31 290 V
Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2007 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten)

De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begrotingsstaat van het ministerie van Buitenlandse Zaken voor het jaar 2007 te wijzigen.

De in die begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De minister van Buitenlandse Zaken,

M. J. M. Verhagen

De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A. G. Koenders

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Leeswijzer

Door middel van het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld hoofdstuk V (Buitenlandse Zaken) van de begroting van uitgaven en ontvangsten van het Rijk voor het jaar 2007 respectievelijk met EUR 109,8 mln en met EUR 87,8 mln te verhogen. Deze mutaties betreffen wijzigingen die ook in de Najaarsnota zijn verwerkt.

In paragraaf 2.1 worden de belangrijkste mutaties gepresenteerd die zich voordoen op de beleidsartikelen. In paragraaf 2.2 worden de mutaties op de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS) gepresenteerd en in paragraaf 2.3. is een overzicht opgenomen van alle mutaties die zich voordoen op de afzonderlijke beleidsartikelen en van de nieuwe standen alsmede een toelichting daarop.

2. Het beleid

2.1 Belangrijkste mutaties

Hieronder volgen de majeure wijzigingen ten opzichte van de stand van de begroting 2007 van het Ministerie van Buitenlandse Zaken na de eerste suppletoire wetswijziging, gevolgd door een toelichting per mutatie. Alleen de beleidsrelevante mutaties zijn opgenomen.

Artikel 2: Grotere veiligheid en stabiliteit, effectieve humanitaire hulpverlening en goed bestuur

De contributies aan de VN worden verhoogd. Daarnaast zijn er lagere uitgaven voor landenprogramma’s voor goed bestuur en zijn de uitgaven onder het Stabiliteitsfonds lager dan voorzien. Voorts worden extra middelen toegekend voor humanitaire hulp in ontwikkelingslanden.

Artikel 4: Meer welvaart en minder armoede

Er worden extra middelen beschikbaar gesteld aan UNDP, ten behoeve van 8 One-UN pilots en aan het Violence Against Women Trustfund dat beheerd wordt door UNIFEM. Voor ORET en voor programma’s van de FMO worden op basis van het huidige uitgavenritme extra middelen toegekend. Daarnaast wordt EUR 8 mln toegekend voor onder andere de African Development Bank en het Unicef programma Day for Changegericht op microkredieten.

Artikel 5: Toegenomen menselijke en sociale ontwikkeling

De bijdrage aan het EFA/FTI Calatylic fund wordt met EUR 30 mln verlaagd, als gevolg van gedaalde financieringsbehoefte van het fonds door aanpassing van de programmering. De uitgaven voor hiv/aids worden verlaagd door vertragingen in enkele landenprogramma’s en door vertraging in de uitvoering van het Health Insurance Fund. Deze uitgaven zullen naar verwachting plaatsvinden in 2008. Voor programma’s op het gebied van gezondheidszorg worden extra middelen toegekend, onder andere voor Ethiopië en Mozambique.

Artikel 6: Beschermd en verbeterd milieu

De landenprogramma’s voor milieu en voor drinkwater en sanitaire voorzieningen lopen vertraging op, wat tot verlaging van uitgaven leidt. Anderzijds worden er extra middelen toegekend voor een intensivering ten behoeve van het Clean Energy Investment Framework gericht op duurzame energie, en extra uitgaven aan het Global Environment Framework (GEF). Ook wordt geïntensiveerd ten behoeve van een programma van Unicef in de Democratische Republiek Congo en een programma van UN-Habitat ten behoeve van de Grote Meren-regio, beiden gericht op drinkwater en sanitaire voorzieningen.

Artikel 7: Welzijn en veiligheid van Nederlanders in het buitenland en regulering van het personenverkeer

Vanwege een groter dan geraamde instroom van asielzoekers is het bedrag van de (eerstejaars) opvangkosten dat aan ODA kan worden toegerekend hoger. Daar staat tegenover een neerwaartse bijstelling als gevolg van een lager dan verwacht aantal activiteiten op het programma «Ondersteuning beleid asiel en migratie».

Artikel 8: Versterkt cultureel profiel en positieve beeldvorming in en buiten Nederland

De ophoging van dit artikel is vooral een gevolg van de toename van de HGIS-cultuuruitgaven.

Toerekening EKI

Op basis van de meest recente inschatting ten aanzien van de voorziene EKI-kwijtschelding in 2007 wordt de raming van de EKI-toerekening met EUR 40 mln verlaagd.

2.2 De Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS)

De omvang van de HGIS, die is gedefinieerd als het saldo van HGIS-uitgaven en HGIS-ontvangsten, is sinds de Voorjaarsnota 2007 afgenomen met EUR 17,9 mln. In de hierna volgende tabellen zijn de wijzigingen in uitgaven en ontvangsten uitgesplitst in de tijd.

Wijzigingen in HGIS-uitgaven en -ontvangsten vanaf Voorjaarsnota 2007 (bedragen x € 1 mln)

	Totaal	Wv. ODA
Uitgaven VJN 2007	6 328,5	4 675,5
mutatie MJN 2008 (vermoedelijke uitkomsten 2007)	45,1	44,5
mutatie NJN 2007	36,4	72,2
Totaal mutaties	81,5	116,7
Uitgaven NJN 2007	6 410,0	4 792,2

	Totaal
Ontvangsten VJN 2007	221,4
mutatie MJN 2008 (vermoedelijke uitkomsten 2007)	1,4
mutatie NJN 2007	98,0
Totaal mutaties	99,4
Ontvangsten NJN 2007	320,9

De wijzigingen in de omvang van de HGIS als geheel en in de ODA zijn in het volgende overzicht gespecificeerd naar oorzaak.

Oorzaken afname HGIS en ODA-groei vanaf Voorjaarsnota 2007 (bedragen x € 1mln)

	Totaal	Wv. ODA
Bijstellingen BNP (ODA) en prijscomponent BBP (non-ODA)	43,1	43,5
Overboekingen van/naar HGIS	0,9
Ontvangsten ODA		73,2
Verwachte onderuitputting	– 61,9
TOTAAL	– 17,9	116,7

Tegenover bijstellingen als gevolg van wijzigingen in de ramingen voor het BNP en de prijscomponent van het BBP staat een verwachte onderuitputting op de HGIS. Het ODA-budget neemt toe als gevolg van wijzigingen in de ramingen voor het BNP en hogere ontvangsten (koersverschillen en afrekening van verleende subsidies).

Van de verwachte onderuitputting van EUR 61,5 mln wordt thans een onderuitputting van EUR 38,4 mln verwacht bij Buitenlandse Zaken. Zo heeft het nieuwbouwproject voor een ambassade in Teheran vertraging opgelopen, waardoor het merendeel van de uitgaven in 2008 zal plaatsvinden. Ook heeft een lager dan geplande personeelsbezetting geleid tot meevallende uitgaven. Ten slotte vallen de uitgaven voor ondermeer rentesubsidies en IVC projecten lager uit dan geraamd. Daarnaast is sprake van een kasvertraging ter grootte van EUR 20 mln bij de uitgaven voor het Clean Development Mechanism (CDM) op de begroting van VROM en een kasvertraging van EUR 3,5 mln bij het programma Partners voor Water op de begroting van VenW. De verwachte onderuitputting wordt in beginsel meegenomen in de eindejaarsmarge naar 2008 en latere jaren.

2.3 De beleidsartikelen

Beleidsartikel 1: Versterkte internationale rechtsorde en eerbiediging mensenrechten

Beleidsartikel 1 Versterkte internationale rechtsorde en eerbiediging mensenrechten Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	61 190	104 599	8 815	113 414
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal	77 797	100 564	– 2 398	98 166
1.1 Internationale rechtsorde	32 003	46 293	208	46 501
1.2 Mensenrechten	29 059	37 536	269	37 805
1.3 Internationale juridische instellingen	16 735	16 735	– 2 875	13 860

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget betreft een verhoging voor mensenrechtenprogramma’s, alsmede verhoogde ramingen voor uitbreiding van de tijdelijke huisvesting van het International Criminal Court (ICC) als gevolg van het aanscherpen van de beveiligingseisen.

Uitgaven

1.2. Mensenrechten

Er vindt een bijstelling plaats van ramingen voor enkele mensenrechtenprogramma’s.

1.3 Internationale juridische instellingen

De verlaging van de uitgaven wordt veroorzaakt doordat de architectenselectie voor de nieuwbouw van het ICC niet zoals aanvankelijk gepland in 2007 maar in 2008 van start zal gaan. Ook zijn de kosten van de rechtszaal in de tijdelijke huisvesting lager uitgevallen dan begroot.

Beleidsartikel 2: Grotere veiligheid en stabiliteit, effectieve humanitaire hulpverlening en goed bestuur

Beleidsartikel 2 Grotere veiligheid en stabiliteit, effectieve humanitaire hulpverlening en goed bestuur Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	676 591	938 328	112 400	1 050 728
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal	762 747	849 595	15 959	865 554
2.1 Nationale en bondgenootschappelijke veiligheid	13 477	13 888	– 55	13 833
2.2 Bestrijding internationaal terrorisme	0	0	0	0
2.3 Non-proliferatie en ontwapening	8 588	8 621	– 118	8 503
2.4 Conventionele wapenbeheersing	0	0	0	0
2.5 Regionale stabiliteit en crisisbeheersing	330 145	356 309	2 101	358 410
2.6 Humanitaire hulpverlening	244 481	285 481	28 131	313 612
2.7 Goed bestuur	166 056	172 446	– 9 250	163 196
2.8 Het bevorderen van energievoorzieningszekerheid	0	0	0	0
2.9 Grotere veiligheid door strijd tegen milieudegradatie	0	12 850	– 4 850	8 000
Ontvangsten	224	1 150	395	1 545
2.10 Nationale en bondgenootschappelijke veiligheid	135	150	148	298
2.70 Humanitaire hulpverlening	89	1 000	247	1 247

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget wordt met name veroorzaakt door extra verplichtingenruimte noodhulp in ontwikkelingslanden. Daarnaast is er een verhoging van de kosten van de nieuwbouw van het NAVO-hoofdkwartier te Brussel en een verhoogde contributie aan vredesmissies van de VN.

Uitgaven

2.5 Regionale stabiliteit en crisisbeheersing

De verhoging van de uitgaven betreft een saldo. Zo is er een stijging van de contributies aan de VN. Ook de uitgaven voor wederopbouwprogramma’s in Sudan en Afghanistan worden verhoogd. Daarnaast is er een teruggave van middelen van het Stabiliteitsfonds, doordat minder programma’s konden worden uitgevoerd dan voorzien.

2.6 Humanitaire hulpverlening

De verhoging op dit artikel wordt veroorzaakt doordat extra middelen beschikbaar worden gesteld voor noodhulpsituaties in ontwikkelingslanden. Er zijn extra middelen nodig doordat het bestaande budget reeds grotendeels is besteed ten behoeve van met name Darfur, Tsjaad en Afghanistan.

2.7 Goed bestuur

De mutatie op dit artikel wordt grotendeels veroorzaakt door vertragingen in landenprogramma’s voor goed bestuur. Dit betreft met name Afghanistan en Suriname, waar door de politieke situatie respectievelijk wijziging in de programmering vertraging is ontstaan.

2.9 Grotere veiligheid door strijd tegen milieudegradatie

De neerwaartse mutatie op dit artikel wordt nagenoeg volledig veroorzaakt door een vertraging in het regionale programma voor ecologische veiligheid en stabiliteit op de Balkan. Deze uitgaven worden verschoven naar 2008.

Beleidsartikel 3: Versterkte Europese samenwerking

Beleidsartikel 3 Versterkte Europese samenwerking Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	7 026 591	7 787 025	– 315 916	7 471 10 9
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal	7 213 261	6 848 301	– 315 916	6 532 385
3.1 Nederlandse afdrachten aan de EU	7 014 198	6 674 198	– 316 017	6 358 181
3.2 Ondersteuning bij pre- en postaccessie	11 800	11 800	0	11 800
3.3 EOF Europees ontwikkelingsfonds	174 870	149 553	26	149 579
3.4 Nederlandse positie in de EU	3 385	3 447	75	3 522
3.5 Raad van Europa	9 008	9 303	0	9 303
Ontvangsten	611 400	611 400	– 22 900	588 500
3.10 Perceptiekostenvergoedingen	611 400	611 400	– 22 900	588 500
3.40 Restitutie Raad van Europa	0	0	0	0

Verplichtingen

De verplichtingen zijn naar beneden bijgesteld vanwege lagere Nederlandse afdrachten aan de EU.

Uitgaven

3.1 Nederlandse afdrachten aan de EU

De EU-begroting wordt zowel aan de uitgaven- als aan de ontvangstenkant aangepast. Over de periode 1989–2006 is ruim EUR 4 mld meer ontvangen dan eerder is voorzien. Dit komt doordat de BTW en BNI cijfers over die periode zijn herijkt. Tevens doet zich aan de uitgavenkant een meevaller voor van ruim EUR 1,5 mld, onder andere als gevolg van onderuitputting bij de landbouwuitgaven, de structuurfondsen en de onderzoeksprogramma’s. Door beide effecten kunnen de afdrachten van Nederland voor 2007 worden verlaagd met EUR 293 mln (dit is het saldo van EUR 316 mln lagere uitgaven en EUR 23 mln lagere ontvangsten).

Ontvangsten

3.10 Perceptiekostenvergoedingen

Perceptiekostenvergoedingen zijn vergoedingen die Nederland ontvangt voor het innen van landbouwheffingen en invoerrechten. De vergoeding bedraagt 25% van de geïnde middelen. Door lagere landbouwheffingen en lagere invoerrechten, dalen ook de perceptiekostenvergoedingen.

Beleidsartikel 4: Meer welvaart en minder armoede

Beleidsartikel 4 Meer welvaart en minder armoede Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	456 199	970 757	159 241	1 129 998
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal	690 297	732 146	216 149	948 295
4.1 Handels- en financieel systeem	61 569	46 384	– 22 345	24 039
4.2 Armoedevermindering	222 036	277 646	231 966	509 612
4.3 Ondernemingsklimaat ontwikkelingslanden	385 427	384 578	8 116	392 694
4.4 Kwaliteit en effectiviteit ontwikkelingssamenwerking	16 000	16 200	– 250	15 950
4.5 Nederlandse handels- en investeringsbevordering	5 265	7 338	– 1 338	6 000
Ontvangsten	34 776	79 540	9 849	89 389
4.10 Ontvangsten tijdelijke financiering NIO en restituties	34 776	79 540	9 849	89 389

Verplichtingen

De verhoging van de verplichtingen op dit artikel hangt samen met diverse mutaties. Zo worden verplichtingen aangegaan voor programma’s bij de African Development Bank en voor het Unicef programma Day for Change dat is gericht op microkredieten. Ook de verplichting voor de Investment Climate Facility ter verbetering van het ondernemingsklimaat in Afrika wordt verhoogd, evenals de meerjarige verplichting voor het TCX-programma (The Currency Exchange). Daarnaast worden er extra verplichtingen aangegaan ten behoeve van de Nederlandse IFAD/HIPC-bijdrage (International Fund for Agricultural Development/Heavily Indebted Poor Countries) en UNDP (zie toelichting onder uitgaven). Naast deze mutaties is er een verlaging omdat er geen meerjarige verplichting kon worden aangegaan met IFC. Daarnaast leidt de vertraging van de opening van het aantal Netherlands Business Support Offices (NBSO’s) tot verlaging van de verplichtingen.

Voorts zijn er enkele technische correcties op dit artikel.

Uitgaven

4.1 Handels- en financieel systeem

Dit artikel wordt neerwaarts bijgesteld als gevolg van een lagere rentestand en een afnemende leningenportefeuille. Dit leidt tot lagere rentesubsidies aan de NIO.

4.2 Armoedevermindering

De mutatie op dit artikel is een saldo. Er worden extra middelen beschikbaar gesteld aan UNDP, ten behoeve van 8 One-UN pilots en aan het Violence Against Women Trustfund dat beheerd wordt door UNIFEM. Verder wordt er EUR 5,5 mln extra ter beschikking gesteld voor schuldverlichting, grotendeels via de Nederlandse bijdrage aan het HIPC-initiatief. Voorts worden extra middelen beschikbaar gesteld voor een programma voor institutionele ontwikkeling via de African Capacity Building Foundation. Daarnaast is er een teruggave voor onder meer enkele exit programma’s, vooral in Europa en Centraal-Azië. Ten slotte wordt de omvang van de mutatie beïnvloed door het gebruikelijke parkeerkarakter van dit artikel.

4.3 Ondernemingsklimaat ontwikkelingslanden

De mutatie op dit artikel betreft een saldo. Voor ORET en voor programma’s van de FMO worden op basis van het huidige uitgavenritme extra middelen toegekend. Verder wordt EUR 8 mln toegekend voor onder andere de African Development Bank en de het Unicef programma Day for Change. Daarnaast is er sprake van vertraging in een aantal landenprogramma’s ter verbetering van het ondernemingsklimaat in onder andere Suriname en Bolivia. Op het programma Netherlands Investment Matching Fund (NIMF) is sprake een teruggave door beëindiging van dit programma.

4.5 Nederlandse handels- en investeringsbevordering

De opening van NBSO’s in onder andere Rusland en Turkije heeft vertraging opgelopen. Een aantal NBSO’s zal naar verwachting alsnog in 2008 worden geopend.

Ontvangsten

4.10 De restituties NIO betreffen een nabetaling van de aflossingen door Angola.

Beleidsartikel 5: Toegenomen menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling

Beleidsartikel 5 Toegenomen menselijke en sociale ontwikkeling Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	572 196	955 191	99 878	1 055 069
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal	1 634 316	1 618 984	– 55 982	1 563 002
5.1 Onderwijs	521 035	526 715	– 40 878	485 837
5.2 Kennisontwikkeling	130 126	129 876	– 4 000	125 876
5.3 Gender	4 722	5 005	– 188	4 817
5.4 HIV/Aids	272 244	297 612	– 15 428	282 184
5.5 Reproductieve gezondheid	93 715	136 436	6 139	142 575
5.6 Participatie civil society	612 474	523 340	– 1 627	521 713

Verplichtingen

De verhoging van verplichtingen op dit artikel wordt met name veroorzaakt door de meerjarige verplichting van EUR 100 mln die dit jaar wordt aangegaan voor de Global Alliance for Vaccines and Immunisation (GAVI). Daarnaast zijn er meerdere mutaties in verplichtingen ten behoeve van landenprogramma’s.

Uitgaven

5.1 Onderwijs

De neerwaartse mutatie op dit artikel wordt grotendeels veroorzaakt door verlaging van het EFA/FTI Calatylic Fund met EUR 30 mln als gevolg van gedaalde financieringsbehoefte van het fonds door aanpassing van de programmering. Ook zijn er vertragingen in enkele landenprogramma’s voor onderwijs, met name Pakistan en Rwanda.

5.2 Kennisontwikkeling

De neerwaartse mutatie op dit artikel wordt geheel veroorzaakt door teruggave op het onderzoeksprogramma door vertraging in de activiteiten.

5.4 HIV/AIDS

De neerwaartse mutatie op dit artikel wordt veroorzaakt door vertragingen in enkele landenprogramma’s voor HIV/Aids, met name in Zuid-Afrika. Ook is er vertraging in de uitvoering van het Health Insurance Fund. Deze uitgaven zullen naar verwachting plaatsvinden in 2008. Naast deze verlagingen worden er ook extra middelen toegekend. Het betreft middelen voor het regionale hiv/aids programma in Zuidelijk Afrika, waarbij specifiek aandacht zal worden gegeven aan aidswezen en andere kwetsbare kinderen.

5.5 Reproductieve gezondheid

De verhoging op dit artikel wordt vooral veroorzaakt door toekenning van extra middelen voor landenprogramma’s voor de sector gezondheid. Met name Ethiopië (EUR 4 mln) en Mozambique (EUR 2,5 mln) hebben een hoger budget toegekend gekregen voor bijdragen aan de sector gezondheidszorg.

5.6 Participatie civil society

De neerwaartse mutatie is een saldo van teruggaven op het TMF-programma voor cultuur en communicatie en verhogingen voor enkele MFS-programma’s naar aanleiding van een bezwaarprocedure en ten behoeve van een afbouwsubsidie.

Beleidsartikel 6: Beschermd en verbeterd milieu

Beleidsartikel 6 Beter beschermd milieu en verbeterd milieu Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	180 432	488 448	13 845	502 293
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal	371 339	428 350	– 57 149	371 201
6.1 Milieu en water	237 409	291 610	– 34 153	257 457
6.2 Water en stedelijke ontwikkeling	133 930	136 740	– 22 996	113 744

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget betreft een saldo. Zo worden extra verplichtingen aangegaan ten behoeve van programma’s voor drinkwater en sanitaire voorzieningen en voor het Clean Energy Investment Framework van de Wereldbank. Daarnaast is er een verlaging doorgevoerd vanwege vertragingen bij de opstart van het energiefonds voor Suriname.

Uitgaven

6.1 Milieu en water

De verlaging op dit artikel betreft een saldo. Enerzijds zijn er vertragingen in een aantal landenprogramma’s voor milieu, onder andere in Bangladesh, Bolivia en Suriname. Ook zijn een aantal programma’s onder het MFS vertraagd, waardoor de uitgaven naar latere jaren verschuiven. Anderzijds is er een verhoging van uitgaven door intensivering ten behoeve van het Clean Energy Investment Framework gericht op duurzame energie, en extra uitgaven aan het Global Environment Framework (GEF).

6.2 Water en stedelijke ontwikkeling

De verlaging op dit artikel wordt grotendeels veroorzaakt door vertragingen in landenprogramma’s voor water, drinkwater en sanitaire voorzieningen in onder andere Mozambique, Senegal, Benin en Kenia. Anderzijds wordt er geïntensiveerd op een programma van Unicef in de Democratische Republiek Congo en een programma van UN-Habitat ten behoeve van de Grote Meren-regio, beiden gericht op drinkwater en sanitaire voorzieningen.

Beleidsartikel 7: Welzijn en veiligheid van Nederlanders in het buitenland en regulering van het personenverkeer

Beleidsartikel 7 Welzijn en veiligheid van Nederlanders in het buitenland en regulering van personenverkeer Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	106 053	88 815	24 072	112 887
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal	106 053	89 035	23 852	112 887
7.1 Consulaire dienstverlening	12 470	16 250	1 539	17 789
7.2 Vreemdelingenbeleid	93 583	72 785	22 313	95 098
Ontvangsten	26 543	28 101	3 549	31 650
7.10 Consulaire dienstverlening	26 543	28 101	3 549	31 650

Verplichtingen

De instroom van asielzoekers uit DAC landen is ten opzichte van de raming bij de VJN toegenomen. Dit leidt tot een grotere toerekening aan ODA. Daarnaast zal als gevolg van de vertraagde implementatie van het Nieuwe Visum Informatie Systeem (NVIS) en de voorbereiding van het beheer van het NVIS meer externe expertise moeten worden ingehuurd.

Uitgaven

7.1 Consulaire dienstverlening

De verhoging van de uitgaven is het gevolg van de vertraagde implementatie van het Nieuwe Visum Informatie Systeem (NVIS) en de voorbereiding van het beheer van NVIS. Daarnaast is ook de afgifte van het aantal reisdocumenten toegenomen.

7.2 Vreemdelingenbeleid

De mutatie op dit artikel betreft een saldo. Vanwege een groter dan geraamde instroom van asielzoekers is het bedrag van de (eerstejaars)opvangkosten dat aan ODA kan worden toegerekend hoger. Daar staat tegenover een neerwaartse bijstelling als gevolg van een lager dan verwacht aantal activiteiten op het programma «Ondersteuning beleid asiel en migratie». Daarnaast hebben gemeenten een minder groot beroep gedaan op de inzet van vertrouwens-advocaten ten behoeve van het legalisatiebeleid.

Ontvangsten

7.10 Consulaire dienstverlening

Vooral een hogere afgifte van reisdocumenten en de toename van het aantal in behandeling genomen visumverzoeken hebben geleid tot hogere ontvangsten.

Beleidsartikel 8: Versterkt cultureel profiel en positieve beeldvorming in en buiten Nederland

Beleidsartikel 8 Versterkt cultureel profiel en positieve beeldvorming in en buiten NederlandMqa Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	46 510	63 996	3 158	67 154
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal	86 100	94 601	– 345	94 256
8.1 Nederlandse cultuur	13 050	15 715	797	16 512
8.2 Cultureel erfgoed	4 971	5 492	– 65	5 427
8.3 Draagvlak Nederlands buitenlands beleid	68 079	73 394	– 1 077	72 317
8.4 Vestigingsklimaat internationale organisaties in Nederland	0	0	0	0
Ontvangsten	755	771	0	771
8.10 Doorberekening Defensie diversen	755	771	0	771

Verplichtingen

De verplichtingen op dit artikel zijn naar boven bijgesteld als gevolg van een toename van de HGIS-cultuuruitgaven.

Uitgaven

8.1 Nederlandse cultuur

De verhoging van de uitgaven op dit artikel is het gevolg van een toename van de HGIS-cultuuruitgaven.

8.3 Draagvlak Nederlands buitenlands beleid

De mutatie op dit artikel betreft een saldo. Voor staatsbezoeken is meer uitgegeven dan geraamd. Daar tegenover staan diverse relatief kleine verlagingen. Deze teruggaven betreffen vooral de voorlichtingsbudgetten.

D. TOELICHTING NIET-BELEIDSARTIKELEN

Niet-Beleidsartikel 9: Geheim

Artikel 9 Geheim Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	pm	pm	pm	pm
Uitgaven	pm	pm	pm	pm
Ontvangsten	0	0	0	0

Niet-Beleidsartikel 10: Nominaal en onvoorzien

Artikel 10 Nominaal en onvoorzien Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	92 254	3 384	– 3 309	75
Uitgaven:	92 254	3 384	– 3 309	75
10.1 Nominaal en onvoorzien	92 254	3 384	– 3 309	75

Verplichtingen en uitgaven

De mutatie is opgebouwd uit de volgende componenten: een overboeking van loon- en prijsbijstelling van EUR 0,3 mln naar SZW en OCW, macrobijstellingen (pBBP) ad -/- EUR 0,4 mln, een koersmeevaller op contributies bij VenW ad EUR 0,2 mln en een overboeking naar Defensie (crisisbeheersingsoperaties) ad EUR 2,8 mln.

Niet-Beleidsartikel 11: Algemeen

Artikel 11 Algemeen Bedragen in EUR 1000	Stand ontwerpbegroting 2007(1)	Stand 1e suppletore begroting 2007(2)	Mutaties 2e suppletore begroting 2007(3)	Stand 2e suppletore begroting 2007 (4)=(2+3)
Verplichtingen	684 513	777 376	– 29 410	747 966
Uitgaven:	688 728	790 280	– 22 408	767 872
11.1 Apparaatsuitgaven	688 728	790 280	– 22 408	767 872
Ontvangsten	50 833	50 833	74 020	124 853
11.10 Diverse ontvangsten	50 833	50 833	6 020	56 853
11.20 Koersverschillen	0	0	68 000	68 000

Verplichtingen en uitgaven

De neerwaartse mutatie is het gevolg van een vertraging in de opstart van het nieuwbouwproject van de ambassade en dienstwoningen in Teheran. Ten aanzien IVC-projecten is minder uitgegeven dan geraamd. Daarnaast is er sprake van lagere personeelskosten door een lagere bezetting dan gepland.

Ontvangsten

Diverse ontvangsten

De hogere ontvangsten zijn vooral het gevolg van een ontvangen voorschot op de definitieve afrekening van verleende subsidies door de NCDO in het vorige subsidieverleningstijdvak (t/m 2006)

Koersverschillen

Als gevolg van een dalende dollarkoers ten opzichte van de gehanteerde corporate rate, ontstaat er een positief saldo koersverschillen. Vanwege het grote aantal USD-transacties binnen de ODA-uitgaven is een aanzienlijk deel daarvan ODA.