de tijdslijnen te komen.

Daarnaast had het Gerecht van de Europese Unie op 2 maart jl. uitspraak gedaan in het beroep dat de Staat en ING tegen het herstructureringsbesluit van de Commissie uit 2009 had ingesteld. Over dit beroep bent u geïnformeerd bij brief van 28 januari 2010 (Kamerstuk 31 371, nr. 308). Het Gerecht heeft, kort gezegd, geoordeeld dat de Commissie onvoldoende heeft onderbouwd dat de vervroegde terugkoopmogelijkheid voor ING (waarbij ING 50% van de kapitaalinjectie tegen aangepaste voorwaarden kon aflossen) als extra staatssteun was aan te merken. Het Gerecht concludeert in haar uitspraak dat vaststelling van de totale omvang van de staatssteun door de Commissie onvoldoende is gemotiveerd. Om deze reden heeft het Gerecht het besluit uit 2009 vernietigd.

De Commissie heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van het Gerecht.

Na de uitspraak van het Gerecht heeft de Commissie op 11 mei jl. twee besluiten genomen. Ten eerste een nieuw herstructureringsbesluit om het vernietigde besluit uit 2009 te vervangen. Ten tweede heeft de Commissie een besluit genomen tot opening van de procedure bij ING. Deze (onderzoeks)procedure ziet op drie onderwerpen, te weten (i) het alternatief voor de verplichting van ING om Westland Utrecht Bank (WUB) te verkopen, (ii) een klacht over het prijsgedrag van ING in Italië en (iii) de vergoeding die de Staat krijgt voor de kapitaalinjectie. Deze vergoeding is onder andere afhankelijk van het moment waarop ING de kapitaalinjectie terugbetaalt, zodat de aflossingen die ING nog moet doen onderdeel zijn van de procedure die de Commissie heeft geopend. Bovenstaande onderwerpen zijn betrokken in de gesprekken met de Commissie.

De Staat, ING en de Commissie hebben een akkoord bereikt over deze onderwerpen en over andere aspecten van het herstructureringsplan van ING die aanpassing behoefden. Er is afgesproken dat ING meer tijd krijgt om de met de Commissie afgesproken herstructurering van het concern uit te kunnen voeren. Het gaat dan om het afstoten van onderdelen van ING Insurance en ING Investment Management.

Tevens is de Commissie akkoord met het alternatief voor de verkoop van het onderdeel WUB. De commerciële activiteiten van WUB zullen worden samengevoegd met de nieuwe bank van Nationale Nederlanden (NN Bank) en zullen worden gedesinvesteerd als onderdeel van ING Insurance Europe. NN Bank zal over een breed spectrum producten aanbieden aan retail-klanten en daarmee de concurrentie op de Nederlandse financiële markt bevorderen. Er zijn tevens maatregelen afgesproken die er voor moeten zorgen dat NN Bank een concurrerende speler op de markt wordt.

Ook is er met de Commissie gesproken over de gedragsbeperkingen die aan ING zijn opgelegd. Afgesproken is om de prijsleiderschapsbeperkingen op de Nederlandse markt te beëindigen. De prijsleiderschapsbeperkingen buiten Nederland en de overnamebeperkingen van ING worden verlengd tot uiterlijk november 2015. Over de concrete toepassing van deze gedragsbeperkingen zijn afspraken gemaakt die rekening houden met de marktomstandigheden.

De Nederlandse Staat heeft in de gesprekken vastgehouden aan de in de begroting opgenomen terugbetaling van € 4,5 miljard. ING zal de betalingen van in totaal € 4,5 miljard verspreid over de periode 2012–2015 doen in tranches van € 1,125 miljard per jaar. Dit zal leiden tot een totaal rendement van in ieder geval 12,5% op de kapitaalinjectie van de Staat in ING. De betaling door ING van de eerste tranche van € 1,125 miljard wordt op zeer korte termijn verwacht. Betaling zal worden vormgegeven volgens de mogelijkheden die het contract biedt: aflossing plus 50% premie, couponnen (bij de aflossing en indien ING dividend betaalt aan haar aandeelhouders) en/of door voor een deel van de resterende securities de conversieoptie te gebruiken waarbij de Staat heeft afgesproken dan te kiezen voor de nominale waarde in contanten. Dus hoewel de opbouw van de betaling kan verschillen, is het uiteindelijke resultaat dat de Staat – conform de opgave in de begroting van Financiën – € 4,5 miljard in contanten ontvangt. Indien financiële omstandigheden dit toelaten, zal ING de aflossing versnellen. Voor elke aflossing dient DNB goedkeuring te verlenen teneinde te waarborgen dat de beoogde terugbetaling prudentieel verantwoord is. De betalingen dragen bij aan de doelstelling om de staatsschuld te verlagen. De verwachte opbrengsten als gevolg van deze afspraken zijn reeds verwerkt in de Miljoenennota 2013 en de begroting van Financiën. Deze ramingen behoeven vooralsnog geen aanpassing.

Het akkoord zal worden vastgelegd in een nieuw besluit van de Commissie over de steun aan ING waarmee ook de genoemde (onderzoeks)procedure zal worden gesloten. Met de Commissie is afgesproken dat, gezien de afspraken en de bereikte overeenstemming, er dan geen juridische procedures meer zullen worden gevoerd die invloed kunnen hebben op dit besluit. Dit betekent dat de Staat en ING hun beroep tegen het nieuwe herstructureringsbesluit van 11 mei jl. zullen intrekken zodra het akkoord formeel is bevestigd. De Commissie zal nog wel op technische gronden haar beroep tegen de uitspraak van het Gerecht van 2 maart jl. doorzetten, maar dit zal geen gevolgen hebben voor het nu gesloten akkoord en het nieuwe besluit, ongeacht of de Commissie gelijk krijgt bij haar beroep of niet.

Het doel van de Staat is altijd geweest om haar investeringen in de financiële sector uit 2008 zo snel mogelijk terug te krijgen tegen een gepast rendement. Voor de Staat is met het akkoord dan ook met name geborgd dat de belastingbetaler op gepaste wijze wordt beloond voor de steun die zij ING in 2008 heeft gegeven. Tevens voorziet dit akkoord in ruimte voor ING om de terugbetaling en desinvesteringen te laten plaatsvinden in een tempo dat meer rekening houdt met de gewijzigde marktomstandigheden. Met het bereiken van dit akkoord heeft ING meer zekerheid over de uitvoering van haar strategie en de mogelijkheid om de ontvangen Staatssteun op verantwoorde wijze terug te betalen.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Financiën, J. R. V. A. Dijsselbloem

Naar boven