31 329
Samenvoeging van de gemeenten Alkemade en Jacobswoude

nr. 5
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 24 april 2008

1. Algemeen

Hierbij bied ik u aan de nota naar aanleiding van het verslag met betrekking tot het wetsvoorstel tot samenvoeging van de gemeenten Alkemade en Jacobswoude.

De leden van de fracties van het CDA, de ChristenUnie, de PVV en de VVD hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende wetsvoorstel. De leden van de SP-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het wetsvoorstel. De leden van de SGP-fractie hebben geconstateerd dat het voorliggende wetsvoorstel een gevolg is van de vrijwillige wens van beide gemeenten om samen te gaan. Bij de beantwoording heb ik zo veel mogelijk de volgorde van het verslag aangehouden. Uit praktisch oogpunt ben ik een enkele keer van die volgorde afgeweken, door vragen van gelijke strekking samen te nemen.

Conform het coalitieakkoord vindt herindeling van gemeenten plaats indien daarvoor voldoende lokaal draagvlak bestaat. De verantwoordelijkheid voor de toetsing daarvan berust bij het provinciebestuur; de wetgever toetst de voorstellen in principe uitsluitend op het gevolgde proces. De regering is van mening, dat onderhavig wetsvoorstel conform het coalitieakkoord tot stand is gekomen.

2. Het herindelingsbeleid

De leden van de SP-fractie vroegen naar de samenhang van decentralisatie van rijkstaken en gemeentelijke herindeling. Zij vroegen of de regering hun analyse onderschrijft dat meer decentralisatie van rijkstaken aanleiding is voor meer gemeentelijke herindelingen en of de regering dit een gewenste ontwikkeling vindt? Voorts vroegen de leden van de SP-fractie of de regering de zorg deelt dat herindelingen niet zozeer worden ingegeven door de wens van bewoners, maar door het door de regering gekozen beleid van decentralisering?

De visie van de regering en de gemeenten op decentralisatie van rijkstaken gaat uit van het gezamenlijk oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Het decentralisatiebeginsel houdt de opdracht in om primair te bezien of het maatschappelijke probleem kan worden opgelost door een decentraal bestuursorgaan. Dit vraagt om een brede beleidsinhoudelijke en bestuurlijke afweging. In het coalitieakkoord is overeengekomen de decentralisatie van taken en bevoegdheden naar gemeenten en provincies te bevorderen. De regering acht dit een gewenste ontwikkeling omdat zo het bestuur dichterbij de burger wordt gebracht. Voor een doelmatige en doeltreffende taakuitoefening is vereist dat gemeenten voldoende bestuurskrachtig zijn. Er ligt daarom een relatie tussen de omvang van de taken van een gemeente en de daarvoor benodigde bestuurskracht. Maar de afweging of een gemeente voldoende bestuurskracht heeft, ligt primair bij de gemeenten zelf. Daarbij is een gemeentelijke herindelingéén van de mogelijkheden om de bestuurskracht te vergroten. Zo gezien is deze herindeling niet zozeer ingegeven vanwege het gevoerde decentralisatiebeleid, maar is dit een vrijwillige keuze van de gemeenten.

De leden van de ChristenUnie-fractie vroegen naar de uitvoering van het bestuursakkoord op het punt van het formuleren van een nieuw beleidskader gemeentelijke herindeling. Wat is de stand van zaken en kan al meer inzicht worden verschaft over de inhoud van het beleidskader en de termijn waarbinnen dit nieuwe kader aan de Kamer wordt aangeboden.

Naar aanleiding van het bestuursakkoord «Samen aan de slag» van 4 juni 2007 is een Taakgroep gemeenten geformeerd. Het doel van de taakgroep is om de uitvoering van het bestuursakkoord te bevorderen. De taakgroep zal haar bevindingen begin juni 2008 melden. Mede op grond van deze bevindingen zal het beleidskader gemeentelijke herindeling worden herzien en worden aangeboden aan de Kamer

3. Vrijwilligheid, draagvlak en duurzaamheid

De leden van de CDA-fractie vroegen of, en zo ja in welke mate, er verzet binnen de gemeenten en/of de gemeenteraden tegen het herindelingvoornemen bestaat. Ook was het de leden van de CDA-fractie niet duidelijk of de gemeenten in hun keuze voor herindelen als zodanig enige druk van de zijde van de provincie hebben ervaren.

Conform het beleidskader gemeentelijke herindeling hebben de betrokken gemeenteraden zelf een herindelingsadvies vastgesteld gericht op de samenvoeging van die gemeenten. Het gaat hier om een vrijwillige herindeling: een situatie waar het draagvlak onder betrokkenen optimaal is. In het Coalitieakkoord 2007–2011 «Duurzaam Denken, Dynamisch Doen» van de provincie Zuid-Holland is aangegeven dat de provincie streeft naar bestuurskrachtige gemeenten. De provincie verwacht dat gemeenten zelf kritisch zijn op hun functioneren en hun positie in de huidige dynamische samenleving. Gebrek aan (toekomstige) bestuurskracht moet voor een gemeente aanleiding zijn voor eigen initiatief en concrete actie gericht op herstel, dan wel, samenwerking of fusie met andere gemeenten. Het is het primaat van de betrokken gemeenten om hierop actie te ondernemen. Voorafgaand aan het besluit tot herindelingsadvies hebben de gemeenten al een aantal jaren intensief samengewerkt. De gemeenten Alkemade en Jacobswoude zijn sinds 2001 met elkaar en met bevolking en maatschappelijke organisaties in gesprek over versterking van de bestuurskracht. In opdracht van beide gemeenten heeft eind 2005 een evaluatie van de intensieve en niet-vrijblijvende samenwerking plaatsgevonden. De gemeenten hebben geconcludeerd dat samenvoeging van beide gemeenten zou leiden tot versterking van de bestuurskracht. Direct na de besluitvorming over het herindelingsontwerp in de gemeenteraden is het herindelingsontwerp ter inzage gelegd in beide gemeenten, gedurende twee maanden. In deze periode zijn geen zienswijzen ingediend.

De leden van de ChristenUnie-fractie constateerden dat in het wetsvoorstel een andere invulling wordt gegeven aan draagvlak, dan in het beleidskader gemeentelijke herindelingen. In dat beleidskader geeft de regering aan groot belang te hechten aan een sterk draagvlak onder de bevolking voor herindelingsvoorstellen. Dit belang is allereerst gelegen in de democratische legitimatie van deze voorstellen, aldus de regering. In voorliggend wetsvoorstel wordt aangegeven dat bij draagvlak in de eerste plaats wordt uitgegaan van het draagvlak bij de betrokken gemeenteraden. Graag ontvangen deze leden een nadere toelichting op dit verschil. De leden van de SP-fractie vroegen hoe de regering kan beoordelen of er een deugdelijk onderzoek naar het draagvlak heeft plaatsgevonden. Hoe is dit in de betreffende gemeenten gemeten? Hoe oordeelt de regering over het draagvlak in de betreffende gemeenten? De leden van de SGP-fractie vroegen of er tevens duidelijkheid is te geven over de mate waarin deze herindeling ook kan rekenen op maatschappelijk draagvlak. Verder vroegen deze leden of de regering de mate van draagvlak kan onderbouwen met behulp van de stemverhoudingen in de beide raden.

De leden van de ChristenUnie-fractie constateerden terecht dat de regering groot belang hecht aan een sterk draagvlak onder de bevolking voor de samenvoeging. Daarnaast vindt de regering het ook belangrijk dat bij de toetsing van herindelingsvoorstellen aandacht wordt geschonken aan zowel de wijze waarop tijdens de procedure het draagvlak is bevorderd, als het draagvlak voor het uiteindelijke herindelingsvoorstel. De wijze van verkenning of organisatie van draagvlak acht de regering een verantwoordelijkheid van de gemeenten zelf. De betrokken gemeenten hebben verantwoordelijkheid deze verantwoordelijkheid ook op zich genomen. Door de gemeenten zijn verschillende activiteiten ontplooid om het draagvlak onder de inwoners te peilen. Op basis van deze informatie hebben de leden van de gemeenteraden een afgewogen oordeel gemaakt. Ik acht het ook niet wenselijk om aan de gemeenten en/of de provincie aanwijzingen te geven op welke manier maatschappelijk draagvlak beoordeelt dient te worden. Conform het coalitieakkoord heeft de provincie getoetst of er lokaal voldoende draagvlak is voor een gemeentelijke herindeling. In de diverse kernen zijn 10 dorpsgesprekken alsmede drie rondetafelgesprekken georganiseerd waarin burgers en maatschappelijke organisaties zich konden uitspreken over de nieuwe gemeente. Over de dorpsgesprekken is breed gecommuniceerd, zowel persoonlijk, via maatschappelijke organisaties als via de regionale media. Raadsleden hebben daarenboven in eigen kring en netwerk burgers uitgenodigd voor deze gesprekken. Een aantal burgers (ca. 250) heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid om zich uit te spreken over de nieuwe gemeente. Daarbij zijn vele goede ideeën en suggesties gegeven voor de vormgeving voorbereiding van de nieuwe gemeente.

De reacties van de bevolking zijn door de raadsleden overwogen in het kader van de voorbereiding van de raadbesluitvorming. De raden van de gemeenten Alkemade en Jacobswoude hebben unaniem ingestemd met de onderhavige samenvoeging. Tot slot hebben inwoners gelegenheid gehad om zienswijzen op het herindelingsadvies in te dienen. Hierbij is geen afwijzende reactie ontvangen.

De leden van de SGP-fractie en de leden van de CDA-fractie vroegen aan de regering of door de samenvoeging de bestuurskracht dusdanig wordt vergroot dat er zeker op de korte en langere termijn geen redenen zullen zijn om te komen tot verdere herindelingen.

Op basis van de huidige inzichten heb ik er alle vertrouwen in dat de nieuwe gemeente duurzaam over voldoende bestuurskracht zal beschikken. Gegeven de schaalvergroting in de omgeving (gemeente Teylingen en gemeente Nieuwkoop) is de vorming van de gemeente Kaag en Braassem ook een bijdrage aan versterking van de gelijkwaardigheid van partners en daarmee de versterking van de samenwerking in het gebied.

De leden van de SGP-fractie vroegen of, en zo ja in welke mate, deze herindeling nadelige financiële gevolgen heeft voor bijvoorbeeld de gemeentelijke lasten in een van beide delen van de nieuwe gemeente.

In de nieuwe gemeente zal een harmonisatie van beleid lokale heffingen en tarieven plaatsvinden. De vaststelling van het beleid en de tarieven voor lokale heffingen geschiedt door de nieuwe gemeenteraad. Bij de afweging zal, zoals gebruikelijk, het voorzieningenniveau aan de orde zijn. In die afweging vervul ik geen rol, maar vertrouw ik op de zorgvuldigheid van het nieuwe gemeentebestuur.

4. Het herindelingsbeleid in de provincie Zuid-Holland

De leden van de SP-fractie vroegen aandacht voor het feit dat de provincie adviseert het noordelijke deel van de Zweilanderpolder en het westelijke deel van de polder Waterloos toe te voegen aan de gemeente Alkemade. Zij gaat daarmee in tegen de wens van de inwoners van die gebieden, die in 2007 in een enquête van TNS-NIPO hebben aangegeven te kiezen voor de gemeente Teylingen. Waarom is ook de regering hier afgeweken van de wens van de bevolking? De leden van de SP-fractie ontvangen graag de reactie van de regering op dit punt. Voorts vroegen de leden van de ChristenUnie-fractie een toelichting op de grenscorrectie met de gemeente Teylingen. Welke knelpunten bestaan er op dit punt?

Verder vroegen de leden van de SGP-fractie zich af of de afspraken over het grensbeloop met de gemeente Teylingen niet beter meteen meegenomen kunnen worden, omdat er anders mogelijk op zeer korte termijn een nieuwe kleinschalige herindeling nodig is.

Op basis van onderzoek acht de provincie Zuid-Holland het wenselijk dat het noordelijke deel van de Zweilanderpolder en het westelijke deel van de polder Waterloos bij Alkemade wordt gevoegd. De provincie Zuid-Holland acht het van belang dat de belangrijkste bron van het verkeer en de afwikkeling in de eerdergenoemde gebieden in één bestuurlijke hand wordt gebracht. Daarom is een grenscorrectie noodzakelijk. Een grenscorrectie ten gunste van de gemeente Alkemade betekent ook dat de (belasting) inkomsten uit de gebieden terechtkomen bij de gemeente die de meeste kosten moet dragen. Daarnaast kan een eventuele aanpassing van de campings en andere bedrijvigheid integraal door één gemeentebestuur worden afgewogen, onder meer op de gevolgen voor de verkeersafwikkeling. Concreet zou dit betekenen dat door de beoogde grenscorrectie de camping Spijkerboor, camping Horizon en het daarnaast gelegen cluster huizen tot de gemeente Alkemade gaan behoren.

Om de herindelingstrajecten van de gemeente Teylingen en de te vormen gemeente Kaag en Braassem niet onnodig te belasten is door alle betrokken partijen onderschreven dat het bezien van het grensverloop in een separaat traject opgepakt dient te worden, zodanig dat dit geen consequenties heeft voor de (voorgenomen) fusie van de gemeenten. Deze afspraak is op deze wijze verwoord in het door de gemeenteraden van Alkemade en Jacobswoude op 29 maart 2007 vastgestelde herindelingsadvies om te komen tot samenvoeging van deze gemeenten en heeft ook de instemming van de gemeente Teylingen. De verwachting van de provincie Zuid-Holland is dat de gemeenten Alkemade en Teylingen gezamenlijk tot een duurzame en vrijwillige grenscorrectie komen per 1 januari 2010.

De leden van de SGP-fractie merkten op dat nog niet op voorhand duidelijk was of de nieuwe gemeente Kaag en Braassem ook werkelijk deel zal nemen aan de Regio Holland Rijnland. Is daar intussen al meer duidelijkheid over?

De deelname van de nieuwe gemeente Kaag en Braassem aan de Regio Holland Rijnland ligt voor de hand maar in die afweging vervul ik geen rol.

De leden van de SGP-fractie vroegen tevens of er nog over alternatieven is nagedacht, bijvoorbeeld samenvoeging met (delen van) andere (landelijke) gemeenten. Graag ontvangen zij in dit verband een toelichting op de ontwikkelingen in de aangrenzende gemeente Rijnwoude.

De gemeenten Alkemade en Jacobswoude hebben in 2003 besloten tot een intensieve en niet-vrijblijvende samenwerking. Toentertijd werd bij de omliggende gemeenten (Ter Aar, Liemeer en Nieuwkoop) een fusie voorbereid. Aansluiting bij die fusie werd om redenen van schaalomvang en herkenbaarheid van het lokaal bestuur niet wenselijk geacht. Het provinciaal bestuur van Zuid-Holland heeft dit beleid ondersteund. Daarnaast liggen de gemeenten Alkemade en Jacobswoude niet binnen de oriëntatie van de gemeente Rijnwoude of vice versa. Conform de wens van de gemeente Rijnwoude heeft de provincie Zuid-Holland richting de gemeenten Rijnwoude en Boskoop kenbaar gemaakt om het proces op te starten om te komen tot een vrijwillige fusie, uiterlijk per 2011. Aansluiting van de gemeente Zoeterwoude bij dit fusieproces behoort tot de mogelijkheden.

5. Procedure

De leden van de CDA-fractie hebben de regering verzocht om de procedure voortvarend te vervolgen zodat de gemeenten in staat zijn zich goed voor te bereiden op het samengaan per 01-01-2009. Daarbij hoort naar hun mening ook het tijdig kunnen starten met alle activiteiten die nodig zijn voor een goede voorbereiding op de gemeenteraadsverkiezing, die reeds in het laatste kwartaal van dit jaar dient plaats te vinden.

Ik sluit mij aan bij de wens van de leden van de CDA-fractie tot een spoedige afhandeling van het wetsvoorstel opdat de herindeling per 1 januari 2009 kan plaatsvinden.

Naar boven