nr. 15
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER VLIES TER VERVANGING VAN
DAT GEDRUKT ONDER NR. 61
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel I komt te luiden:
ARTIKEL I
De Embryowet wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel 2, tweede lid, wordt «artikelen 5 tot en met 9»
vervangen door: artikelen 5 tot en met 8.
II
In artikel 5, eerste lid, vervalt de zinsnede: en onverminderd artikel
9.
III
Artikel 9 vervalt.
IV
Artikel 11 vervalt.
V
Artikel 24, onderdeel b, vervalt.
VI
In artikel 24, onderdeel c, wordt «andere embryo’s»
vervangen door embryo’s en vervalt de zinsnede «dan bedoeld in
onderdeel b».
VII
In artikel 24, onderdeel h, vervalt de zinsnede: onderscheidenlijk artikel
9, eerste lid, onder a,.
VIII
In artikel 27 wordt «artikelen 5, 8 en 9» vervangen door:
artikelen 5 en 8.
IX
Artikel 31 vervalt.
X
In artikel 33, eerste lid, vervalt de zinsnede: met dien verstande dat
de artikelen 9, 11 en 24, onderdeel b, in werking treden op het in het tweede
lid bedoelde tijdstip.
XI
Artikel 33, tweede lid, vervalt.
Toelichting
Dit amendement beoogt een permanent karakter te geven aan het verbod op
het speciaal tot stand brengen en het gebruiken van embryo’s ten behoeve
van wetenschappelijk onderzoek en andere doeleinden dan het tot stand brengen
van een zwangerschap.
In het voorliggende wetsvoorstel wordt de wetstechnisch vreemde constructie
van de huidige Embryowet voortgezet. De indiener vindt dit ongewenst. Om die
reden wordt voorgesteld de mogelijkheid om op grond van artikel 33 bij koninklijk
besluit het verbod op te heffen, uit de wet gehaald. De overige wijzigingen
vloeien hieruit automatisch voort.
Mocht er ooit noodzaak gevoeld worden tot het toestaan van het speciaal
tot stand brengen van embryo’s voor wetenschappelijk onderzoek, dan
moet dit als gevolg van dit amendement plaatsvinden via een normale wettelijke
procedure.
Van der Vlies