nr. 16
BRIEF VAN DE MINISTER PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 augustus 2008
Hierbij ontvangt u als gebruikelijk het jaarlijkse overzicht van de coproducties
die ministeries bij de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) hebben aangemeld en
die in het afgelopen jaar zijn uitgezonden.
De RVD heeft de coproducties getoetst en een advies uitgebracht. Soms
ging het advies gepaard met een verzoek om aanvullende informatie over productiekosten,
financiering, uitzenddata en -tijden en de te gebruiken teksten in aankondiging
en aftiteling. In bijlage 1 vindt u per ministerie een overzicht van de bij
de RVD aangemelde en in 2007 uitgezonden coproducties.1
Ministeries stoppen met financiering omroepprogramma’s
buiten Mediawet om
Per 1 augustus 2008 zijn de Aanwijzingen inzake coproducties en andere
omroepproducties2 ingetrokken. Daartoe is een
regeling in de Staatscourant van 21 juli 2008 gepubliceerd.3 Het kabinet heeft hiermee besloten dat de ministeries vanaf 1 augustus
2008 geen financiële bijdragen meer leveren die specifiek bedoeld zijn
voor de vervaardiging van omroepprogramma’s.4
Zij doen dit niet aan omroepen, noch aan productiebedrijven, noch aan overige
instellingen die werken met publieke middelen als de bestemming de vervaardiging
van omroepprogramma’s is. Voorts is besloten dat alle ministeries een
beleidsregel gaan vaststellen die inhoudt dat zij geen gebruik maken van de
bevoegdheid financiële bijdragen (in subsidie- of contractvorm) te leveren
bedoeld voor de vervaardiging van omroepprogramma’s.
Achtergrond kabinetsbesluit
Sinds 1981 bestaan er richtlijnen (later Aanwijzingen) voor coproducties.
Deze regelen de mogelijkheid voor ministeries om in uitzonderingssituaties
een financiële en inhoudelijke bijdrage te leveren aan omroepprogramma’s.
Coproducties worden gezien als een middel voor de rijksoverheid
om dat deel van het publiek voor te lichten, dat langs andere wegen moeilijk
bereikt kan worden. Ze geven bovendien de mogelijkheid om een boodschap onder
de aandacht te brengen die in een Postbus-51-spot bijvoorbeeld moeilijker
is te brengen. Het gebruik van dit communicatiemiddel blijkt echter in toenemende
mate problematisch te zijn.
Alhoewel ze aan strikte regels gebonden zijn, komen coproducties met enige
regelmaat in opspraak omdat zij zouden leiden tot aantasting van de onafhankelijkheid
van de omroepen of tot ongewenste overheidsbeïnvloeding. Meerdere aanscherpingen
van de regels hebben dit beeld niet kunnen wegnemen. De aanscherpingen van
de regels hebben bovendien geleid tot een steeds meer complexe en lastig handhaafbare
regelgeving, met interpretatieverschillen en oneigenlijk gebruik tot gevolg.
Coproducties zijn bedoeld voor publieksvoorlichting, maar hebben in een aantal
gevallen meer het karakter gekregen van een aanvullende inkomstenbron (subsidie)
voor omroepen en productiemaatschappijen.
De rijksbrede taakstellingsoperatie ten slotte noopt tot terugdringen
van uitgaven en bureaucratie. De rijksoverheid heeft in het kader van de taakstellingsoperatie
aangegeven soberder te willen omspringen met communicatie-uitingen en zich
vooral te bedienen van die uitingen die bewezen gericht en effectief zijn.
Het voornemen bestond reeds om het aantal coproducties sterk te reduceren.
Voor een verdeling van de resterende coproducties over de departementen moest
nog een passend instrument gevonden worden. Dit instrument zou hoe dan ook
nieuwe bureaucratie met zich meebrengen, juist door de gevoeligheid van de
materie. Stoppen met coproducties maakt het zoeken naar dit instrument overbodig
en voorkomt daarmee extra regels en nieuwe bureaucratie.
Afspraken met omroepen en producenten over het produceren van televisieprogramma’s
die nog onder de oude regeling zijn gemaakt, worden wel nagekomen. Dit betekent
dat er in de loop van 2008 en in 2009 nog een aantal door ministeries gefinancierde
programma’s op televisie zullen verschijnen.
De minister-president,
minister van Algemene Zaken,
J. P. Balkenende
XNoot
1Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.
XNoot
2Regeling van 30 juni 2004, nr. 04R467628.
XNoot
3Regeling van 11 juli 2008, nr. 3067435, houdende intrekking
van de Aanwijzingen inzake coproducties en andere omroepprogramma’s.
XNoot
4Dit geldt niet voor de omroepbijdragen die via de Mediawet worden geregeld.