31 066 Belastingdienst

Nr. 1063 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 juni 2022

Zoals in november 2021 aangekondigd1, onderzoekt de Inspectie Justitie en Veiligheid (IJenV) of gedupeerde ouders vaker te maken kregen met een kinderbeschermingsmaaatregel. Het is van belang dat naast de individuele begeleiding van de gedupeerde ouders en kinderen die te maken hebben gekregen met uithuisplaatsing ook dit onderzoek op systeemniveau plaatsvindt. Mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Staatssecretaris van Toeslagen en Douane informeer ik uw Kamer over de uitkomsten van de eerste kwantitatieve analyse.

In het kwantitatieve deelonderzoek van de IJenV wordt onderzocht of gezinnen gedupeerd door de kinderopvangtoeslag hierna vaker of minder vaak dan andere gezinnen te maken kregen met een kinderbeschermingsmaatregel. Meer informatie over de opzet en onderzoeksvraag van deelonderzoek 1 is te vinden in het plan van aanpak.2 De IJenV heeft aan het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) gevraagd statistische gegevens aan te leveren om hun kwantitatieve onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden. Vandaag publiceerde het CBS de eerste analyse die in dit kader tot stand is gekomen.3 De IJenV heeft de cijfers geduid in hun rapportbrief.4 De rapportbrief is als bijlage van deze brief gevoegd. Na het zomerreces volgt een tweede analyse van het CBS in opdracht van de IJenV.

Het CBS heeft naar een aantal aspecten gekeken, te weten huishoudtype, opleidingsniveau, herkomst, belangrijkste inkomensbron, besteedbaar inkomen en vermogen huishouden. Binnen de brede hersteloperatie toeslagen komen deze mensen die geraakt zijn door institutionele vooringenomenheid en de hardheid van het stelsel ook duidelijk terug. Dat is zeer pijnlijk, en een bevestiging van de van de noodzaak voor het herstel van wat niet goed is gegaan bij de gedupeerde ouders.

Op basis van deze CBS-analyse kunnen nog geen conclusies getrokken worden over de mate waarin het gedupeerd zijn in de kinderopvangtoeslag samenhangt met het in aanraking komen met een kinderbeschermingsmaatregel. Ook kan op basis van deze cijfers nog niet gezegd worden óf de groep gedupeerde ouders vaker of minder vaak dan andere ouders met een kinderbeschermingsmaatregel te maken kregen, en indien dit het geval is welke kenmerken hiermee samenhingen. Dit omdat deze uitkomsten nog niet vergeleken zijn met een groep vergelijkbare maar niet-gedupeerde gezinnen. Dit onderzoek volgt na de zomer.

De IJenV publiceert gelijktijdig met de openbaarmaking van de beschrijving van de groep gedupeerde gezinnen het plan van aanpak van haar tweede deelonderzoek.5 In dit verdiepende onderzoek richt de IJenV zich op de vraag waarom gedupeerde gezinnen te maken kregen met een kinderbeschermingsmaatregel en welke lessen hieruit te trekken zijn.

Bij de ondersteuning van gedupeerden die ook nog te maken hebben (gehad) met een uithuisplaatsing staan de individuele ouders en kinderen centraal. De rijksoverheid, de gemeenten en de organisaties in de jeugdbeschermingsketen, alsmede het landelijke ondersteuningsteam, proberen hen samen recht te doen en hen te helpen om hun leven op de rit te krijgen. Alle inspanning is daarop gericht. De analyse van het CBS kan helpen deze ondersteuning nog passender vorm te geven.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind


X Noot
1

Kamerstuk 31 066, nr. 921.

X Noot
2

Plan van Aanpak deelonderzoek 1. Hoe ging de Jeugdbescherming om met gezinnen gedupeerd door de Toeslagenaffaire? 10 februari 2022.

X Noot
3

Raadpleegbaar via www.cbs.nl.

X Noot
4

Raadpleegbaar via www.inspectie-jenv.nl.

Naar boven