Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 september 2016
In mijn brief van 12 april 20161 heb ik u geïnformeerd over de ontwikkelingen met betrekking tot de Congolese opschorting
per 25 september 2013 van interlandelijke adopties. Een 30-tal reeds geadopteerde
Congolese kinderen werd door deze opschorting getroffen, evenals de adoptiefouders
van deze kinderen. Door de inzet van de departementen van Veiligheid en Justitie en
Buitenlandse Zaken, de Nederlandse ambassade in Kinshasa, het Nederlandse adoptiebureau
en de samenwerking met de getroffen adoptiefouders is de overkomst van deze kinderen
gerealiseerd. Voor de betrokken ouders en kinderen is dit een uiterst intensief en
emotioneel proces geweest. Ondanks de succesvolle overkomst van deze kinderen heb
ik, na een aantal evaluatiegesprekken met betrokkenen, besloten om de adoptierelatie
met DR Congo op te schorten. Ik zal hieronder ingaan op de redenen waarom ik dit besluit
heb genomen.
Congolese autoriteiten
Vanaf het moment van de opschorting in september 2013, is gebleken dat de samenwerking
hieromtrent met de Congolese autoriteiten moeizaam tot stand is gekomen en moeizaam
te onderhouden is. Het heeft ruim een jaar geduurd voordat de Congolese autoriteiten
duidelijkheid verschaften over de reden waarom zij geen uitreisdocumenten meer verstrekten
aan de (reeds naar Congolees recht) geadopteerde kinderen. Toen de reden duidelijk
werd, kwam naar voren dat de adoptiemisstanden die de Congolese autoriteiten hadden
ontdekt geen betrekking hadden op de Nederlandse adoptieprocedures. De opschorting
van uitreisautorisaties bleef echter gehandhaafd voor alle interlandelijke adopties
vanuit DR Congo.
Hoewel de samenwerking met diverse Congolese autoriteiten bij het realiseren van de
overkomst van de Congolese kinderen naar Nederland uiteindelijk constructief was,
blijven er tot op heden twijfels over de werkwijze van de Congolese autoriteiten,
die zich nog niet op dusdanige manier hebben georganiseerd dat interlandelijke adoptie
op een voorspelbare en transparante wijze kan plaatsvinden.
Wetgeving
Sinds de opschorting is door de Congolese autoriteiten meerdere malen aangegeven dat
zij de wetgeving spoedig zouden herzien. Tot op heden is het niet gekomen tot een
daadwerkelijke inwerkingtreding van een nieuwe wet en is ook niet bekend welke voorgenomen
wijzigingen in de uiteindelijke wet neergelegd worden. Dat maakt dat er thans geen
heldere wettelijke basis is om interlandelijke adoptie plaats te laten vinden.
Internationaal
Steeds meer landen, die eveneens met de opschorting te maken hebben gehad, hebben
de overkomst van «hun» kinderen gerealiseerd. Vrijwel al deze landen zien af van een
herstart van de adoptierelatie met DR Congo. Zoals er ook gezamenlijk is opgetrokken
met de getroffen landen gedurende de opschorting, is het ook aangewezen dat gezamenlijk
wordt opgetrokken na de opschorting en in gezamenlijk overleg besproken zal worden
of, en zo ja wanneer en hoe een herstart van interlandelijke adopties uit DR Congo
plaats kan vinden.
Ik realiseer mij dat mijn besluit voor een aantal (aspirant-)adoptiefouders teleurstellend
is, vooral in die situaties waar familieleden van reeds geadopteerde kinderen nog
in Congo verblijven. Echter, bovenstaande maakt dat ik momenteel onvoldoende aanleiding
zie voor een continuering van de adoptierelatie met DR Congo.
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
K.H.D.M. Dijkhoff