30 991 Beleidsdoorlichting Economische Zaken

Nr. 19 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 februari 2015

In antwoord op een schriftelijke begrotingsvraag over de focus van de beleidsdoorlichting van begrotingsartikel 18 Natuur en regio (Kamerstuk 34 000 XIII, nr. 45) en op het verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken bericht ik u het volgende.

De kernvraag van deze beleidsdoorlichting is: In welke mate hebben de door het Ministerie van Economische Zaken (EZ) gepleegde inzet en geleverde inspanningen in het kader van begrotingsartikel 18 bijgedragen aan een concurrerende ruimtelijke economische structuur, een veelzijdige natuur en een wederzijdse versterking van ecologie en economie en welke aanbevelingen vloeien hieruit voort?

De kernvraag wil ik op drie onderwerpen toespitsen:

  • 1. de integratie van natuurbeleid met andere beleidsopgaven, zoals landbouw, waterveiligheid, economische bedrijvigheid en gezondheid, waarbij wordt aangesloten op de energieke samenleving;

  • 2. de internationale rol en koers van EZ wat betreft natuur;

  • 3. het beleid rondom Rijksgebieden, zoals Natura 2000, NURG en Wadden.

Ik wil de doorlichting aangrijpen om na te gaan hoe we de vele maatschappelijke voordelen van een robuuste en veelzijdige natuur nog beter kunnen benutten. Natuur draagt immers bij aan de oplossing van vele maatschappelijke vraagstukken. Het natuurbeleid wordt uitgevoerd binnen de kaders die de Europese Unie hiervoor stelt. De verplichtingen die hieruit voortvloeien moet Nederland uiteraard nakomen en de kosten hiervan dragen.

In antwoord op het verzoek van uw vaste commissie voor Economische Zaken om een brief over het tijdpad van deze beleidsdoorlichting kan ik u melden dat het onderzoek vermoedelijk na de zomer van 2015 gereed zal zijn. Het rapport met de aanbevelingen staat gepland in het najaar. Het oordeel van de onafhankelijke deskundige en de kabinetsreactie volgen daarna. Uiterlijk december 2015 zal ik het geheel aan uw Kamer aanbieden.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven