31 057 (R 1828)
Goedkeuring van het op 7 november 1996 te Londen tot stand gekomen Protocol van 1996 bij het Verdrag inzake de voorkoming van verontreiniging van de zee ten gevolge van het storten van afval en andere stoffen van 1972, met Bijlagen (Trb. 1998, 134 en Trb. 2000, 27)

nr. 5
VERSLAG

Vastgesteld 19 september 2007

De vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat1, belast met het voorbereidend onderzoek, brengt als volgt verslag uit van haar bevindingen omtrent dit wetsvoorstel.

Onder het voorbehoud dat de regering de in dit verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende beantwoordt, acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inleiding

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel. Zij constateren dat dit voorstel samenhangt met het voorstel tot Wijziging van de Wet verontreiniging zeewater en enige andere wetten (31 049), waarvan op 3 juli 2007 het verslag van de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat is vastgesteld. De nota naar aanleiding van het verslag bij wetsvoorstel 31 049 heeft de Kamer nog niet bereikt. In afwachting van de antwoorden van de regering maken de leden van de CDA-fractie dan ook geen gebruik van de mogelijkheid van het leveren van een inbreng voor het verslag bij voorliggend wetsvoorstel.

De leden van de PvdA-fractie hebben met positieve belangstelling kennisgenomen van voorliggend wetsvoorstel. Deze leden vinden het een goede ontwikkeling dat met het protocol van 1996, en de daarop volgende wijzigingen, een herziening van het verdrag uit 1972 heeft plaatsgevonden. Deze herziening was hard nodig, omdat het verdrag uit 1972 niet meer de noodzakelijke bescherming kon bieden om de verontreiniging door het storten van afvalstoffen in zee afdoende tegen te gaan.

De leden van de fractie van de SP zijn verheugd met voorliggend wetsvoorstel. De gezamenlijke aanpak van de verontreiniging van de zee door afval juichen zij toe. Het verbod op het lozen van vele stoffen is een terecht internationaal verbod.

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende Protocol. Zij kunnen zich in grote lijnen vinden in het voorgestelde Protocol.

I. Algemeen

De leden van de PvdA-fractie vragen zich af of hoe de regering aankijkt tegen het opslaan van broeikasgas CO2 in de zeebodem. In de Memorie van Toelichting (MvT) wordt genoemd dat dit onder voorwaarden is toegestaan. De leden van de PvdA-fractie zouden graag inzicht willen hebben in die voorwaarden.

De leden van de fractie van de VVD onderkennen het grote belang van een schone zee en zijn blij te zien dat deze problematiek in een breed internationaal verband wordt aangekaart. Zij vragen zich af in hoeverre de ons omringende landen dit Protocol inmiddels ook hebben goedgekeurd

II. Artikelsgewijze toelichting bij het protocol

Artikel 4

De leden van de PvdA-fractie zijn benieuwd of met dit protocol het storten van vervuild zuiveringsslib en baggerspecie afdoende kan worden tegengegaan, daar op grond van artikel 4 van het protocol er een vergunning voor het storten van deze afvalstromen kan worden aangevraagd.

Artikel 7

De leden van de PvdA-fractie vragen of de regering voornemens is om het protocol op de zoute binnenwateren toe te passen, zoals artikel 7 mogelijk maakt.

III. Overig

Handhaving

De leden van de fractie van de SP vragen hoe de verboden gehandhaafd zullen worden. Zullen er inspecties gedaan worden? Wie is hiervoor verantwoordelijk? Hoe gebeurt dit op de intercontinentale wateren?

De leden van de fractie van de VVD vragen eveneens of u nog iets nader zou willen ingaan op de handhaving van het Protocol. Wie is hier verantwoordelijk voor?

Administratieve Lasten

De leden van de fractie van de VVD vragen in hoeverre goedkeuring van dit Protocol effect heeft op mogelijke administratieve lasten voor overheid en bedrijfsleven.

Divers

De leden van de SP-fractie vragen zich af of enkel een verbod voldoende is om dumping tegen te gaan. Wellicht werken extra prikkels ook nog bevorderend. Wordt hierbij ook gedacht aan het volledig indirect financieren van de Haven Ontvangst Installaties?

Volgens deze leden zit er ook een samenhang tussen het beleid op zee en aan de wal. Dit beleid dient in samenhang gezien te worden. Hoe is deze samenhang? Komt de regering ook met een regeling afgifteplicht scheepsafvalstoffen en slops die door één autoriteit gehandhaafd kan worden?

De leden van de fractie van de SP merken op dat het dumpen van scheepsafval niet de enige milieubedreigende activiteit van zeeschepen is. Het mengen, blenden en ontzwavelen van brandstoffen aan boord van zeeschepen is ook een groot probleem. Deze leden zouden graag zien dat daar ook internationale maatregelen tegen genomen zouden worden.

De leden van de VVD-fractie vragen of u tevens kunt aangeven of de goedkeuring van dit Protocol gevolgen heeft voor Nederlandse activiteiten op zee die onder de huidige wetgeving nog wel mogen worden uitgevoerd.

De voorzitter van de commissie

R. Kortenhorst

De adjunct-griffier van de commissie

Van der Sman


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van der Staaij (SGP), Snijder-Hazelhoff (VVD), Mastwijk (CDA), Duyvendak (GL), R. Kortenhorst (CDA), voorzitter, Koopmans (CDA), Gerkens (SP), Van der Ham (D66), Nicolaï (VVD), Haverkamp (CDA), De Krom (VVD), Samsom (PvdA), Dezentjé Hamming (VVD), ondervoorzitter, Roefs (PvdA), Jansen (SP), Cramer (CU), Roemer (SP), Koppejan (CDA), Vermeij (PvdA), Madlener (PVV), Besselink (PvdA), Ouwehand (PvdD), Polderman (SP), Tang (PvdA) en De Rouwe (CDA).

Plv. leden: Van der Vlies (SGP), Boekestijn (VVD), Bilder (CDA), Van Gent (GL), Hessels (CDA), Jager (CDA), Van Bommel (SP), Koşer Kaya (D66), Neppérus (VVD), Van Gennip (CDA), Aptroot (VVD), Crone (PvdA), van Baalen (VVD), Smeets (PvdA), Van Gijlswijk (SP), Anker (CU), Van Leeuwen (SP), Knops (CDA), Depla (PvdA), Agema (PVV), Jacobi (PvdA), Thieme (PvdD), Lempens (SP), Waalkens (PvdA) en Van Heugten (CDA).

Naar boven