31 200 IV
Vaststelling van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2008

nr. 65
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 13 augustus 2008

De vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken1 heeft op 11 juni 2008 overleg gevoerd met staatssecretaris Bijleveld-Schouten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over:

– de brief van de staatssecretaris d.d. 5 juni 2008 inzake de voortgang van het staatkundig proces Nederlandse Antillen (31 200-IV, nr. 53).

Van dit overleg brengt de commissie bijgaand samenvattend verslag uit.

Vragen en opmerkingen uit de commissie

De heer Van Bochove (CDA) stemt op hoofdlijnen in met de gemaakte afspraken. Voorts verwijst hij naar het vorige overleg over het Sociaal Economisch Initiatief (SEI) Curaçao, waarin is aangegeven waar de prioriteiten voor de CDA-fractie liggen.

– Welke maatregelen zijn tijdens de ontmanteling van het land Nederlandse Antillen nodig om de kwaliteit van het bestuur en de kwaliteit van de te nemen bestuurlijke en ambtelijke besluiten te garanderen? Wie is verantwoordelijk voor de besluitvorming ter zake en voor het in stand houden van de bestuurskracht? Wie bewaakt dit proces?

– Is de datum voor het ingaan van de staatkundige veranderingen nu 1 januari 2011? Waarom wordt niet meer druk uitgeoefend, gericht op een ingangsdatum van 1 januari 2010?

– Hadden de forse discussies met de delegaties van Sint Maarten te maken met het niet willen voldoen aan de gemaakte afspraken? Is Sint Maarten klaar om de gewenste stap te zetten? Wordt voldaan aan de eis van drastische maatregelen? Leidt vooral het nakomen van afspraken tussen land en eiland tot problemen? Is sprake van duidelijke en waarneembare verbeteringen? Is er naast de inzet van marechaussees voldoende materiële en immateriële steun van zowel het land Nederlandse Antillen als Nederland? Klopt het dat de toegezegde gelden vanuit Nederland door de regering van de Nederlandse Antillen worden afgeroomd om oude rekeningen te voldoen? Wordt nagedacht over mogelijk tijdelijke oplossingen als geen of onvoldoende voortgang wordt geboekt?

– Wie pakt precies wat aan op de BES-eilanden die, naast een redelijke mate van tevredenheid over de huidige ontwikkelingen, ook verwachtingen hebben op het gebied van praktische, noodzakelijke eerstelijnsvoorzieningen? Is sprake van achterstallige zaken waarin het land Nederlandse Antillen nog moet investeren? Worden afspraken gemaakt om hierover duidelijkheid te krijgen?

– Geldt voor de toetsingsconferentie in 2008 niet de inspanningsverplichting voor beide regeringen dat alle benodigde wet- en regelgeving gereed is om in procedure te gaan?

– Is het in artikel 4, tweede lid, van de algemene maatregel van rijksbestuur, het concept, een omissie dat het College financieel toezicht eens per halfjaar een schriftelijk verslag aan nagenoeg iedereen zendt, maar niet aan de Staten-Generaal?

De heer Leerdam (PvdA) constateert dat het moeilijk was om het voorontwerp van de algemene maatregel van rijksbestuur nog op zijn merites te beoordelen, omdat de stukken vrij laat kwamen. Is de staatssecretaris bereid om het voorontwerp na het advies van de Raad van State van het Koninkrijk nogmaals naar de Kamer te sturen?

– Wat de milieuvervuiling door de Islaraffinaderij betreft, wat gebeurt er als het op de hoogte stellen van de rijksministerraad bij onvoldoende uitvoering van de maatregelen in het SEI zonder gevolgen blijft? Zou de volgende stap dan financiële consequenties moeten hebben?

– Hoe staat het met de uitvoering van de motie over de hoge percentages hiv-positieven? Het feit dat gezondheidszorg een autonome verantwoordelijkheid is van de Nederlandse Antillen en Aruba en geen deel uitmaakt van het samenwerkingsbeleid, kan en mag toch geen reden zijn om de zaken op hun beloop te laten?

– Hoe staat het met het voorstel van de ministeries van BZK en van OCW over het fonds ter versterking van culturele banden in het Koninkrijk? Wanneer zal de Kamer hierover geïnformeerd worden? Wat wordt er op cultureel vlak gedaan in de Koninkrijksrelaties?

– Wat is de visie op de economische vooruitzichten, nu de olieprijzen de pan uit rijzen, met alle gevolgen van dien voor het toerisme, en gezien het feit dat de Antilliaanse gulden is gekoppeld aan de Amerikaanse dollar?

– Waarom is ervoor gekozen de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (WolBES) in een Nederlandse formele wet te regelen, waardoor alleen de Nederlandse volksvertegenwoordiging inspraak heeft en alleen de Nederlandse Raad van State ernaar kijkt? Kan de notitie op het punt van het voorzieningenniveau, de democratische legitimatie, de totstandkomingsprocedure en de toekomstige situatie worden aangevuld?

– Hoe worden burgers van de Nederlandse Antillen en Aruba geïnformeerd over de voortgang van de staatkundige vernieuwing? Hoe staat het met het organiseren van de informatievoorziening aan de bevolking van de Nederlandse Antillen en Aruba? Zijn er verbeteringen?

De heer Van Raak (SP) is blij dat de onderhandelingen bevrijd zijn van een einddatum. Er moet nog veel gebeuren: beter bestuur, betere financiën en beter beleid. Op de Antillen moet een revolutie plaatsvinden om de bevolking te bevrijden uit de handen van slechte bestuurders, profiterende rijken en slechte investeerders. De komende jaren moeten veel kleine stapjes worden gezet. De SP zal daarbij de druk blijven opvoeren.

– Zijn de economische zones waarover de staatssecretaris onderhandelt met de BES-eilanden, ook onderwerp van de onderhandelingen met andere eilanden? Laat de staatssecretaris niet zeggen dat het een autonome aangelegenheid is van de eilanden. Als 2,2 mld. aan schuld moet worden kwijtgescholden, moet de Kamer maatregelen eisen om te voorkomen dat zij over enkele jaren weer wordt opgezadeld met de financiële gevolgen van falend bestuur.

– Veel onderwerpen lijken amper besproken. De nieuwsgierigheid naar de vorderingen wat betreft de inkomsten van de eilanden, het sociaal beleid voor de afzonderlijke eilanden en de gevolgen van bijvoorbeeld migratie groeit. Evenmin wordt ingegaan op de plaats van de Nederlandse Antillen in het strategische evenwichtsspel in de Cariben.

– Kan voor Sint Maarten een plan worden verwacht, vergelijkbaar met het SEI voor Curaçao, waarin sprake is van marktwerking en belastingverlaging, van een neoliberaal beleid? Hoe gaat het op Sint Maarten?

– Bij de taakstelling van het College financieel toezicht gaat het vooral om de beoordeling op begrotingstechnische aspecten. Daarnaast kan de rijksministerraad een bestuur van een autonoom gebied een aanwijzing geven om de begroting aan te passen. De procedure rond de aanwijzing, waarin het College financieel toezicht een adviserende en signalerende rol heeft en een aanbeveling kan doen, is heel omzichtig. De autonome gebieden zijn er ook niet aan gebonden. Zal dit alles wel gebeuren of zal er vooral veel onderhandeld worden?

– Waarom heeft het zo lang moeten duren voordat men erachter kwam dat de regering van Curaçao het probleem van de vervuiling door de Islaraffinaderij niet alleen aan kan en de hulp van Nederland nodig heeft en dat Nederland hier ook moet ingrijpen? Is dit ingrijpen ook onderwerp van gesprek in één van de werkgroepen? Kan de Tweede Kamer voor december 2008 iets verwachten? Welke middelen staan ter beschikking om door te pakken in het kader van financiën, waarborgfunctie en dergelijke? Hoe gaat de staatssecretaris het aanpakken en ervoor zorgen dat men nog dit jaar van de vervuiling af komt?

– Blijft de waarborgfunctie van kracht in de nieuwe verhoudingen in het Koninkrijk en hoe wordt beleid gemaakt over de onderwerpen die onder deze functie gerekend kunnen worden?

– Wie benoemt de procureur-generaal, die drie openbaar ministeries gaat besturen? Waar is zijn bureau? Is het mogelijk dat Nederland deze procureur-generaal, die ook over de BES-eilanden gaat, benoemt?

– Moet de afbouw van het land Antillen niet veel beter begeleid worden? Moet die niet getemporiseerd worden en in evenwicht worden gebracht met de opbouw van de andere landen?

– Heeft de staatssecretaris aangedrongen op het advies dat aan de Raad van State is gevraagd in verband met de verkiezingen in 2010? Is dit advies een normale procedure of een politiek compromis? Wanneer wordt het advies verwacht? Wat is de mening van de staatssecretaris over eventueel uitstel van de verkiezingen?

De heer Remkes (VVD) vraagt de staatssecretaris om in te gaan op de ook wel eens genoemde data na december 2010. Wat is het schema? Er moet nog veel wetgeving worden afgedaan, die 15 december in concept klaar moet zijn. Waarop is de datum van december 2010 gebaseerd? Welke risico’s zijn er? Bij een mogelijke versnelling moet wel de normale parlementaire procedure als randvoorwaarde gelden.

– Wat de algemene maatregel van rijksbestuur betreft is artikel 38 in zekere mate onbevredigend. Alle partijen moeten instemmen, vervolgens komt het in de rijksministerraad. De Kamer kan formeel niets.

– Er wordt tijdelijk gekozen voor een andere regime dan voor de BES-eilanden. Het college heeft een signalerende en adviserende verantwoordelijkheid. De rijksministerraad heeft als ultimum remedium de mogelijkheid om een aanwijzing te geven. Daartoe moet dan wel de bereidheid bestaan. Uit de memorie van toelichting blijkt die mentale bereidheid niet. Er is altijd grote terughoudendheid geweest bij het inzetten van dit middel. Als de mentale bereidheid er niet is, zal het niet werken.

– Is bij het toezicht op de begroting en het proces daaromheen inderdaad sprake van het jaar t+1? Valt onder het toezicht ook een beoordeling in meerjarig kader?

– Kan de Kamer de consensusrijkswet openbaar ministerie toegestuurd krijgen? Kan al iets gezegd worden over het proces dat op gang komt indien de Nederlandse minister van Justitie een aanwijzing gaat geven? Welke procedurele voorzieningen zijn getroffen?

– Kan meer duidelijkheid worden gegeven over de schuldsanering? Wat valt onder de resterende hoofdschuld? Zijn de genoemde bedragen inzake de betalingsachterstand echt de maxima? Is de afspraak dat het bestuur de betalingsvoorkeur aangeeft bij het wegwerken van de betalingsachterstanden, binnen het gemaximeerde plafond, wel verstandig? Wordt Nederland niet achteraf toch nog met een onbetaalde rekening opgezadeld?

– Leidt het referendum dat kennelijk op Curaçao vier maanden na de rondetafelconferentie wordt georganiseerd, niet tot een behoorlijk procedureel risico?

– Zijn er voor het monetaire systeem al knopen doorgehakt? Wordt de munt vervangen door de euro, blijft die bestaan of zal voortaan in dollars worden betaald?

– Kan er een reactie komen op berichten in de pers en reacties daarop, waaruit de indruk kan ontstaan dat op Bonaire over 2006 en 2007 een schuld is opgebouwd van 35 mln.?

– Waarom heeft Aruba de bijdragen over 1999 tot en met 2002, evenals een ander bedrag dat open staat, nog steeds niet betaald? Is het de bedoeling om de achterstand te verrekenen met de opbrengsten van de verkoop van het Plant Hotel? Is dat vanaf het begin afgesproken?

– Waarom zijn, wat betreft het programma bestuurlijke verbetering en het programma verbetering sociaaleconomische infrastructuur, nergens harde kwantitatieve doelstellingen en criteria vermeld op basis waarvan wordt afgerekend?

– Wanneer kunnen de antwoorden op de schriftelijke vragen over politie en rapport Nu of nooit, die belangrijk zijn in de beoordeling, worden verwacht?

De heer Brinkman (PVV) vindt dat de vertraging nog mag voortduren tot ver na 2010. De Nederlandse kiezer zou zich ook moeten kunnen uitspreken over dit weggooien van Nederlands belastinggeld. De Antillen zijn feitelijk failliet en Nederland legt erbij wat men tekortkomt. De Antillen geven bakken vol Nederlands belastinggeld uit. De oorzaak is misschien dat er over de bedragen die er na december 2006 bij komen, geen duidelijkheid is. Er is 2,2 mld. afgesproken, maar de staatssecretaris heeft aangegeven dat over de andere schulden nog gesproken moet worden. Antillianen gaan er dan van uit dat 2,2 mld. ook nog 2,5 mld. kan worden. Onderkend is wel dat er voorwaarden aan verbonden moeten worden. Men weet echter op slinkse wijze de controle door de staatssecretaris te omzeilen. Er is sprake van ongebreidelde corruptie, nepotisme, vriendjespolitiek, zelfverrijking enzovoorts. De Antillen zijn zo gecorrumpeerd dat zij niet meer kunnen worden gered met besturen op afstand vanuit Nederland. De heer Brinkman wil wel onderhandelen met de Antillen en Aruba, maar met als uiteindelijke doel totale onafhankelijkheid van Nederland.

– Hoe zit het met de pensioenregelingen voor de politici? Wordt het anticumulatiebeding afgeschaft?

– Hoe staat het met de subsidies, waarvan de Algemene Rekenkamer niet kan nagaan wat ermee gebeurt en wat de resultaten ervan zijn?

– Wat is het oordeel over de situatie op Sint Maarten, waar het laatste halfjaar drie hoge politiefunctionarissen zijn aangehouden? Hoe denkt de staatssecretaris binnen een halfjaar de zaken op orde te hebben?

– Hoe staat het met probleem van de Islaraffinaderij, waar dezelfde corrupte politici in het bestuur van de raad van commissarissen zitten en er jaren aan meegewerkt hebben? Is de enige oplossing niet het sluiten van de Islaraffinaderij?

Mevrouw Van Gent (GroenLinks) constateert dat de grootste problemen zich voordoen op Sint Maarten, waar de voortgang minimaal is en de kwaliteit van het bestuur te wensen overlaat. De bestuurscultuur baart zorgen. Al eerder zijn vragen gesteld over de pensioenregeling en de wachtgelden. Er wordt nog steeds gewacht op duidelijkheid. Voor alles moet er transparantie zijn. Het is van groot belang dat de revolutie qua bestuurscultuur van onderop plaatsvindt. De bevolking op de Nederlandse Antillen en Aruba moet zich niet laten ringeloren en zich niet klein laten houden door bestuurders die wellicht geen openheid van zaken geven en een besloten bestuurscultuur kennen. Wil het proces van nieuwe staatkundige verhoudingen slagen, dan moet daaraan veel aandacht worden besteed.

– Blijft er met het oog op de schuldsanering wel een einddatum staan, opdat de druk op de ketel wordt gehouden?

– Is de komende tweeënhalf jaar het gat in de hand gedicht wat betreft het aangaan van nieuwe schulden?

– Hoe gaat het de komende tweeënhalf jaar verder tijdens de afbraak van het land?

– Hoe blijft de bevolking in Nederland en op de Nederlandse Antillen bij het staatkundige proces betrokken? Hoe wordt duidelijk gemaakt dat dit alles niet tegen de bevolking gebeurt, maar voor de bevolking? Wordt er op ambtelijk niveau op die manier aan gewerkt of is er sprake van wantrouwen, roddel en achterklap?

– Kan er echt een goede start worden gemaakt met het financieel toezicht, dat voor het einde van het jaar zou starten? Heeft de staatssecretaris hier goed zicht op?

– Kan in de kwestie van de Islaraffinaderij onmiddellijke actie worden ondernomen in plaats van allerlei gemeenplaatsen te gebruiken waarom de Nederlandse regering niet kan ingrijpen? Kan er voor december een duidelijk plan van aanpak komen? Kunnen er voor december duidelijke afspraken zijn wat er met de raffinaderij gaat gebeuren?

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie) spreekt haar waardering uit voor alle resultaten die tot nu toe zijn behaald, voor de krachtige leiding die de staatssecretaris geeft aan het proces en voor iedereen die haar daarbij steunt, de ambtenaren en de bestuurders op de Nederlandse Antillen.

– Hoe moet de nieuwe streefdatum van december 2010 worden gerijmd met de door de Stichting Overheids Accountants Bureau (SOAB) genoemde datum 2012 of 2013, indien geen aanvullende maatregelen worden genomen? Welke aanvullende maatregelen zijn genomen om uit te komen op december 2010?

– Wanneer krijgt de Kamer het toegezegde planningsoverzicht, met tijdpad en kritieke pad?

– Wat zijn de financiële gevolgen van uitstel voor het land Nederlandse Antillen? Wat betekent het uitstel voor de begroting, voor de schuldsanering en de tekorten?

– Hoe is de communicatie geregeld, opdat er begrip is bij de bevolking voor het verloop van het proces en het doel? Zal er in 2010 voldoende draagvlak zijn in een referendum? Hoe zal aan de bevolking van de Antillen duidelijk worden gemaakt dat het Antillendossier geen ondergeschoven kindje is?

– Worden de verkiezingen in 2010 gezien als een bedreiging voor het hervormingsproces? Past een dergelijke maatregel in een democratisch bestel? Kwam het verzoek uit de Antillen of ook van het kabinet?

– Is het vanwege de communicatie met de bevolking niet aan te raden om iets luchtigs rond de toetsingsconferentie te organiseren? Wat houdt de toetsingsconferentie precies in? Zijn daarvoor politici vergeleken of vooral juristen? Wordt inderdaad alle wetgeving getoetst? Wat is de stand van zaken bij de ontwikkeling van de wet- en regelgeving? Zal alle benodigde wet- en regelgeving inderdaad klaar zijn voor toetsing per 15 december 2008?

– Is het de eilanden duidelijk wanneer zij klaar zijn voor de nieuwe status? Weten de eilanden tot in detail hoeveel zij moeten implementeren en kunnen zij hieraan voldoen? Volledige implementatie kan toch pas als zij de nieuwe status hebben? Maakt deze discussie ook deel uit van de toetsingsconferentie? Kan er een document komen waarin klip-en-klaar is opgenomen waaraan iedereen moet voldoen om de status te verkrijgen? Zijn er regelingen getroffen of afspraken gemaakt voor het land Nederlandse Antillen gedurende de transitieperiode?

– Klopt het dat de overeengekomen corporate governance verdergaat dan de OECD-richtlijnen? Wat is de achterliggende reden hiervan?

– Wanneer kan het advies van de Raad van State over de aanwijzingsbevoegdheid worden verwacht?

– Wanneer worden de BES-eilanden op een adequate manier geïnformeerd?

Antwoord van de staatssecretaris

De staatssecretaris constateert dat in januari 2008 de politieke stuurgroep tot de conclusie is gekomen dat de streefdatum van 15 december 2008 niet haalbaar is en dat een meer realistische planning nodig is. Aan SOAB als onafhankelijke instantie is gevraagd om een realistische planning te maken. 1 januari 2011 is een realistische, maar krappe datum. Het is een werkdatum, geen afgesproken datum. Dat is met opzet zo, omdat geen afbreuk mag worden gedaan aan de afspraken in de slotverklaring. Er moet een check zijn op de afspraken in de slotverklaring.

– SOAB heeft de data 2012 en 2013 genoemd om aan te geven dat de datum vrij strak is gepland. Er moet niet zo heel veel tegen zitten, wil men de planning halen. De normale adviesprocedures en de normale parlementaire behandeling zijn het uitgangspunt. De planning is ook gecheckt bij de Griffie van zowel de Eerste Kamer als de Tweede Kamer. Sint Maarten kijkt heel anders naar de planning. Uitgangspunt blijft echter dat recht moet worden gedaan aan de volksvertegenwoordigende organen.

– Op 15 december moet de consensusrijkswetgeving klaar zijn en moet Nederland de wetgeving rond de BES-eilanden af hebben. De landen in wording moeten hun staatsregelingen en hun organieke wetten in concept af hebben, waarna de behandeling volgens de normale parlementaire procedures in Nederland en de landen zelf kan plaatsvinden. Er is een inspanningsverplichting om de wet- en regelgeving gereed te hebben. De consensusrijkswetten en de statutenwijzigingen zijn grotendeels af, maar de consensusrijkswet politie niet. De BES-wetgeving is op streek. Alles moet af zijn; anders heeft het geen zin. Deze afspraak is belangrijk om de druk op het traject te houden.

– Nederland biedt voor een deel steun aan de eilanden om alles wat moet gebeuren op tijd gereed te hebben. Voor een deel moeten zij het echter zelf doen.

– In de gezamenlijke aanvraag tot voorlichting van de Raad van State zijn, op verzoek van de regering van de Nederlandse Antillen, ook de statenverkiezingen op de Nederlandse Antillen in januari 2010 opgenomen. De staatssecretaris heeft daarmee ingestemd, maar heeft er geen opvatting over. Aan de Raad van State wordt gevraagd of deze een mogelijkheid voor versnelling ziet, recht doend aan de normale democratische procedures, of dat er andere opties zijn om het land te laten ophouden te bestaan. Als vanaf 2009 steeds meer taken worden overgedragen aan de eilanden, is de vraag waar de statenverkiezingen over moeten gaan en of er andere oplossingen zijn die de toets van de democratische controle kunnen doorstaan. Het advies van de Raad van State komt hopelijk in het najaar. Het is geen probleem om de Kamer een afschrift ervan te sturen.

– De zorg over het uiteenvallen van het land is een van de redenen van de specifieke vraag in de voorlichtingsaanvraag aan de Raad van State. Nederland ondersteunt het land via de samenwerkingsprogramma’s Institutionele Versterking en Bestuurskracht, ook gericht op de ontmanteling van het land. Het land bestaat totdat het is opgeheven. Het moet dus ook functioneren en zijn rol in de richting van de eilanden spelen.

– Er worden drie openbare ministeries opgericht, voor Curaçao, Sint Maarten en de BES-eilanden, die vallen onder één procureur-generaal. Er komt een aanwijzingsbevoegdheid voor de ministers van Justitie van Nederland, Curaçao en Sint Maarten waar het hun eigen landstaak betreft en voor de minister van Justitie namens de rijksministerraad waar het de Koninkrijksverantwoordelijkheid betreft. De volledige consensusrijkswet zal na ommekomst van de Raad van State door de minister van Justitie naar de Kamer worden gestuurd.

– De Kamer heeft, als extra vorm van dienstverlening, ter informatie het voorontwerp van de algemene maatregel van rijksbestuur financieel toezicht ontvangen. Conform het slotakkoord kan de schuldsanering beginnen zodra de financieel toezichthouder is ingesteld. De staatssecretaris zal dit zo snel mogelijk via de rijksministerraad verder geleiden, opdat eind van het jaar kan worden begonnen met de schuldsanering.

– Wat de algemene maatregel van rijksbestuur financieel toezicht betreft zal de staatssecretaris ervoor zorgen dat de Kamer alles krijgt wat de financieel toezichthouder stuurt.

– Met Sint Maarten, dat een goed functionerende rechtsstaat moet worden in de nieuwe situatie, is een forse discussie gevoerd. Er zal specifiek aandacht moeten zijn voor de rechtshandhavingsketen. In de toezicht-AMvB is, na een zware discussie en omdat de staatssecretaris daar zeer aan hechtte, een uitgebreide passage opgenomen over corporate governance, benoemingen in overheids-bv’s en het aangaan van onderhandse geldleningen. De toezichthouder heeft dus de mogelijkheid om ernaar te kijken.

– Sint Maarten heeft wel gelijk dat ook het land zijn taak moet vervullen. Ongetwijfeld komt dit nog aan de orde bij het Plan Veiligheid Nederlandse Antillen (PVNA). Er moet aan de algemene instituties worden gebouwd, maar er moet ook worden geïnvesteerd in de versterking van de politie en de vreemdelingenketen. De staatssecretaris vindt dat de helft van het geld van het PVNA naar Sint Maarten moet. Voorlopig loopt het via het land. De staatssecretaris blijft het gesprek daarover aangaan met het land, omdat die taak opgepakt moet worden.

– Wat de opgepakte politiefunctionarissen op Sint Maarten betreft functioneert het systeem in die zin dat ernaar is gekeken. Een goed functionerend politiekorps daar is een randvoorwaarde voor het ingaan van de nieuwe staatkundige verhoudingen.

– Sint Maarten zegt dat op 15 december de wetgeving klaar is. Daarna zal de normale behandeling plaatsvinden en wordt getoetst of het voldoet aan de criteria voor het in behandeling nemen. Het gaat echter moeizaam met Sint Maarten.

– De BES-bestuurders hechten eraan dat Nederland concreet op 1 januari 2009 taken gaat verrichten op de eilanden. Daartoe moeten praktisch een aantal zaken worden gerealiseerd. Daar is ook geld voor. De plannen van aanpak worden deze week met de BES-bestuurders besproken, waarbij veiligheid, gezondheidszorg, onderwijs en jeugd de prioritaire onderwerpen zijn. De staatssecretaris zal de besluitenlijst van de BES-week en de afspraken over de prioritaire onderwerpen naar de Kamer sturen. Zij kan de Kamer desgevraagd ook informeren over de stand van zaken bij andere overleggen.

– Wat de oppositie betreft is het de vraag ook of men elkaar wil verstaan. De discussie is relatief gepolitiseerd. De staatssecretaris heeft steeds zowel met de Eilandraad als de fractievoorzitters gesproken. De fractievoorzitters van de oppositie komen echter niet altijd als ze worden uitgenodigd. En dat is meer vanuit de achtergrond dat men Nederland niet altijd wil verstaan.

– Naar verwachting zal de brief van minister van OCW en de staatssecretaris van BZK over cultuur deze week naar de Kamer worden gestuurd.

– De hiv/aidsproblematiek is groot, maar gezondheidszorg is een autonome taak van het land en van de nieuwe landen. De motie en de inzet zijn daar onder de aandacht gebracht. Het ministerie van VWS is in overleg met de Nederlandse Antillen en wil, met BZK in coördinerende zin, afspraken maken over de implementatie van internationale gezondheidsregels. Het ministerie van VWS steunt de Antillen bij de implementatie. Ook het verspreiden van goedkope condooms is onder de aandacht van de verantwoordelijke bestuurders daar gebracht. Wellicht kan nagevraagd worden wat op dit gebied gebeurt.

– De stijgende olie- en voedselprijzen op de Nederlandse Antillen en Aruba vallen onder de autonomie van de eilanden. De economische en toeristische ontwikkeling van de eilanden is goed. De jeugdwerkloosheid op de eilanden daalt. Sinds de staatkundige onderhandelingen wat nadrukkelijker leiden naar de nieuwe status, neemt het vertrouwen in de economie toe.

– Nederland heeft op het gebied van voorlichting een specifieke taak voor de BES-eilanden. De staatssecretaris zal in juli naar de BES-eilanden gaan om zowel de bevolking als het maatschappelijk middenveld eromheen te informeren wat de nieuwe staatkundige structuur voor de BES-eilanden gaat betekenen. Zodra het belevingsonderzoek op de BES-eilanden gereed is, zal het naar de Kamer worden gestuurd. Op basis daarvan zal nadere informatie worden gegeven. De informatie op het web is bij BZK apart op de voorpagina geplaatst. Er is ook een link op de regeringssite. Er zijn nog geen chatmogelijkheden, maar daarover kan gedacht worden.

– Het is een taak van de bestuurders zelf om de burgers op de Nederlandse Antillen en Aruba te informeren. Op Curaçao is na de laatste stuurgroep en het SEI in meer talen een krantje uitgebracht, dat ook breed verspreid wordt. Ook in tv- en radioprogramma’s wordt er aandacht aan besteed.

– WolBES is een formele Nederlandse wet omdat er geen andere mogelijkheid is. In de Grondwet staat dat een openbaar lichaam bij wet moet worden geregeld. Aangezien de BES-eilanden onderdeel worden van het Nederlandse staatsbestel, moeten er formele Nederlandse wetten worden gemaakt. De BES-eilanden weten dat ook. Zij hebben ook de notitie waarover in het vorige overleg is gesproken. Er is ook over gesproken met de eilandbesturen. Voor zover nodig wordt het aangepast in de wetgeving. Specifiek op onderdelen wordt het voortdurend met de eilanden besproken.

– In de begroting is een paragraaf over goed bestuur opgenomen, omdat afspraken over corporate governance en het toezicht daarop een belangrijke voorwaarde zijn. De staatssecretaris heeft heel nadrukkelijk gezegd dat geen sprake meer mag zijn van vriendjespolitiek en onderhandse geldleningen. Corruptie moet worden benoemd en worden aangepakt binnen de staatkundige context. In die context bekijkt de toezichthouder of de afspraken over corporate governance worden nagekomen.

– Zaken waarin strafrechtelijke vervolging nodig is, moeten worden aangeleverd bij het Openbaar Ministerie. Dat gebeurt ook. Alles wat bij de staatssecretaris terecht is gekomen, is aangeleverd aan het OM of benoemd en besproken. De staatssecretaris neemt zo nodig met de minister van Justitie of het OM contact op. Het zwartboek Bonaire is daarvan een voorbeeld. De staatssecretaris heeft daarin een consequente lijn gevolgd.

– Wat betreft de opmerkingen over het neoliberale beleid is de staatssecretaris van opvatting dat de Antillen en Aruba zelf verantwoordelijk zijn voor het beleid dat men daar voert, zoals Nederland verantwoordelijk is voor het beleid dat hier wordt gevoerd.

– De passage over de aanwijzing als ultimum remedium heeft betrekking op het stoppen van de schuldsanering en niet op andere aanwijzingen. Alle aanwijzingen vinden plaats op basis van adviezen van het College financieel toezicht. Voor een besluit tot stoppen van de schuldsanering is zorgvuldigheid vereist. Over de toelichting is natuurlijk onderhandeld. De Raad van State zal er advies over uitbrengen, waarna ook de Kamer geïnformeerd zal worden. Nederland kan in elk geval te allen tijde eenzijdig besluiten om de schuldsanering stop te zetten. De staatssecretaris is bereid een overzicht te maken van de volgtijdelijkheid en te bekijken of het wat inzichtelijker kan worden gemaakt. Verder kan de Kamer haar altijd aanspreken op de doortastendheid van de rijksministerraad.

– Het College financieel toezicht moet het beleid dat wordt gevoerd, beoordelen. Het College kan signaleren en adviseren. Als adviezen in de wind worden geslagen, kan het worden opgeschaald naar de rijksministerraad. Bij slecht financieel beleid kan de rijksministerraad aanwijzingen geven. De rijksministerraad heeft ook de bereidheid om aanwijzingen te geven.

– De financiële beoordeling vindt niet alleen plaats op basis van t+1, maar ook meerjarig. Het moet structureel op orde zijn.

– Er is flink geïnvesteerd in de capaciteit van het College financieel toezicht; werving tot vijftien mensen ter ondersteuning mag nu.

– In het SEI is nu ook de problematiek van de Islaraffinaderij opgenomen. De overheid van Curaçao zal gaan handhaven op de bestaande hinderwetvergunning en de overige milieuwetten, -regels en -normen waaraan de raffinaderij moet voldoen. Er wordt meetapparatuur aangeschaft. In het vierde kwartaal zal de handhaving plaatsvinden. Mocht men zelf niet voldoende kennis hebben, dan is Nederland bereid technische én juridische assistentie te leveren.

– Er zal ook monitoring plaatsvinden. Er wordt niet alleen overlegd, er wordt ook gekeken wat er met de afspraken gebeurt. Het bestuurscollege en het land, voor zover het verantwoordelijk is, zullen bestuursdwang moeten willen toepassen als zij de normen handhaven. Men weet dat en zij zullen daarop ook worden aangesproken, indien nodig. De ministerraad zal ook de voortgang op dit dossier bespreken.

– Als in het vierde kwartaal blijkt dat niet wordt gehandhaafd, is eerst de waarborgfunctie van het land Nederlandse Antillen in het geding en daarna pas van het Koninkrijk. Aan het SEI is ook gekoppeld dat de schuldsanering kan worden stopgezet, als de afspraken niet worden nagekomen. Er zijn dus meer mogelijkheden.

– De waarborgfunctie blijft van kracht. Er bestaat geen voornemen om een wijziging van het statuut voor te stellen. Het gaat alleen om staatkundige wijzigingen.

– Er wordt ook een toekomstgericht plan gemaakt, waarin voor het eerst de mogelijkheid van sluiting van de raffinaderij is benoemd. Dat is op de langere termijn gericht.

– Er lopen nog een aantal juridische procedures die zijn aangespannen door de stichting Schoon Milieu op Curaçao (SMOC). De uitspraken worden nog in juni verwacht in twee procedures. Zodra er meer informatie is, zal de Kamer worden ingelicht.

– Er komt een onderzoek, waarin twee opties worden betrokken. Als het onderzoek is afgerond, moet het bestuurscollege een plan van aanpak maken.

– Nederland is, wat de economische zones betreft, in de toekomst fiscaal verantwoordelijk voor de BES-eilanden. De Nederlandse staatssecretaris van financiën is er ook mee bezig. De komende week zal dit aan de orde komen in de besprekingen met de BES-bestuurders. Het nieuwe systeem is echter nog niet afgerond.

– Nederland is niet verantwoordelijk voor het nieuwe fiscale systeem op Curaçao en Sint Maarten. Dat is een autonome kwestie en geen onderdeel van de akkoorden. Er is wel afgesproken dat de begroting in evenwicht is. Alle afspraken staan in de algemene maatregel van rijksbestuur financieel toezicht. De eilanden moeten de inkomsten en uitgaven in evenwicht brengen; anders hebben zij een probleem bij het financieel toezicht en met de rijksministerraad.

– De staatssecretaris heeft zich gerealiseerd dat de economische zones een belangrijk punt in de beoordeling kunnen zijn, als Nederland 2,2 mld. bijdraagt en rijke multinationals en multimiljonairs niets bijdragen aan de Antilliaanse samenleving.

– Het blijft bij 2,2 mld. voor schuldsanering. Daarover zijn afspraken gemaakt. De zorg over het aangaan van nieuwe schulden is reëel, aangezien er nog geen financieel toezicht op Curaçao en Sint Maarten is. De schulden zijn wel gefixeerd op de einddatum 2005.

– Bij de BES-eilanden is het niet zozeer een kwestie van nieuwe schulden als wel verborgen gebreken die worden aangetroffen. De verschillende departementen hebben plannen van aanpak gemaakt en voeren factfinding missies uit. Meteen na de BES-week zal de Kamer worden geïnformeerd over de plannen van aanpak. In de begroting zullen de BES-eilanden uitgebreider aan de orde komen. Het is ook een lastig punt bij de investeringen, maar de eilanden worden gehouden aan de gemaakte afspraken.

– Over het monetaire systeem zijn nog geen knopen doorgehakt. Ook de valutakeuze voor de BES-eilanden is nog niet bepaald. Curaçao en Sint Maarten zijn zelf in overleg over de centrale bank. Het openstaande punt is de verhouding in de raad van bestuur van de bank en het monetaire stelsel.

– Wat het bericht over Bonaire betreft is het niet aan het Nederlandse kabinet om in een discussie op Bonaire te treden. Het gaat om een schuld van 35 mln. gulden, zijnde 15 mln. euro. Er is nu financieel toezicht en de gaten zijn gestopt. Er worden zelfs preventief zaken bekeken. Er zijn afspraken gemaakt. Verder bestaat de mogelijkheid om in te grijpen en aanwijzingen te geven.

– De Aruba betaalt altijd laat, maar het betaalt wel. De voorganger van de staatssecretaris heeft met Aruba besproken dat de achterstand bij de verkoop van het Plant Hotel zou kunnen worden verrekend. Op dit moment is er geen afspraak met Aruba over het Plant Hotel. Eind juni wil de staatssecretaris met minister-president Oduber tot afspraken zien te komen. In elk geval moet er betaald of verrekend worden.

– De staatssecretaris is geen voorstander van een referendum, ondanks de afspraken hierover met de Antillen. Vier maanden na de conferentie zal het resultaat worden voorgelegd aan de bevolking. De Antillen hebben dat recht en Nederland kan daar niets aan doen. De staatssecretaris zal politiek duidelijk maken dat er nog weinig aan veranderd kan worden. De afspraken in het slotakkoord zullen strak worden gehanteerd. Daarop kan het kabinet worden aangesproken. De staatkundige veranderingen moeten wel iets betekenen voor de bevolking. Dat moet ook aan de bevolking worden overgebracht.

– De antwoorden op de vragen over de politie en het rapport Nu of nooit zullen zo snel mogelijk, wellicht nog deze week, naar de Kamer worden gestuurd.

– In februari is aan de regering van de Nederlandse Antillen informatie gevraagd over het wachtgeld en de pensioenen. Er is nog geen antwoord ontvangen, maar de gevolmachtigd minister heeft toegezegd er achteraan te gaan. De staatssecretaris hoopt de Kamer hierover zo snel mogelijk te informeren.

– Rond de toetsingsconferentie in december 2008 zal geprobeerd worden iets luchtigs in de richting van de bevolking te doen. Nederland neemt op 1 januari 2009 een aantal verantwoordelijkheden van de BES-eilanden over en wil ook kijken of daaraan afzonderlijk aandacht kan worden besteed. Het streven is om ook een uitvoeringskantoor op de BES-eilanden te hebben, zodat het ook zichtbaar is.

– De eindtoets die voor de formele ingang van de status van de nieuwe landen moet plaatsvinden, vindt plaats op basis van de afspraken in het slotakkoord, ook die over goed bestuur. Men is bezig die afspraken te operationaliseren, zodat die aan het eind goed getoetst kunnen worden.

Toezeggingen

– De staatssecretaris zegt toe dat het College financieel toezicht ook zal rapporteren aan de Tweede Kamer. Artikel 4 eerste lid onder c van de AMvRB zal daartoe worden gewijzigd.

– De staatssecretaris zal de besluitenlijst van de besprekingen met de BES-eilanden en de plannen van aanpak aan de Kamer aanbieden.

– Het onderzoek dat is gedaan naar de beleving van de bevolking van de Nederlandse Antillen van de staatkundige hervormingen, zal naar de Kamer worden gezonden.

– De Kamer zal de definitieve AMvRB Besluit tijdelijk financieel toezicht Nederlandse Antillen, Curaçao en Sint Maarten, na het advies van de Raad van State, ontvangen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken,

Van Beek

De griffier van de vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken,

De Gier


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van Beek (VVD), voorzitter, Van Gent (GroenLinks), Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Blok (VVD), Dijsselbloem (PvdA), Remkes (VVD), Van Bochove (CDA), Van Velzen (SP), Leerdam (PvdA), ondervoorzitter, Van Hijum (CDA), Griffith (VVD), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Boelhouwer (PvdA), Schinkelshoek (CDA), Ortega-Martijn (ChristenUnie), Brinkman (PVV), Pechtold (D66), Van Raak (SP), Gill’ard (PvdA), Lempens (SP), Ouwehand (PvdD), Kuiken (PvdA), De Rouwe (CDA) en Uitslag (CDA).

Plv. leden: Ten Broeke (VVD), Halsema (GroenLinks), Van Leeuwen (SP), Van der Vlies (SGP), Zijlstra (VVD), Wolbert (PvdA), Weekers (VVD), De Nerée tot Babberich (CDA), Poppe (SP), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Van Miltenburg (VVD), Spekman (PvdA), Voordewind (ChristenUnie), Graus (PVV), Koşer Kaya (D66), Bouchibti (PvdA), Jasper van Dijk (SP), Thieme (PvdD) en Kalma (PvdA).

Naar boven