30 850
Verantwoording en toezicht rechtspersonen met een wettelijke taak, deel 5

nr. 15
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 november 2006

Op 26 oktober 2006 heeft de Algemene Rekenkamer het rapport «Rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT), deel 5» (Kamerstuk 30 850, nrs. 1–14) aangeboden aan de Tweede Kamer. Eén van de RWT’s die de Algemene Rekenkamer uitgebreid heeft onderzocht, is de organisatie ZorgOnderzoek Nederland (ZonMw). In mijn reactie op de bevindingen van de Algemene Rekenkamer heb ik toegezegd in het najaar van 2006 het jaarverslag ZonMw over 2005 aan u te doen toekomen, alsmede mijn oordeel over het functioneren ervan.

Hierbij stuur ik u het jaarverslag ZonMw over 2005.1 Het jaarverslag is tevens te vinden onder «publicaties» op www.zonmw.nl.

Mijn oordeel over het functioneren heb ik op 1 november 2006 toegezonden aan het bestuur van de organisatie ZonMw. Onderstaand zet ik de belangrijkste punten uit deze brief uiteen.

Prestaties 2005:

Ik ben zeer tevreden over de prestaties van ZonMw in 2005. Mede uit het jaarverslag komt helder naar voren dat de aanloopproblemen die de organisatie in de beginjaren had, nu definitief voorbij zijn. Er was in 2005 een breed scala aan programma’s in uitvoering die zich uitstrekten over de gehele kennisketen van fundamenteel, strategisch en toegepast onderzoek, ontwikkelprojecten tot landelijke implementatie. Dit laatste als resultante van de positieve evaluatie van uw organisatie in 2004. VWS heeft ervoor gekozen ZonMw een nadrukkelijke rol te geven in de regie op implementatie van nieuwe kennis om concrete verbeteractiviteiten in de zorg ter hand te nemen. In 2005 is dit vorm en inhoud gegeven in de vorm van regie- en implementatieprogramma’s op verschillende taakgebieden, zoals het programma Kwaliteit Collectieve Preventie en het kwaliteitsprogramma Zorg voor Beter.

ZonMw geeft een belangrijke impuls aan vernieuwing en verbetering van de kwaliteit van de zorg en preventie.

Gemeenschappelijk opdrachtgeverschap:

In 2005 is een tweetal opdrachten gegeven vanuit de opdrachtgevers NWO en VWS gezamenlijk, te weten het vervolgprogramma Verslaving en de Academische werkplaatsen publieke gezondheid. Ik streef ernaar dergelijk gemeenschappelijk opdrachtgeverschap ook in de komende jaren waar zinvol en mogelijk te continueren.

Jaarrekening:

Wat betreft de jaarrekening waren er in 2005 geen bijzonderheden. Uit het verslag van de accountant heb ik kunnen opmaken dat het financieel beheer in 2005 ten opzichte van 2004 verder is verbeterd. In haar managementletter heeft de accountant ZonMw nog gewezen op een aantal aandachtsgebieden. Het vervolg dat ZonMw hieraan geeft, zal ik toetsen bij de jaarrekening 2006.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven