31 221
Wijziging van de Wet luchtvaart ter implementatie van richtlijn nr. 2006/23/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 5 april 2006 inzake een communautaire vergunning van luchtverkeersleiders (PbEU L 114)

nr. 5
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 30 november 2007

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel A vervalt.

2. Onderdeel B wordt als volgt gewijzigd:

1°. In subonderdeel 1 wordt «luchtverkeersdienstverlening te geven» vervangen door: luchtverkeersdiensten te verlenen.

2°. In subonderdeel 2 wordt «het geven van luchtverkeersdienstverlening» vervangen door: , het verlenen van luchtverkeersdiensten.

3. Onderdeel C wordt als volgt gewijzigd:

1°. In subonderdeel 1 wordt «geven van luchtverkeersdienstverlening» vervangen door: verlenen van luchtverkeersdiensten.

2°. In subonderdeel 2 wordt «luchtverkeerdienstverlening te geven» vervangen door: luchtverkeersdiensten te verlenen.

3°. In subonderdeel 3 wordt «geven van luchtverkeersdienstverlening» telkens vervangen door «verlenen van luchtverkeersdiensten», wordt na «algemene maatregel» ingevoegd «van bestuur» en wordt «onder 2o» vervangen door: onder 2°.

4. Onderdeel D wordt als volgt gewijzigd:

1°. In subonderdeel 1 worden «het geven van luchtverkeersdienstverlening» en «de luchtverkeersdienstverlening» vervangen door: het verlenen van luchtverkeersdiensten.

2°. In subonderdeel 2 wordt «luchtverkeersdienstverlening te geven» vervangen door: luchtverkeersdiensten te verlenen.

5. Onderdeel F wordt als volgt gewijzigd:

1°. In subonderdeel 1 wordt de zinsnede «als bedoeld in artikel 5.13 of 5.14 luchtverkeersdienstverlening geeft» vervangen door: als bedoeld in artikel 5.13, 5.14 of 5.14a of een andere verlener van luchtverkeersdiensten als bedoeld in artikel 5.14b, eerste lid, luchtverkeersdiensten verleent.

2°. In subonderdeel 3 wordt na «wijziging» ingevoegd: van.

6. In onderdeel G, subonderdeel 1, wordt «geven van luchtverkeersdienstverlening» vervangen door: verlenen van luchtverkeersdiensten.

7. In onderdeel H, onder 2, wordt «luchtverkeersdienstverlening te geven» vervangen door «luchtverkeersdiensten te verlenen», wordt «luchtverkeersdienstverlening geeft» vervangen door «luchtverkeersdiensten verleent», en wordt «geven van luchtverkeersdienstverlening» vervangen door respectievelijk: verlenen van luchtverkeersdiensten.

8. In onderdeel I wordt «luchtverkeersdiensten geeft» vervangen door: luchtverkeersdiensten verleent.

9. Onderdeel J komt te luiden:

J

Artikel 5.14d wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het negende lid wordt na «luchtverkeer» toegevoegd: als bedoeld in artikel 2.2, achtste lid.

2. Het tiende lid komt te vervallen.

10. Onderdeel K komt te luiden:

K

Artikel 5.16 komt te luiden:

Artikel 5.16

Onverminderd artikel 2.1, eerste lid, is het verboden luchtverkeersdiensten te verlenen zonder een daartoe verkregen opdracht van een bij of krachtens artikel 5.13, 5.14 of 5.14a aangewezen instantie of van een andere verlener van luchtverkeersdiensten als bedoeld in artikel 5.14b, eerste lid.

11. Onderdeel L komt te luiden:

L

Artikel 5.17 komt te luiden:

Artikel 5.17

1. Een bij of krachtens artikel 5.13, 5.14 of 5.14a aangewezen instantie of een andere verlener van luchtverkeersdiensten als bedoeld in artikel 5.14b, eerste lid, houdt een registratie bij van de daadwerkelijk gewerkte uren van de houders van een bewijs van bevoegdheid voor het verlenen van luchtverkeersdiensten aan wie deze instanties een opdracht, als bedoeld in artikel 5.16 hebben gegeven.

2. Ten behoeve van het behoud van de geldigheid en de verlenging van een bewijs van bevoegdheid voor het verlenen van luchtverkeersdiensten kan Onze Minister om inzage in de registratie als bedoeld in het eerste lid verzoeken.

12. Onderdeel O vervalt.

13. Onderdeel P wordt als volgt gewijzigd:

1°. In de aanhef wordt «worden twee artikelen ingevoegd» vervangen door: wordt een artikel ingevoegd.

2°. Artikel 11.1a vervalt.

14. Onderdeel Q, subonderdeel 2, komt te luiden:

2. In de eerste volzin wordt «artikel 5.17» vervangen door «artikel 2.1, eerste lid,» en in de laatste volzin wordt «artikel 5.17» vervangen door: artikel 2.1, eerste lid.

15. Na artikel I, onderdeel S, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

T

Artikel 11.16 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Onze Minister van Verkeer en Waterstaat kan een bestuurlijke boete opleggen bij overtreding van:

a. artikel 5.14c of 5.14d, eerste lid;

b. artikel 7.1, eerste lid;

c. artikel 8.12, 8.19, 8.20 of 8.21 of van een beperking of voorschrift als bedoeld in artikel 8.23;

d. een maatregel als bedoeld in artikel 8.22.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. De boete bedraagt ten hoogste:

a. 500 000 euro bij een overtreding als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a;

b. 1 000 euro bij een overtreding als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b;

c. 100 000 euro bij een overtreding als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c;

d. 1 000 000 euro bij een overtreding als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d.

B

Onder vernummering van de artikelen II en III tot de artikelen IV en V worden na artikel I twee artikelen ingevoegd, luidende:

ARTIKEL II

Indien het bij koninklijke boodschap van 10 februari 2006 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Wet luchtvaart inzake vernieuwing van de regelgeving voor burgerluchthavens en militaire luchthavens en de decentralisatie van bevoegdheden voor burgerluchthavens naar het provinciaal bestuur (Regelgeving burgerluchthavens en militaire luchthavens, kamerstukken 30 452) tot wet wordt verheven, vervalt artikel I, onderdeel Q, van die wet en komen de aanhef en onderdeel 1 van artikel I, onderdeel T, van deze wet te luiden:

Artikel 11.16 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Onze Minister van Verkeer en Waterstaat kan een bestuurlijke boete opleggen bij overtreding van:

a. artikel 5.14c of 5.14d, eerste lid;

b. artikel 7.1, eerste lid;

c. artikel 8.12, 8.19, 8.20, 8.21, 8.70, tweede lid, juncto de artikelen 8.12 en 8.19 tot en met 8.21, 8.77, tweede lid, juncto de artikelen 8.19 en 8.21, eerste en derde lid, of van een beperking of voorschrift als bedoeld in artikel 8.23, 8.70, tweede lid, juncto artikel 8.23 of 8.77, tweede lid, juncto artikel 8.23;

d. een maatregel als bedoeld in artikel 8.22, 8.70, tweede lid, juncto artikel 8.22 of 8.77, tweede lid, juncto artikel 8.22.

ARTIKEL III

Indien het bij koninklijke boodschap van 24 augustus 2007 ingediende voorstel van wet tot aanpassing van bijzondere wetten aan de vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Aanpassingswet vierde tranche Awb, kamerstukken 31 124) tot wet wordt verheven en hoofdstuk 11, artikel 20, onderdeel D, van die wet eerder in werking treedt dan artikel I, onderdeel T, en artikel II van deze wet, wordt in artikel I, onderdeel T, «De boete bedraagt» vervangen door: De bestuurlijke boete bedraagt.

C

In nieuw artikel IV wordt na «inwerkingtreding» ingevoegd: van artikel I, onderdeel C.

Toelichting

Richtlijn nr. 2006/23/EG bouwt voort op vier verordeningen van de Europese Unie waarin een gemeenschappelijk Europees luchtruim wordt gecreëerd, te weten de zogenaamde Kaderverordening, de Luchtvaartnavigatiediensten-verordening, de Luchtruimverordening en de Interoperabileitsverordening.1

Het voorliggend wetsvoorstel ter implementatie van deze richtlijn bevat enkele bepalingen die identiek zijn aan de bepalingen van de Wet van 27 september 2007 tot wijziging van de Wet luchtvaart en de Wet op het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut ter uitvoering van vier EG-verordeningen in verband met het totstandkomen van een gemeenschappelijk Europees luchtruim (hierna: Wet inzake een gemeenschappelijk Europees luchtruim)2 waarmee genoemde verordeningen geïmplementeerd zijn. Deze bepalingen worden met onderhavige nota van wijziging uit het wetsvoorstel verwijderd. Hiernaast is het wetsvoorstel aangepast aan de terminologie van de Wet inzake een gemeenschappelijk Europees luchtruim. Tenslotte zijn met de onderhavige nota van wijziging enkele bepalingen opgenomen in het wetsvoorstel om eventuele samenloop met andere wetsvoorstellen te regelen.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings


XNoot
1

Verordening (EG) nr. 549/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 10 maart 2004 tot vaststelling van het kader voor de totstandbrenging van het gemeenschappelijke Europese luchtruim (PbEU L 96), Verordening (EG) nr. 550/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 10 maart 2004 betreffende de verlening van luchtvaartnavigatiediensten in het gemeenschappelijk Europees luchtruim (PbEU L 96), Verordening (EG) nr. 551/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 10 maart 2004 betreffende de organisatie en het gebruik van het gemeenschappelijk Europees luchtruim (PbEU L 96), Verordening (EG) nr. 552/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 10 maart 2004 betreffende de interoperabiliteit van het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging (PbEU L 96).

XNoot
2

Stb. 2007, 405.

Naar boven