31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Nr. 274 MOTIE VAN DE LEDEN SCHOUTEN EN DIJKGRAAF

Voorgesteld 22 maart 2012

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het geïntroduceerde selectieve budget veel tijd en inspanning vraagt van kleine en middelgrote hbo-instellingen;

overwegende dat kleine en middelgrote hbo-instellingen in verhouding vaak (zeer) goed presteren volgens de Keuzegids, maar dat prestatiebekostiging slechts voor een deel gebaseerd is op (zeer) goede prestaties van de afgelopen vijf jaar;

overwegende dat het op korte termijn invoeren van het selectieve budget in het nadeel zal zijn van kleine en middelgrote hbo-instellingen, onder meer vanwege de administratieve lasten;

overwegende dat zwaartepuntvorming als onderdeel van het selectieve budget straks direct in het nadeel kan werken van met name kleinere monosectorale instellingen, zoals pabo's en kunstopleidingen, zonder dat zij zich hierop kunnen voorbereiden;

verzoekt de regering, om (zeer) goede prestaties van hbo-instellingen van de afgelopen vijf jaar doorslaggevend te laten zijn bij het toekennen van het selectieve budget in het eerste jaar,

en gaat over tot de orde van de dag.

Schouten

Dijkgraaf

Naar boven