31 031
Financieel jaarverslag van het Rijk 2006

nr. 13
BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juni 2007

In bijlage zenden wij u de antwoorden op de schriftelijke vragen van de vaste commissie voor Defensie over het Rapport van de Algemene Rekenkamer (ARK) bij het jaarverslag Defensie 2006 (Kamerstuk 31 031 X nr. 2).

Tijdens het verantwoordingsdebat met de minister van Financiën op 22 mei jl. heeft de regering toegezegd enkele vragen van de Kamer schriftelijk te zullen beantwoorden (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2006–2007, nr. 70, blz. 3757–3812). Hierbij voldoen wij aan deze toezegging met betrekking tot de vragen over Defensie.

De leden Irrgang, De Nerée tot Babberich en Cramer hebben vragen gesteld over de maatregelen die zullen worden genomen om de geconstateerde problemen op te lossen. Deze vragen worden behandeld in het antwoord op de vragen 3, 11 en 18, het antwoord op de vragen 4 en 14, en de antwoorden op de vragen 8, 12, 31 en 32. Dezelfde leden, en ook de leden Pechtold en Vendrik, hebben het wapen- en munitiebeheer aan de orde gesteld. Hierop wordt ingegaan in de antwoorden op de vragen 17, 24, 31 en 32. De vraag van het lid Irrgang over de controle op betalingen wordt behandeld in het antwoord op vraag 13 (zie Kamerstuk 31 031 X, nr. 8).

Vraag 38 van de schriftelijke vragen van de vaste commissie voor Defensie over het jaarverslag Defensie zelf (Kamerstuk 31 031 X, nr. 1) inzake munitiebeheer (zie ook Kamerstuk 31 031 X, nr. 7) wordt beantwoord bij vraag 24 (zie Kamerstuk 31 031 X, nr. 8).

De minister van Defensie,

E. van Middelkoop

De staatssecretaris van Defensie,

C. van der Knaap

Naar boven