30 988
Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs onder meer in verband met enkele aanpassingen in de inrichtings- en examenvoorschriften met betrekking tot het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs

nr. 7
AMENDEMENT VAN HET LID DEPLA

Ontvangen 11 juni 2007

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel I, onderdeel A, tweede punt, komt te luiden:

2. Onder vernummering van het negende en tiende lid tot het elfde respectievelijk twaalfde lid, worden na het achtste lid twee nieuwe leden ingevoegd, luidend:

9. Het bevoegd gezag kan de leerling in de gelegenheid stellen in plaats van de vakken, genoemd in het vijfde, zesde en zevende lid, onderdeel b, de overeenkomstige vakken, genoemd in dan wel aangewezen op grond van de artikelen 13 en 14 te volgen.

10. Het bevoegd gezag kan een leerling in de gelegenheid stellen in plaats van ten hoogste twee van de vakken, genoemd in het vijfde lid, met uitzondering van Nederlandse taal en Engelse taal, het zesde lid, met uitzondering van wiskunde en het zevende lid, onderdeel b, de overeenkomstige vakken van de gemengde leerweg te volgen.

II

Artikel I, onderdeel A, derde punt, komt te luiden:

3. In het tot twaalfde lid vernummerde tiende lid wordt in de eerste volzin «De in het negende lid bedoelde» vervangen door: De in het elfde lid bedoelde.

III

Artikel I, onderdeel B, eerste punt, komt te luiden:

1. Onder vernummering van het negende en tiende lid tot het elfde respectievelijk twaalfde lid, worden na het achtste lid twee nieuwe leden ingevoegd, luidend:

9. Het bevoegd gezag kan de leerling in de gelegenheid stellen:

a. in plaats van de vakken van de basisberoepsgerichte leerweg, genoemd in het vijfde en zesde lid, en de vakken die in de plaats komen van een tweede moderne vreemde taal, de overeenkomstige vakken van de kaderberoepsgerichte leerweg of de overeenkomstige vakken, genoemd in de artikelen 10 en 10d of de overeenkomstige vakken, genoemd in dan wel aangewezen op grond van de artikelen 13 en 14 te volgen,

b. in plaats van de vakken van de kaderberoepsgerichte leerweg, genoemd in het vijfde en zesde lid, en de vakken die in de plaats komen van een tweede moderne vreemde taal, de overeenkomstige vakken, genoemd in de artikelen 10 en 10d of de overeenkomstige vakken, genoemd in dan wel aangewezen op grond van de artikelen 13 en 14 te volgen,

c. in plaats van de vakken van de basisberoepsgerichte leerweg, genoemd in het zevende lid, onderdeel a, de overeenkomstige vakken van de kaderberoepsgerichte leerweg te volgen,

d. een of meer bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen extra vakken te volgen.

10. Het bevoegd gezag kan de leerling in de gelegenheid stellen in plaats van ten hoogste twee van de vakken van de kaderberoepsgerichte leerweg, genoemd in het vijfde lid, met uitzondering van Nederlandse taal en Engelse taal, het zesde lid, met uitzondering van wiskunde, het zevende lid, onderdeel a, en de vakken die in de plaats komen van een tweede moderne vreemde taal, de overeenkomstige vakken van de basisberoepsgerichte leerweg te volgen.

IV

Artikel I, onderdeel B, tweede punt, komt te luiden:

2. In het tot twaalfde lid vernummerde tiende lid wordt in de eerste volzin «De in het negende lid bedoelde» vervangen door: De in het elfde lid bedoelde.

V

Artikel I, onderdeel C, tweede punt, komt te luiden:

2. Onder vernummering van het negende en tiende lid tot het elfde respectievelijk twaalfde lid, worden na het achtste lid twee nieuwe leden ingevoegd, luidend:

9. Het bevoegd gezag kan de leerling in de gelegenheid stellen in plaats van de vakken, genoemd in het vijfde, zesde en zevende lid, onderdeel c, de overeenkomstige vakken, genoemd in dan wel aangewezen op grond van de artikelen 13 en 14 te volgen.

10. Het bevoegd gezag kan de leerling in de gelegenheid stellen in plaats van ten hoogste twee van de vakken, genoemd in het vijfde lid, met uitzondering van Nederlandse taal en Engelse taal, het zesde lid, met uitzondering van wiskunde, het zevende lid, onderdeel c, de overeenkomstige vakken van de kaderberoepsgerichte leerweg te volgen.

VI

Artikel I, onderdeel C, derde punt, komt te luiden:

3. In het tot twaalfde lid vernummerde tiende lid wordt in de eerste volzin «De in het negende lid bedoelde» vervangen door: De in het elfde lid bedoelde.

VII

In artikel I, onderdeel E, wordt «10b, tiende lid» vervangen door «10b, elfde lid» en wordt «10d, tiende lid» vervangen door: 10d, elfde lid.

Toelichting

Dit amendement beoogt het mogelijk te maken dat niet langer het niveau van het zwakste vak het niveau bepaalt waarop vmbo’ers hun diploma krijgen. Leerlingen kunnen niet alleen enkele vakken op een hoger niveau maar ook maximaal twee vakken op een lager niveau afsluiten. De algemene vakken Nederlands, Engels en wiskunde zijn hiervan uitgesloten.

Het doel is om leerlingen te motiveren het maximale uit zich zelf te halen. Tegen die achtergrond is het geen algemeen recht voor elke scholier, maar krijgt de schoolleiding (in casu het bevoegd gezag) de bevoegdheid om in situaties waar zij verwachten dat het stimulerend werkt en de afstemming met het MBO is geregeld, een leerling deze mogelijkheid te bieden.

Depla

Naar boven