31 031 XVI
Jaarverslag en slotwet ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2006

nr. 4
MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2005 wijzigingen aan te brengen in:

a. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI);

b. de begrotingsstaat inzake de baten-lastendiensten «College ter Beoordeling van Geneesmiddelen», «Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg», «Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu» en «Nederlands Vaccin Instituut» van dit ministerie.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

De Minister voor Jeugd en Gezin,

A. Rouvoet

B. ALGEMENE TOELICHTING BIJ DE BEGROTING

B.1 Leeswijzer

Het jaarverslag geeft in cijfers en toelichting een totaalbeeld van begroting tot verantwoording. In de Artikelsgewijze toelichting bij deze Slotwet beperken we de toelichting op de uitgaven tot de artikelen waarvan de uitgavenrealisatie meer dan 5% en/of meer dan € 25 miljoen afwijkt van de stand 2e suppletore begroting.

We lichten de verplichtingenraming niet toe, omdat deze bij VWS vooral een beheersmatig karakter heeft.

De ontvangstenraming van VWS richt zich in beginsel niet op beleidsdoelstellingen en ontvangsten zijn lastig te ramen. Daarom lichten we de belangrijkste wijzigingen in de begroting van de ontvangsten toe in de volgende paragraaf.

B.2 Realisatie ontvangsten

De meerontvangsten zijn voor 2006 vooral de som van vele kleine verschillen tussen raming en realisatie en hebben over het algemeen betrekking op het verlagen van subsidievaststellingen in vergelijking met eerdere subsidieverleningen. Aanzienlijke uitzonderingen hierop betreffen:

– hogere ontvangsten door een lager vastgesteld subsidie 2005 aan de Stichting Fonds PGO ad € 2, 8 miljoen;

– minder ontvangsten dan geraamd van FES-fonds, bestemd voor het TI Pharma van € 3,2 miljoen;

– hogere ontvangsten voor de ouderbijdrage Jeugdzorg ad € 2,3 miljoen;

– meer inkomsten op verkochte onderzoeken en diensten aan derden van het Sociaal Cultureel Planbureau van € 2,4 miljoen.

B.3 Elektronisch Kinddossier jeugdgezondheidszorg (EKD jgz)

Om een gemeenschappelijk landelijk elektronisch kinddossier jeugdgezondheidszorg (jgz) te realiseren, hebben Actiz en GGD-NL (koepels van thuiszorg en GGD’s) met instemming van de VNG in 2006 de Stichting Elektronisch Kinddossier Nederland (Stichting EKD.NL) opgericht. Deze stichting heeft als taak het EKD jgz te ontwikkelen, onderhouden en beheren. Om geen twijfel te laten bestaan over de rechtmatigheid van deze oprichting, leggen we deze handeling expliciet voor aan de Staten-Generaal.

B.4 Antivirale middelen

Aan het Nederlands Vaccin Instituut (NVI) is in 2006 een bedrag van € 8,6 miljoen betaalbaar gesteld voor de uitvoering in 2007 van een drietal aan elkaar gerelateerde opdrachten. Ten eerste wordt de totale voorraad Oseltamivir sachets verpakt. Voorts wordt er extra Oseltamivir aangekocht om het afvulverlies bij de deze verpakkingsmethode te compenseren. Tot slot zal door de Rijksgebouwendienst een opslaglocatie worden gerealiseerd. Om geen twijfel te laten bestaan over de rechtmatigheid van deze betaling, leggen we deze transactie expliciet voor aan de Staten-Generaal.

B.5 Stipendiumregeling topsporters

In december 2006 is een voorschot van € 2,3 miljoen verstrekt voor de bijdrage 2007 aan stipendiumregeling voor topsporters. Om geen twijfel te laten bestaan over de rechtmatigheid van deze betaling, leggen we deze transactie expliciet voor aan de Staten-Generaal.

C. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Beleidsartikel 22 – Curatieve ZorgUitgaven x € 1 000
Stand 2e suppletore begroting 200656 501
Mutaties Slotwet 2006– 6 711
Stand Slotwet 2006 (realisatie)49 790

Tweedelijnszorg

De kosten van het applicatiebeheer DIS en van de projectorganisatie voor verdere de ontwikkeling en invoering van diagnose behandelingcombinaties in de (geestelijke gezondheids)zorg zijn € 0,8 miljoen lager uitgevallen dan oorspronkelijk geraamd.

Op grond van een gerechtelijke uitspraak heeft VWS een bedrag van € 2,5 miljoen gereserveerd voor de hieruit resulterende claim van de GGZ-instelling BAVO/RNO. Na beoordeling van de claim heeft VWS € 1,0 miljoen minder betaald dan wat er gereserveerd was.

De geraamde uitgaven van een opdracht aan het RIVM om een kwaliteitssysteem voor de kwaliteitsborging van de prenatale screening zijn uiteindelijk verantwoord op artikel 21 van dit begrotingshoofdstuk. Hierdoor is de realisatie van deze operationele doelstelling € 1,7 miljoen lager uitgevallen.

De facturering van enkele opdrachten en de bevoorschotting van enkele projecten heeft niet meer in het kalenderjaar 2006 plaatsgevonden. Hierdoor is de realisatie € 1,9 miljoen lager uitgevallen dan geraamd.

Resterend verschil

Het resterende verschil tussen raming en realisatie op dit artikel van € 1,3 miljoen is het saldo van minder omvangrijke realisatieverschillen.

Beleidsartikel 23 – Geneesmiddelen en medische technologieUitgaven x € 1 000
Stand 2e suppletore begroting 200642 879
Mutaties Slotwet 2006– 6 641
Stand Slotwet 2006 (realisatie)36 238

Geneesmiddelen

We hebben minder projecten in het kader van farmaco-ketenontwikkeling gehonoreerd dan verwacht. Tevens zijn enkele projecten later van start gegaan dan verwacht of zelfs niet doorgegaan. Per saldo leidde dit tot € 0,8 miljoen minder uitgaven dan was geraamd.

De start van de TI-Pharma projecten is vertraagd omdat meer tijd nodig bleek voor het opstellen van de partnercontracten voor de projecten. Dit leidde tot € 3,2 miljoen lagere uitgaven.

Medische technologie en transplantaten

Tegen de verwachting in worden de kosten van de voorbereidingen voor de doelgroepenaanschrijving donorregistratie in 2007 bijna geheel in genoemd jaar gemaakt en niet in 2006. Dit gegeven heeft tot € 1,3 miljoen lagere uitgaven geleid.

Een bedrag van € 0,5 miljoen is niet besteed, omdat het afronden van de acties voor de donorregistratie uit 2005 minder kosten met zich meebrachten dan verwacht.

Resterend verschil

Het resterende verschil tussen raming en realisatie op dit artikel van € 0,8 miljoen is het saldo van minder omvangrijke realisatieverschillen.

26 – Gehandicapten- en hulpmiddelenbeleidUitgaven x € 1 000
Stand 2e suppletore begroting 200611 704
Mutaties Slotwet 2006– 3 268
Stand Slotwet 2006 (realisatie)8 436

Gedifferentieerd aanbod van zorgvoorzieningen

De begrote middelen voor voorlichting aan instellingen met een kinderdagcentrum voor meervoudig complex gehandicapten waren niet nodig, omdat organisaties voor gehandicapten de voorlichting hebben verzorgd op eigen kosten. Tevens heeft de indicatieoverheveling van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) naar het Bureau Jeugdzorg (BJZ) en het stroomlijnen van het zorgaanbod licht verstandelijk gehandicapten (LVG)-jeugd vertraging opgelopen. De hiervoor gereserveerde middelen zijn niet besteed. Per saldo heeft het bovenstaande geleid tot € 2 miljoen lagere uitgaven.

Versterken van de rechtspositie

Door meer indicatiestellingen voor de regeling «Tegemoetkoming onderhoudskosten thuiswonende gehandicapten kinderen» hebben we € 0,8 miljoen meer uitgegeven dan geraamd.

Kwaliteitstoetsing en -verbetering

Uitbreiding van het programma voor kwaliteitsverbetertrajecten en verbetering van de onderzoeksinfrastructuur voor mensen met een verstandelijke beperking bleken niet noodzakelijk. Daarom is een geraamde aanvulling op de subsidie van ZonMW ad € 1,5 miljoen niet gerealiseerd.

Resterend verschil

Het resterende verschil tussen raming en realisatie op dit artikel van € 0,6 miljoen is het saldo van minder omvangrijke realisatieverschillen.

27 – Verpleging, verzorging en ouderenUitgaven x € 1 000
Stand 2e suppletore begroting 200640 184
Mutaties Slotwet 2006– 11 236
Stand Slotwet 2006 (realisatie)28 948

Tijdigheid en toegankelijkheid

Door vertraging in projecten en onderzoek is op deze doelstelling € 0,4 miljoen minder uitgegeven dan geraamd.

Kwaliteit ouderenzorg

Op deze doelstelling was € 8 miljoen geraamd voor stageplaatsen in de ouderenzorg. Deze plaatsen zijn uiteindelijk door de nZA uitgezet en gefinancierd uit de premiemiddelen. Hierdoor is dit bedrag niet besteed op de begroting.

Tevens zijn er door vertraging minder mentorprojecten van start gegaan dan er geraamd waren. Hierdoor is er € 1,7 miljoen vrijgevallen.

Resterend verschil

Het resterende verschil tussen raming en realisatie op dit artikel van € 1,1 miljoen is het saldo van minder omvangrijke realisatieverschillen.

Beleidsartikel 29 – ArbeidsmarktbeleidUitgaven x € 1 000
Stand 2e suppletore begroting 200610 288
Mutaties Slotwet 2006– 945
Stand Slotwet 2006 (realisatie)9 343

Terugdringen personeelstekorten

De onderuitputting wordt voor het grootste deel (€ 0,5 miljoen) verklaard doordat in het programma Zorg voor Beter, programma’s uitgevoerd door ZonMW en het Innovatieplatform AWBZ het verhogen van arbeidsproductiviteit een belangrijke plaats is gaan innemen. Daardoor behoefden verschillende projecten op deze operationele doelstelling niet te worden uitgevoerd.

Resterend verschil

Het resterende verschil (€ 0,4 mln) tussen raming en realisatie op dit artikel is het saldo van minder omvangrijke realisatieverschillen.

Beleidsartikel 31 – ZorgverzekeringenUitgaven x € 1 000
Stand 2e suppletore begroting 200610 545
Mutaties Slotwet 2006– 3 255
Stand Slotwet 2006 (realisatie)7 290

Stelselherziening

Door de reeds gevoerde de voorlichtingscampagne van 2005, bleek dat de burgers voldoende op de hoogte waren over de gang van zaken rond de invoering van de Zorgverzekeringswet en de Wet op de zorgtoeslag. Daarom hebben we de intensiteit van de campagne verlaagd. Hierdoor is per saldo een bedrag van € 2,1 miljoen niet uitgegeven. € 0,5 miljoen van dit bedrag betreft aangegane verplichtingen, die in 2006 niet meer tot uitgaven hebben geleid.

Het evaluatie onderzoek zorgstelsel, het vervolgonderzoek monitoring invoering Zorgverzekeringswet, het onderzoek naar wanbetalers om het aantal onverzekerden te beïnvloeden en nog enkele onderzoeken zijn niet volledig afgerond in 2006. Hierdoor is per saldo € 0,4 miljoen onbesteed gebleven.

Het onderzoek naar de omvang van fraude en de effecten van het gevoerde beleid en problemen rond de declaraties van diagnose-behandelcombinaties ad € 0,5 miljoen is verantwoord op een artikel 22 van dit begrotingshoofdstuk.

Omdat de definitieve besluitvorming over de overheveling van de GGZ naar de Zorgverzekeringswet nog niet had plaatsgevonden, zijn we terughoudend omgegaan met de besteding van de extra ter beschikking gestelde middelen. Hierdoor is € 0,3 miljoen niet uitgegeven.

Beleidsartikel 98 – AlgemeenUitgaven x € 1 000
Stand 2e suppletore begroting 2006160 900
Mutaties Slotwet 200613 335
Stand Slotwet 2006 (realisatie)174 235

Apparaatsuitgaven

De hogere uitgaven zijn voornamelijk veroorzaakt doordat het NVI een voorziening van € 7,6 miljoen heeft getroffen voor de tijdelijke aankoop van het DAKTP/Hib-vaccin in 2007.

Tevens moest de NVI ten laste van het exploitatiejaar 2006 een voorzienig van € 2,4 miljoen treffen voor de pensioenverplichtingen jegens voormalige SVM-medewerkers.

Het Sociaal Planbureau heeft voor € 2,4 miljoen extra uitgaven gedaan voor verkochte onderzoeken en overige diensten voor derden.

Resterend verschil

Het resterende verschil tussen raming en realisatie op dit artikel van € 0,9 miljoen is het saldo van minder omvangrijke realisatieverschillen.

Beleidsartikel 99 – Nominaal en onvoorzienUitgaven x € 1 000
Stand 2e suppletore begroting 20061 040
Mutaties Slotwet 2006– 1 040
Stand Slotwet 2006 (realisatie)0

Het verschil tussen raming en realisatie bestaat voornamelijk uit het overhevelen van prijsbijstellingen naar de artikelen 27 en 98 van dit begrotingshoofdstuk.

Naar boven