nr. 6
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG
De regering heeft met belangstelling kennis genomen van het verslag van
de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken betreffende het onderhavige voorstel
van rijkswet. De in het verslag gestelde vragen en gemaakte opmerkingen worden
hieronder in dezelfde volgorde behandeld.
ALGEMEEN
De leden van de fractie van het CDA vragen welke kosten gepaard gaan met
het vervangen van de huidige schriftelijke bekendmaking door elektronische
bekendmaking. Wegen deze kosten op tegen de besparing door het afschaffen
van de schriftelijke versie van het Tractatenblad?
Ten behoeve van de elektronische publicatie van Staatsblad, Staatscourant
en Tractatenblad is een publicatiesysteem gebouwd. De totale investeringskosten
bedragen ca. 9 mln. De elektronische publicatie van de drie genoemde bladen
levert ten opzichte van de gedrukte publicaties jaarlijks een besparing op
van 8 mln. Gezien het gemeenschappelijke karakter van het publicatiesysteem
is het niet mogelijk om voor het Tractatenblad afzonderlijk een verhouding
tussen investering en besparing vast te stellen.
De leden van de CDA-fractie stellen enkele vragen over de mogelijkheid
om een schriftelijk afschrift te krijgen van het Tractatenblad. Zij willen
graag weten wat concreet de «verstrekkingskosten» zijn die gepaard
gaan met het verkrijgen van een afschrift, of de kosten overeenkomen met de
huidige abonnementskosten van € 0,14 per pagina en of de van kracht
zijnde verdragen ook op een overzichtelijke en betaalbare manier in schriftelijke
vorm beschikbaar zullen blijven.
Op verzoek wordt een papieren afschrift verstrekt tegen ten hoogste de
kosten van het maken van het afschrift. Hierbij wordt uitgegaan van de kostprijs
van het vervaardigen van een afdruk of kopie, niet van de kosten van het verzamelen
en beoordelen van het verzoek. Het ligt niet in de rede dat deze kosten meer
zullen bedragen dan het huidige paginatarief, dat overigens € 0,15
bedraagt. Een verzoek om een afschrift zal op eenvoudige wijze kunnen worden
gedaan, waarbij ook duidelijk zal zijn waar het moet worden ingediend.
Verdragsteksten zijn niet makkelijk vast te stellen aan de hand van Tractatenbladen,
omdat elke wijziging van een verdragstekst wordt opgenomen in een nieuw Tractatenblad.
Voor sommige verdragen moeten meerdere Tractatenbladen achter elkaar worden
gelegd om achter de geldende tekst te komen. Dit kan, zoals bijvoorbeeld bij
de wijziging van de EU- en EG-verdragen door het Verdrag van Lissabon, een
bijzonder ingewikkelde exercitie zijn. Omdat er behoefte bestaat aan overzichtelijke
geldende verdragsteksten, inclusief al hun wijzigingen, zullen in de toekomst
alle «geconsolideerde» verdragsteksten conform de voorgestelde
wijziging van de Rijkswet elektronisch beschikbaar worden gesteld. Op dit
moment worden van deze niet-officiële digitale teksten, voor zover ze
voorhanden zijn, geen schriftelijke versies verstrekt en het is niet de bedoeling
om daar onder het nieuwe regime toe over te gaan.
Dezelfde leden vragen of een aanvrager het afschrift ook toegezonden kan
krijgen en of het mogelijk zal zijn om een abonnement op de afschriften te
nemen.
Desgewenst zal het afschrift per post worden toegezonden, waarbij overigens
verzendkosten in rekening kunnen worden gebracht. Het verzoek om een afschrift
moet betrekking hebben op reeds verschenen Tractatenbladen; er zal geen abonnementenadministratie
worden gevoerd. Er zijn op dit moment buiten het ministerie van Buitenlandse
Zaken nog slechts een zestigtal abonnees. Ook bij ongewijzigd beleid zal het
aantal abonnees blijven slinken. Geconcludeerd moet worden dat het abonnement
op een gedrukt blad met betrekking tot kosten en gebruiksgemak niet kan concurreren
met de permanente online-beschikbaarheid van alle Tractatenbladen.
De leden van de CDA-fractie vragen de regering om gedurende een periode
van twee jaar het principe van nevenschikking toe te passen op papieren en
elektronische publicatie omdat voorkomen moet worden dat de rechtsgeldigheid
van regels in twijfel kan worden getrokken.
Juist om te voorkomen dat de rechtsgeldigheid van regels in twijfel kan
worden getrokken wijst de regering het principe van nevenschikking op dit
gebied af. Doordat een bepaalde tekst slechts op één manier
officieel bekend wordt gemaakt, wordt het risico voorkomen dat er verschillende
authentieke versies kunnen bestaan. De Raad van State onderschrijft dit uitgangspunt
in zijn advies bij het wetsvoorstel Elektronische bekendmaking (Kamerstukken
II, 2006–2007, 31 084, nr. 4, p. 5).
De minister van Buitenlandse Zaken,
M. J. M. Verhagen