Ontvangen ter Griffie op 15 januari 2021.
De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur is aan de Kamer
overgelegd tot en met 12 februari 2021.
De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan niet eerder
worden gedaan dan op 13 februari 2021.
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 januari 2021
Hierbij zend ik u het ontwerpbesluit tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW
2008 houdende de invoering van bepalingen omtrent de uitdrukkingsvaardigheid in het
Nederlands en de meerwaarde van een andere taal dan het Nederlands in het hoger onderwijs1.
Deze toezending geschiedt in het kader van de procedure, bedoeld in de artikelen 1.3,
zevende lid, 5.6a, negende lid en 7.2, zevende lid, van de Wet op het hoger onderwijs
en wetenschappelijk onderzoek, zoals deze komen te luiden indien het bij koninklijk
besluit van 9 september 2019 ingediende voorstel van wet tot wijziging van onder meer
de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en de Wet educatie en
beroepsonderwijs in verband met het stellen van voorschriften ten behoeve van de toegankelijkheid
van het hoger onderwijs en met betrekking tot taal in het hoger en middelbaar beroepsonderwijs
(Wet taal en toegankelijkheid) (Kamerstuk 35 282) tot wet wordt verheven. Voornoemde artikelleden noemen telkens een termijn van 4
weken.
Indien meer dan een vierde deel van die termijn binnen een recesperiode van uw Kamer
valt, wordt de termijn zodanig verlengd dat drie vierde deel daarvan buiten die recesperiode
van uw Kamer valt.
Er wordt gestreefd naar inwerkingtreding van het besluit met ingang van 1 september
2020.
Eenzelfde brief heb ik heden gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven