nr. 52
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 mei 2008
Op 4 juni is het Algemeen Overleg over fiscaliteit Nederlandse Antillen.
In navolging van mijn brief d.d. 24 april 2008 stuur ik u ter informatie
nog enkele stukken die ik via de Gevolmachtigde minister van de Nederlandse
Antillen heb ontvangen. Het betreft:
– een brief van de Gezaghebber van Sint Eustatius betreffende de
antwoorden op de Kamervragen van het Kamerlid Van Raak van 10 april 2007;1
– een presentatie van de Stichting Belasting Accountants Bureau
over de belastingopbrengsten van de Nederlandse Antillen en de afzonderlijke
eilandgebieden;1
– een aantal stukken van de Organisatie voor Economische Samenwerking
en Ontwikkeling (OESO), waaruit blijkt dat de Nederlandse Antillen de OESO
hebben toegezegd zich te committeren aan de OESO normen betreffende de bevordering
van transparantie en de verbetering van de effectieve informatie-uitwisseling
in belastingzaken.1 Uit de eveneens bijgevoegde
persberichten van staatssecretaris Rosaria blijkt dat de Antillen druk doende
zijn om van de zwarte lijsten van Europese staten te komen.1
Tijdens het vragenuurtje op 13 mei 2008 (Handelingen der Kamer II,
vergaderjaar 2007–2008, nr. 82, blz. 5794–5795) heb
ik de heren Brinkman en Remkes toegezegd voor het AO van 4 juni 2008
te berichten over de rol van de financieel toezichthouder (CFT) bij het tot
stand komen van de verhoging van de onderstand en het minimumloon. Ik heb
bij die gelegenheid gemeld dat er reeds informele contacten met Curaçao
bestaan in afwachting van het vaststellen van de AMvRB Financieel Toezicht.
De informele contacten hebben als oogmerk dat beide partijen elkaar reeds
weten te vinden bij het opstellen van de begroting 2009 en daardoor de voortvarende
start van het toezicht weten te bespoedigen zodra de AMvRB bekrachtigd is.
Het CFT heeft geen inhoudelijk oordeel geveld over de beleidskeuze om de minimumlonen
dan wel de uitkeringen te verhogen en zal dat in de toekomst ook niet doen.
Het CFT zal in dergelijke gevallen slechts toetsen of beleidsmaatregelen
binnen de begrotingsnormen passen.
Ik heb tijdens hetzelfde vragenuurtje van 13 mei mevrouw van Gent
toegezegd om te bezien of ik de Kamer nog meer kan informeren over het armoedebeleid
van Nederland op de Nederlandse Antillen. In mijn brief aan de Kamer d.d.
5 maart 2008 (Kamerstuk 31 200 IV, nr. 32) heb ik de Kamer
geïnformeerd over de manier waarop dit Kabinet de armoede wil bestrijden
op de Nederlandse Antillen. Daar kan ik aan toevoegen dat de Rijksministerraad
onlangs het laatste Sociaal Economisch Initiatief (SEI) heeft goedgekeurd.
Dat was het SEI van Curaçao. De SEI’s zijn incidentele investeringsimpulsen
die gericht zijn op een structureel betere sociaal economische situatie op
de eilanden. Met name in het SEI Curaçao is daarbij veel aandacht uitgegaan
naar de problemen op de arbeidsmarkt en het activeren van de grote groepen
werklozen. Daarom stuur ik u een kopie van het recent goedgekeurde SEI Curaçao
toe.1
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A. Th. B. Bijleveld-Schouten.