31 009
Voorstel van wet van het lid Waalkens houdende strafbaarstelling van het plegen van ontuchtige handelingen met dieren en pornografie met dieren (verbod seks met dieren)

nr. 11
AMENDEMENT VAN DE LEDEN TEEVEN EN OUWEHAND

Ontvangen 25 juni 2008

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In de considerans wordt de zinsnede «en daartoe het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering te wijzigen» vervangen door: en daartoe het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren te wijzigen.

II

Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt de zinsnede «worden twee artikelen ingevoegd, die luiden:» vervangen door: wordt een artikel ingevoegd, luidende:.

2. Artikel 254 vervalt.

3. Artikel 254a wordt vernummerd tot artikel 254.

III

In artikel II wordt de zinsnede «254a,» vervangen door: 254,.

IV

Na artikel II wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL IIA

Artikel 36, tweede lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen a tot en met d worden geletterd b tot en met e.

2. Er wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

a. het plegen van ontuchtige handelingen met een dier;.

Toelichting

De indieners van dit amendement zijn van mening dat het plegen van ontuchtige handelingen met dieren dient te worden aangemerkt als dierenmishandeling en een aantasting van het welzijn van het dier. Dit amendement beoogt het verbod op ontuchtige handelingen met dieren vanuit het uitgangspunt van de bescherming van het dier binnen de daartoe meest geschikte wet- en regelgeving te brengen.

Onder «ontuchtige handelingen met dieren», in het voorgestelde artikel 36, tweede lid, sub a, wordt uitdrukkelijk ook begrepen het vervaardigen van een afbeelding – of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding – van een seksuele gedraging, waarbij een dier is betrokken.

Indieners menen dat het uitgangspunt de bescherming van het dier dient te zijn en dat dientengevolge strafbaarstelling plaats dient te vinden binnen het kader van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (hierna: GWWD). Dit in tegenstelling tot strafbaarstelling in Titel XIV van het Wetboek van Strafrecht ter bescherming van de goede zeden. Voor de bestraffing van seks met dieren hoeft dientengevolge niet te worden aangetoond dat sprake is van letsel, pijn of gezondheidsschade aan het dier.

Bovendien resulteert de strafbaarstelling in artikel 36 GWWD in een hogere strafmaat. Waar het voorstel van wet van het Lid Waalkens spreekt van een strafbedreiging van 1 jaar en zes maanden of geldboete van de vierde categorie voor het plegen van ontuchtige handelingen met dieren, zal door onderhavige wijziging de strafmaat maximaal ten hoogste drie jaren of een geldboete van de vierde categorie zijn (artt. 121, eerste lid, juncto 122, eerste lid, GWWD).

Teeven

Ouwehand

Naar boven