nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om voor de
berekening van de normhuur een formule in de Wet op de huurtoeslag op te nemen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet op de huurtoeslag wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, onderdeel g, wordt «Onze Minister van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer» vervangen door: Onze Minister
voor Wonen, Wijken en Integratie.
B
Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede tot en met vijfde lid vervalt.
2. Voor de tekst vervalt de aanduiding «1.».
C
Artikel 19 komt te luiden:
Artikel 19
1. Voor elk rekeninkomen onder of gelijk aan het minimum-inkomensijkpunt,
bedoeld in artikel 17, verhoogd met € 200 voor een huishouden als
bedoeld in artikel 2, onder a en c, en verhoogd met € 300 voor een
huishouden als bedoeld in artikel 2, onder b en d, geldt de normhuur, bedoeld
in artikel 17, tweede en derde lid.
2. Voor elk rekeninkomen boven het minimum-inkomensijkpunt, vermeerderd
met de bedragen, bedoeld in het eerste lid, is, per type huishouden als bedoeld
in artikel 2, de hoogte van de normhuur de uitkomst van de formule:
(a x Y2) + (b x Y)
in welke formule voorstelt:
a en b: de factoren, vast te stellen bij ministeriële regeling, die,
per type huishouden, worden afgeleid uit de lineaire relatie tussen de bij
het minimum-inkomensijkpunt behorende normhuurquote en de bij het referentie-inkomensijkpunt
behorende normhuurquote;
Y: het rekeninkomen.
3. De overeenkomstig het tweede lid berekende normhuur wordt naar
boven afgerond op hele eurocenten.
4. Bij ministeriële regeling worden elk jaar, met ingang van
1 januari en 1 juli, de factoren, bedoeld in het tweede lid, herzien.
D
Artikel 27 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid, aanhef, komt te luiden: Met ingang van 1 juli
van elk jaar worden aangepast aan de huurprijsontwikkeling, zoals die naar
redelijke verwachting in het tijdvak dat loopt van 1 juli van dat jaar
tot 1 juli van het daaropvolgende jaar zal plaatsvinden:.
2. Het achtste lid komt te luiden:
8. De minimum-inkomensijkpunten en de overeenkomstig het eerste tot
en met zevende lid vastgestelde, vanaf 1 januari geldende referentie-inkomensijkpunten
en maximale inkomensgrenzen, alsmede de als gevolg daarvan voor de onderscheiden
typen huishouden gewijzigde factoren, bedoeld in artikel 19, tweede lid, en
vanaf 1 juli geldende maximale huur-, kwaliteitskortings- en aftoppingsgrenzen,
alsmede de voor de onderscheiden typen huishouden alsdan gewijzigde factoren,
bedoeld in dat artikellid, worden elk jaar uiterlijk op 1 november daaraan
voorafgaand onderscheidenlijk 1 mei daaraan voorafgaand in de Staatscourant
bekendgemaakt.
3. In het negende lid wordt «16, eerste lid (verhoging van
de normhuur),» vervangen door: 16 (verhoging van de normhuur),.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2008, waarbij
artikel I, onderdeel D, onder 1, terugwerkt tot en met 1 juli 2007.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,