31 213 Belastingheffing overheidsbedrijven

Nr. 10 MOTIE VAN HET LID VAN VLIET

Voorgesteld 25 april 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de regering bezig is met het verfijnen van de wetgeving rond belastingplicht van overheidsbedrijven in de vennootschapsbelasting;

overwegende dat hiermee oneerlijke concurrentie moet worden tegengegaan;

overwegende dat bij de sfeerovergang van publiek naar privaat en bij de afbakening van concurrerende activiteiten de afzondering van activiteiten in separate entiteiten een voorname rol speelt;

overwegende dat bij eerdere invoeringstrajecten van Vpb-plicht voor bepaalde sectoren sprake was van agressieve taksplanning om de belastingplicht ten dele te ontlopen;

verzoekt de regering, maatregelen te nemen om agressieve taksplanning in de nieuwe situatie door overheden te voorkomen opdat niet via constructies alsnog oneerlijke concurrentie gaat plaatsvinden, bijvoorbeeld door het niet afzonderen van concurrerende activiteiten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Vliet

Naar boven