nr. 10
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 januari 2008
De vaste Kamercommissie voor Financiën is van plan dit jaar, na het
verschijnen van het betreffende jaarverslag, openbare gesprekken te organiseren
met de president van de Nederlandsche Bank (DNB) en de bestuursvoorzitter
van de Autoriteit Financiële Markten (de AFM) (zie bijlage 1). Voorts
is de vaste Kamercommissie voor Financiën voornemens de president van
DNB uit te nodigen voor een rondetafelgesprek inzake de kredietcrisis (zie
bijlage 2). Dit gesprek zal naar verwachting plaatsvinden op 30 januari
a.s. Bij brieven van 9 november en 14 december 2007 heeft u mij
verzocht toestemming te verlenen voor het voeren van deze gesprekken.
Voor wat betreft het verzoek om openbare gesprekken over de jaarverslagen
met de president van DNB en de bestuursvoorzitter van de AFM merk ik, mede
namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, op dat deze gesprekken
voor zover betrekking hebbend op de toezichttaken van beide zelfstandige bestuursorganen
niet voor de hand liggen. Het beginsel van ministeriële verantwoordelijkheid
brengt met zich mee dat de minister het aanspreekpunt is voor Kamerleden.
In lijn daarmee bevat de Wet op het financieel toezicht de bepaling dat de
minister een afschrift van het jaarverslag van de toezichthouder aan de Tweede
Kamer zendt. Het ligt derhalve voor de hand om eventuele vragen over de jaarverslagen
met betrekking tot de toezichttaken van beide zelfstandige bestuursorganen
tot mij te richten. Voor vragen over de monetaire stelseltaak van DNB, kunt
u zich in lijn met artikel 19 van de Bankwet 1998 tot de president van DNB
wenden.
Voor wat betreft het verzochte rondetafelgesprek inzake de kredietcrisis
met de president van DNB merk ik op hiertegen geen bezwaar te hebben voor
zover het gesprek ertoe strekt de heer Wellink als deskundige op technische
aspecten te bevragen. Overigens zal het u genoegzaam bekend zijn dat DNB,
mede gezien haar positie binnen het Europees Stelsel van Centrale Banken,
in lijn met artikel 19 van de Bankwet 1998 beperkt is in het naar buiten brengen
van informatie. Daarnaast is DNB, evenals overigens de AFM, gehouden
aan de geheimhoudingsplicht, neergelegd in de artikelen 1:89 tot en met 1:93
van de Wet op het financieel toezicht, en voortvloeiend uit Europese financiële
toezichtrichtlijnen. Als gevolg daarvan kan de heer Wellink geen mededeling(en)
doen over vertrouwelijke gegevens die betrekking hebben op het toezicht op
individuele financiële ondernemingen.
Een kopie van deze brief zend ik aan de president van DNB en de bestuursvoorzitter
van de AFM.
De minister van Financiën,
W. J. Bos
BIJLAGE 1
Aan de minister van Financiën
Den Haag, 9 november 2007
In de procedurevergadering van de vaste commissie voor Financiën
van 7 november jl. is besloten komend jaar, na het verschijnen van het
desbetreffende jaarverslag, openbare gesprekken te organiseren met de president
van De Nederlandsche Bank (DNB) en met de bestuursvoorzitter van de Autoriteit
Financiële Markten (AFM). De commissie heeft besloten u over dit voornemen
te informeren en verzoekt u om toestemming voor het voeren van de gesprekken.
Bij deze breng ik u het verzoek van de commissie over.
De griffier van de vaste commissie voor Financiën,
Berck
BIJLAGE 2
Aan de minister van Financiën
Den Haag, 14 december 2007
De vaste commissie voor Financiën verzoekt u haar toestemming te
verlenen om de heer Wellink, president van De Nederlandsche Bank uit te nodigen
voor een rondetafelgesprek inzake de kredietcrisis dat naar verwachting zal
plaatsvinden op woensdag 30 januari 2008 in het gebouw van de Kamer.
De griffier van de vaste commissie voor Financiën,
Berck