31 279
Gezin boven tehuis Aanbevelingen om de positie van pleegzorg in Nederland te versterken en kinderen in de knel meer kans te geven om op te groeien in een pleeggezin

nr. 11
MOTIE VAN HET LID AASTED MADSEN-VAN STIPHOUT

Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 14 september 2009

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening, dat pleegkinderen niet onder de verantwoording van de Jeugdzorg wegvallen, alleen vanwege het bereiken van de 18-jarige leeftijd;

van mening, dat het van groot belang is dat middelbare scholieren hun opleiding voortgezet onderwijs met succes afronden;

overwegende, dat de Wet op de Jeugdzorg spreekt van recht op jeugdzorg tot 23 jaar;

overwegende, dat de tegemoetkoming studiekosten voor een 18-jarige scholier niet in verhouding staat met de vergoeding voor pleeggezinnen, maar bovenal bestemd is voor het betalen van de studiekosten en niet om te voorzien in de kosten van levensonderhoud, wat wel het geval is bij de pleeggezinnenvergoeding;

overwegende, dat niet klakkeloos aangenomen kan worden dat pleegouders na het bereiken van de 18-jarige leeftijd zonder pleeggezinnenvergoeding de zorg voor het pleegkind kunnen en/of willen voortzetten;

roept de regering op ervoor zorg te dragen dat de pleeggezinnenvergoeding wordt doorbetaald, ook na het bereiken van de 18-jarige leeftijd, gedurende de periode dat het kind nog leerling is binnen het voortgezet onderwijs,

en gaat over tot de orde van de dag.

Aasted Madsen-van Stiphout

Naar boven