Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2006-2007 | 30924 nr. 4 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2006-2007 | 30924 nr. 4 |
Vastgesteld 22 februari 2007
De vaste commissie voor Financiën1 belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het voorstel van wet voldoende voorbereid.
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het voorliggende wetsvoorstel.
Het wetsvoorstel is nodig om de ministeriële regeling van 11 oktober 2006, waarbij de energie-investeringsaftrek (EIA) en de milieu-investeringsaftrek (MIA) onmiddellijk buiten toepassing werden gesteld, wettelijk te formaliseren.
De onmiddellijke buiten toepassingstelling op 11 oktober 2006 heeft tot de nodige verontwaardiging geleid bij de getroffen partijen. De leden van de CDA-fractie kunnen zich deze verontwaardiging goed voorstellen.
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende goedkeuringsvoorstel. In algemene zin zijn deze leden niet erg blij met het tussentijds plotseling stoppen van groene subsidieregelingen, vanwege het ontwrichtende effect dat daarvan uitgaat op het investeringsklimaat, in dit geval op investeringen in de sfeer van duurzame energie. Kan de regering ingaan op de effecten van dit soort ingrepen voor het «groene investeringsklimaat» en het vertrouwen van investeerders?
De leden van de SP-fractie betreuren het dat na de abrupte subsidiestop voor duurzame energie (MEP) de regering vervolgens de fiscale aftrekmogelijkheden voor duurzame investeringen stop heeft gezet. Dit frustreert het investeringsklimaat voor duurzaam ondernemen en trekt de betrouwbaarheid van de overheid in twijfel. Weliswaar zijn de MIA en EIA geen «open einde» regelingen, maar zo worden ze door investeerders wel ervaren. De leden van de SP-fractie hoeven de minister hopelijk niet meer te overtuigen dat een consistente en betrouwbare lange-termijnvisie van groot belang is voor een gezond investeringsklimaat in een risicovolle sector, zoals bijvoorbeeld duurzame energie in de land- en tuinbouw. Meer in het algemeen vragen deze leden om een visie van de (nieuwe) regering op de stimulering van de innovatieve, milieuvriendelijke en energiezuinige investeringen, mede gelet op de ambities van het nieuwe regeerakkoord. Is de regering bereid de invulling van het nieuwe beleid op korte termijn naar de Kamer te sturen?
Uit de memorie van toelichting van het wetsvoorstel maken de leden van de CDA-fractie op dat op 12 januari 2007, bij het Bureau Investeringsregelingen en willekeurige afschrijving (bureau IRWA), alle meldingen binnen moeten zijn van investeringen die hebben plaatsgevonden vóór donderdag 12 oktober 2006. Daarna kan worden bepaald in hoeverre het budget voor 2006 werkelijk is overschreden. In dat kader verzoeken deze leden de regering om inzicht te verschaffen in de bovenbedoelde definitieve cijfers.
De leden van de PvdA-fractie vragen de regering aan te geven wat de gevolgen zouden zijn als de Kamer besluit om geen goedkeuring aan dit besluit te geven? Moet ook gedacht worden aan budgettaire gevolgen en hoe hoog zouden die zijn?
De leden van de CDA-fractie hebben met genoegen kennis genomen van het feit dat per 1 januari 2007 beide regelingen weer toegankelijk zijn. Net als vorig jaar kunnen ondernemers, die investeren in milieu- en energiebesparing, een additioneel substantieel percentage van de kosten aftrekken van hun winst. Deze leden willen graag van de regering weten of er voor 2007 voldoende middelen zijn uitgetrokken om aan alle aanvragen te voldoen. Het gaat hier om substantiële investeringen in energie- en milieuverwante bedrijfsmiddelen.
De leden van de SP-fractie vragen de regering aan te geven hoe de aanspraak op de regelingen is geraamd voor 2007? Hoe gaat de regering voorkomen dat de regelingen in 2007 opnieuw moeten worden stopgezet omdat ze op grote schaal overvraagd gaan worden?
Reikwijdte EIA en MIA De leden van de PvdA-fractie merken op dat de regering in haar brief van 16 januari jl. aangeeft dat de eerste generatie biobrandstofinstallaties van de EIA-lijst is verwijderd. Welk gedeelte van het EIA-budget valt hierdoor vrij voor andere installaties? Hoe verhoudt het schrappen van genoemde installaties zich met de EU-doelstelling van 5,75% biobrandstoffen in 2010?
Wat is bij de EIA en MIA de definitie van het «doen van investeringen»? Gaat het hier om het doen van feitelijke betalingen of om het ondertekenen van contracten of om andere criteria? Hoe vindt de feitelijke controle plaats op ante-datering ed.?
De leden van de SP-fractie vinden de argumenten die tot nu toe door de regering zijn genoemd om de fiscale aftrekmogelijkheden niet te verlagen niet voldoende overtuigend. Verlaging van de 44% geeft meer investeerders de mogelijkheid aanspraak te maken op de regelingen. Is de regering bereid dit te onderzoeken, bijvoorbeeld door een kosten baten analyse? Kan de regering bij de inrichting en de percentages de bestaande hoge energieprijzen meenemen?
Opheffen recht op investeringsaftrek
De leden van de PvdA vragen of het waar is dat feitelijke publicatie van deze regeling in het staatsblad een noodzakelijke voorwaarde is om het recht op investeringaftrek op te heffen? Kan dan aan de hand van de rechterlijke uitspraak over de sluiting van het ESF-loket de conclusie worden getrokken dat regelingen gewoon doorlopen indien geen publicatie plaatsvindt? Kan aan de hand van de ESF-uitspraak de conclusie worden getrokken dat de MEP gedurende de periode 18 augustus 2006 tot 6 december 2006 achteraf gezien doorgelopen is en alle subsidie-aanvragen in behandeling moeten worden genomen? Zo nee, waarom niet?
In het kader van de door de regering voorgenomen vermindering van administratieve lasten vragen de leden van de CDA-fractie de aandacht van de regering voor de extra administratieve lasten die het nieuwe EIA-formulier 2007 met zich schijnt te brengen. Deze leden wijzen daarbij ook op een artikel in het het Financieel Dagblad van 5 januari 2007. Is er een mogelijkheid deze lasten terug te brengen zo vragen deze leden?
Samenstelling:
Leden: Van der Vlies (SGP), Crone (PvdA), Vendrik (GL), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), fng. ondervoorzitter, Weekers (VVD), Tichelaar (PvdA), fng. voorzitter, Gerkens (SP), Van Vroonhoven-Kok (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Smeets (PvdA), Dezentjé Hamming (VVD), Omtzigt (CDA), Irrgang (SP), Luijben (SP), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (CU), Kortenhorst (CDA), Van der Burg (VVD), Van Dijck (PVV), Heerts (PvdA), Vermeij (PvdA), Gesthuizen (SP) en Ouwehand (PvdD).
Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Van Dam (PvdA), Halsema (GL), Remkes (VVD), Koopmans (CDA), Aptroot (VVD), Van der Veen (PvdA), Van Gerven (SP), De Vries (CDA), Kortenhorst (CDA), Vacature (algemeen), De Krom (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Koşer Kaya (D66), Kant (SP), Ulenbelt (SP), Haverkamp (CDA), Vacature (algemeen), Mastwijk (CDA), Schippers (VVD), De Roon (PVV), Kalma (PvdA), Spekman (PvdA), Van Gijlswijk (SP), Thieme (PvdD) en Pechtold (D66).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-30924-4.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.