A
nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 mei 2007
Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen
op 4 mei 2007.
De wens dat het verdrag aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal
wordt onderworpen kan door of namens één van de Kamers of door
ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de
Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 3 juni 2007.
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, eerste lid, en artikel 5, eerste
lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, de Raad van State
gehoord, heb ik de eer u hierbij ter stilzwijgende goedkeuring over te leggen
de op 2 november 2006 te Roermond totstandgekomen Overeenkomst tussen
de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Deelstaat
Noordrijnland-Westfalen houdende wijziging van de op 30 maart 1976 te
Düsseldorf gesloten Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk
der Nederlanden en de Regering van de Deelstaat Noordrijnland-Westfalen betreffende
samenwerking bij de stichting en inrichting van een grenspark Maas-Swalm-Nette;
Roermond, 2 november 2006 (Trb. 2007, 49).
Een toelichtende nota bij het wijzigingsverdrag treft u eveneens hierbij
aan.
De goedkeuring wordt alleen voor Nederland gevraagd.
De minister van Buitenlandse Zaken,
M. J. M. Verhagen
Toelichtende nota
Inleiding
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het
zonder meer instemmend luidt (artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder
b, van de Wet op de Raad van State).
Dit verdrag beoogt de wijziging van de op 30 maart 1976 te Dusseldorp
totstandgekomen Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden
en de Regering van de Deelstaat Noordrijnland-Westfalen betreffende samenwerking
bij de stichting en inrichting van een grenspark Maas-Swalm-Nette ( Trb. 1976,
76).
De samenwerking tussen Nederland en Noordrijnland-Westfalen met betrekking
tot het grenspark krijgt thans overeenkomstig artikel 3, eerste lid, van de
Overeenkomst van 1976 gestalte in een Adviescommissie. De wijziging voorziet
erin dat deze samenwerking plaats vindt binnen een op 1 juni 2002 op
basis van de op 23 mei 1991 te Isselburg-Anholt totstandgekomen Overeenkomst
tussen het Koninkrijk der Nederlanden, de Bondsrepubliek Duitsland, het Land
Nedersaksen en het Land Noordrijnland-Westfalen inzake grensoverschrijdende
samenwerking tussen territoriale gemeenschappen of autoriteiten (hierna: de
Overeenkomst van Isselburg-Anholt; Trb. 1991, 102) opgericht grensoverschrijdend
openbaar lichaam. Daarnaast wijzigt de Overeenkomst de begrenzing van het
grenspark (artikel 1, tweede lid, Overeenkomst van 1976), alsmede de wijzigingsbepaling
(artikel 4, tweede lid, Overeenkomst van 1976).
Hoewel het verdrag tussen beide regeringen wordt gesloten, zal het uiteraard
tussen beide landen gelden.
Artikelsgewijze toelichting
Artikel I
Deze bepaling betreft de wijziging van de grens van het grenspark Maas-Swalm-Nette
en de bij de Overeenkomst gevoegde kaart. Er wordt een nieuwe kaart bijgevoegd.
Artikel II
Deze bepaling vervangt artikel 3 van de Overeenkomst van 1976, waarin
staat dat het doel van de Overeenkomst door een Adviescommissie wordt verwezenlijkt.
De nieuwe bepaling houdt in, dat dit doel gestalte krijgt binnen het op 1 juni
2002 opgerichte openbaar lichaam «Duits-Nederlands Grenspark Maas-Swalm-Nette».
Dit openbaar lichaam is opgericht op basis van artikel 3 van de Overeenkomst
van Isselburg-Anholt. Indien het openbaar lichaam wordt ontbonden, kan één
van de Partijen alsnog een Adviescommissie bijeenroepen.
Artikel III
Artikel III wijzigt artikel 4, tweede lid, van de Overeenkomst van 1976.
Deze bepaling omvat een omslachtige procedure voor opzegging van de Overeenkomst.
Artikel 4, tweede lid, wordt vervangen door een bepaling, waarin opzegging
mogelijk is met een termijn van twee jaar.
Koninkrijkspositie
De Overeenkomst zal evenals de Overeenkomst van 1976 voor wat het Koninkrijk
der Nederlanden betreft, alleen voor Nederland gelden.
De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J. M. Cramer
De minister van Buitenlandse Zaken,
M. J .M. Verhagen