nr. 5
VERSLAG
De vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat1,
belast met het voorbereidend onderzoek, brengt als volgt verslag uit van haar
bevindingen omtrent dit wetsvoorstel.
Onder het voorbehoud dat de regering de in dit verslag opgenomen vragen
en opmerkingen afdoende beantwoordt, acht de commissie de openbare behandeling
van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
Inleiding
De leden van de fracties van CDA, PvdA en VVD hebben met grote belangstelling
kennisgenomen van het wetsvoorstel ter ratificatie van het op 21 december
2005 te Middelburg tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden
en het Vlaams Gewest inzake het gemeenschappelijk nautisch beheer in het Scheldegebied.
Alvorens een definitief oordeel over deze wetswijziging te geven, willen de
leden van deze fracties graag van de gelegenheid gebruik maken enkele vragen
te stellen en opmerkingen te maken.
De leden van de PvdA-fractie kunnen zich vinden in het Verdrag. Zij onderschrijven
het doel dat de Permanente Commissie kan optreden als volwaardig beleidsorgaan,
de instelling van een gezamenlijke nautische autoriteit en het realiseren
en concretiseren van de ketenbenadering. De veiligheid in de Schelde regio
is daarmee gediend.
Algemeen
Sinds 1 januari 2003 is het gemeenschappelijk nautisch beheer op
vrijwillige en niet juridisch geformaliseerde basis uitgeoefend. De leden
van de CDA-fractie vragen of de ervaringen en verbeterpunten zijn verwerkt
in het onderhavige verdrag. Kan worden aangegeven waarom dit wel of niet het
geval is?
Om regels vast te stellen dient de Permanente Commissie advies te vragen
aan de betrokkenen. Is de indruk van de CDA-fractie correct dat de Permanente
Commissie eigenstandig kan besluiten of naar haar oordeel een of meer betrokkenen
advies gevraagd moet worden? De leden van de CDA-fractie vragen
zich af of een instantie als deze zelf van haar adviesplicht mag afwijken.
De leden van de VVD-fractie ondersteunen de gedachte dat het wenselijk
is dat op de gehele Schelde hetzelfde nautische regime van toepassing is.
Zij vragen zich echter wel af hoe dit regime zich verhoudt tot het regime
in andere havens in de Hamburg-Le Havre range.
Advies Raad van State en nader rapport
De Raad van State adviseert om artikel 2 te schrappen, aangezien de Permanente
Commissie, gelegd langs criteria vastgesteld bij de behandeling van de Scheldeverdragen,
aangemerkt kan worden als een volkenrechtelijke organisatie in gevolge artikel
92 GW. Kan worden aangegeven wat voor de regering het doorslaggevende argument
is om artikel 2 niet te schrappen en de Memorie van Toelichting te wijzigen,
zo vragen de leden van de CDA-fractie.
De Raad van State komt tot de conclusie dat de Permanente Commissie een
volkenrechtelijke organisatie is. Hierdoor kan de Permanente Commissie als
internationale commissie worden aangemerkt en dat enkel bepalingen van het
verdrag een toepassing krijgen die bij de onderhandelingen niet zijn voorzien.
De leden van de PvdA-fractie horen graag van de regering hoe dit wordt aangepakt.
Volgens de leden van de CDA-fractie merkt de Raad van State op dat er
mogelijk problemen ontstaan door afspraken over verdeling van de loodsprestaties
met de Europese Unie. Kan de regering aangeven of zij indicaties heeft dat
dit inderdaad een probleem zou kunnen gaan vormen en dat het argument van
verkeersveiligheid steekhoudend genoeg is? De leden van de CDA-fractie vragen
om een toelichting.
De Raad van State adviseert een nader verantwoording van de noodzaak en
proportionaliteit van de continuering van de prestatieregulering. De leden
van de PvdA-fractie willen graag een korte toelichting op de noodzaak en proportionaliteit
van de continuering van de prestatieverdeling, omdat dit door deze leden als
een belangrijk thema wordt gezien.
Artikelsgewijze toelichting
De leden van de CDA-fractie vragen de regering of de zinsnede in de memorie
van toelichting «een onderling afgestemde en geïntegreerde verkeersbegeleiding»
betrekking heeft op de verkeersbegeleiding op de Westerschelde en/of de specifieke
havengebieden.
In de memorie van toelichting schrijft de regering dat door artikel 2
in dit verdrag de besluiten van de Permanente Commissie als beleidsorgaan
geen afzonderlijke toestemming van de Staten-Generaal behoeven. Kan de regering
voor de leden van de CDA-fractie beschrijven hoe er vanuit Nederland en het
Vlaams Gewest toezicht zal worden gehouden op het functioneren van de Permanente
Commissie als beleidsorgaan en de Gemeenschappelijke Nautische Autoriteit
als beheersorgaan?
De voorzitter van de commissie,
R. W. F. Kortenhorst
De griffier van de commissie,
Roovers
XNoot
1Samenstelling:
Leden: Van der Staaij (SGP), Snijder-Hazelhoff (VVD), Mastwijk (CDA),
Duyvendak (GL), Kortenhorst (CDA), voorzitter, Koopmans (CDA), Gerkens (SP),
Van der Ham (D66), Nicolaï (VVD), Haverkamp (CDA), De Krom (VVD), Samsom
(PvdA), Dezentjé Hamming (VVD), ondervoorzitter, Roefs (PvdA), Jansen
(SP), Cramer (CU), Roemer (SP), Koppejan (CDA), Vermeij (PvdA), Madlener (PVV),
Besselink (PvdA), Ouwehand (PvdD), Polderman (SP), Tang (PvdA) en De Rouwe
(CDA).
Plv. leden: Van der Vlies (SGP), Boekestijn (VVD), Bilder (CDA), Van Gent
(GL), Hessels (CDA), Jager (CDA), Van Bommel (SP), Koşer Kaya (D66),
Neppérus (VVD), Van Gennip (CDA), Aptroot (VVD), Crone (PvdA), Van
Baalen (VVD), Smeets (PvdA), Van Gijlswijk (SP), Anker (CU), Van Leeuwen (SP),
Knops (CDA), Depla (PvdA), Agema (PVV), Jacobi (PvdA), Thieme (PvdD), Lempens
(SP), Waalkens (PvdA) en Van Heugten (CDA).