30 821 Nationale Veiligheid

Nr. 97 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT EN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 november 2019

Zoals aangekondigd in de brief Tegengaan Statelijke Dreigingen werkt het kabinet aan een investeringstoets op risico’s voor de nationale veiligheid.1 Daarnaast is uitvoeringswetgeving nodig voor de implementatie van Verordening (EU) 2019/452 van het Europees parlement en de Raad van 19 maart 2019 tot vaststelling van een kader voor de screening van buitenlandse directe investeringen in de Unie (hierna: FDI-screeningsverordening). Over de onderhandeling en totstandkoming van deze verordening bent u geïnformeerd door de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.2 Met deze brief informeren wij u over de voortgang op beide onderwerpen, zoals toegezegd door de Minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) in het wetgevingsoverleg over het jaarverslag EZK d.d. 12 juni 2019 (Kamerstuk 35 200 XIII, nr. 20).

Uitvoeringswet Europese FDI-screeningsverordening

De FDI-screeningsverordening brengt diverse verplichtingen voor Nederland met zich mee. Zo moet Nederland beschikbare informatie over directe investeringen uit derde landen op verzoek van een andere lidstaat delen, als de investering raakt aan de openbare orde en veiligheid van die lidstaat. Daartoe vereist de verordening de inrichting van een contactpunt met het oog op het verzamelen, aggregeren en uitwisselen van vertrouwelijke informatie tussen de lidstaten onderling en met de Europese Commissie.

De verplichtingen uit de verordening kunnen niet met de bestaande wettelijke voorzieningen worden uitgevoerd. Daarom wordt gewerkt aan een uitvoeringswet waarmee Nederland kan voldoen aan deze verplichtingen.

Naast dit wetsvoorstel werkt het Kabinet aan een investeringstoets. Dat vloeit niet voort uit de FDI-screeningsverordening, maar is een eigenstandige keuze die Nederland maakt. Verderop in deze brief gaan wij hier nader op in.

De FDI-screeningsverordening wordt op 11 oktober 2020 van toepassing. Met ingang van die datum moet dan ook de uitvoeringswet in werking treden. Daarmee wordt het contactpunt ingesteld en operationeel en moet de gegevensuitwisseling kunnen plaatsvinden. Het kabinet wil daarom het wetsvoorstel voor de uitvoeringswet van de FDI-screeningsverordening uiterlijk eind 2019 in internetconsultatie brengen. Na verwerking van de resultaten van de consultatie en van ingewonnen adviezen wil het kabinet het wetsvoorstel begin 2020 voor advisering aanbieden aan de Raad van State.

Stelsel van investeringstoetsing

Overnames van en investeringen in vitale infrastructuur3 of bedrijven die hoogwaardige technologie ontwikkelen die raakt aan nationale veiligheid, kunnen zorgen voor risico’s. Het gaat met name om risico’s van het ontstaan van strategische afhankelijkheden, aantasting van de continuïteit van dienstverlening van vitale diensten en processen of aantasting van de integriteit en exclusiviteit van kennis en informatie. Een van de maatregelen die het kabinet neemt is een stelsel van investeringstoetsing op nationale veiligheidsrisico’s.

Het kabinet zal hier de volgende wetgeving voor in gang zetten, die bestaat uit twee – op elkaar aangrijpende – hoofdonderdelen:

  • 1) bestaande en nieuw te introduceren investeringstoetsen die zijn ingebed in sectorale wetgeving, zoals onder andere in het energiedomein en de telecom;

  • 2) een brede investeringstoets die zorgt voor een vangnet voor investeringen die niet goed door middel van sectorspecifieke wetgeving kunnen worden afgedekt. Dit vangnet geldt ook voor sectoren waarvan wordt geconstateerd dat een investeringstoetsing nodig is, maar waarbij sectorale wetgeving (nog) niet op korte termijn inzetbaar is. In dit wetsvoorstel wordt daarnaast de relatie tussen de brede investeringstoets en de sectorale investeringstoetsen goed geregeld.

Het stelsel van investeringstoetsing zorgt door een meldplicht en risicoanalyse voor meer zicht op mogelijke nationale veiligheidsrisico’s bij investeringen en overnames, en biedt een wettelijk kader om deze te beoordelen, risico’s te mitigeren en, in het uiterste geval, investeringen en overnames tegen te houden. Concreet gaat het hierbij om wetgeving waarbij voor investeringen in of overnames van bedrijven die binnen de reikwijdte van de investeringstoets vallen een meldplicht wordt opgelegd voordat de investering of overname plaatsvindt. Vervolgens vindt een risicoanalyse plaats om te bezien of er sprake is van een risico voor de nationale veiligheid en welke mogelijkheden er zijn om deze risico’s weg te nemen met behulp van bestaande wet- en regelgeving. In het uiterste geval kan een verbod op de investering worden ingesteld.

Bij de uitwerking van het stelsel voor investeringstoetsing op nationale veiligheidsrisico’s worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  • i. Alleen bescherming van nationale veiligheidsbelangen is aanleiding om investeringen onder het toetsingsbereik te laten vallen.

  • ii. Het toetsingsmechanisme vormt de kern van het stelsel en bestaat uit een meldplicht en een risicoanalyse.

  • iii. Binnen de reikwijdte van het stelsel vallen overnames van of investeringen in ondernemingen in de vitale infrastructuur. Daarnaast omvat de toets technologie die raakt aan nationale veiligheid. Hierbij worden de multilaterale exportcontroleregimes voor dual-use goederen en strategische goederen als uitgangspunt genomen. Dit hangt samen met de uitkomsten van de ex ante analyse van de Nederlandse defensie industriële en technologische basis.

  • iv. Indien ontwikkelingen in het dreigingsbeeld of economische ontwikkelingen daar aanleiding toe geven, kan de reikwijdte van het stelsel worden herzien.

  • v. De gevolgen voor het investeringsklimaat moeten zo beperkt mogelijk blijven. Dat betekent zo min mogelijk onzekerheid voor investeerders, een zo beperkt mogelijke reikwijdte, lage administratieve lasten en korte doorlooptijden. Voor iedere partij moet duidelijk zijn in welke gevallen investeringen moeten worden gemeld en op welke wijze en op welke criteria de investeringen worden beoordeeld.

In 2020 wordt het wetsvoorstel uitgewerkt, in internetconsultatie gebracht en voor advies aangeboden aan de Raad van State. Wij verwachten uw Kamer aan het eind van 2020 de conceptwet voor de invoering van een investeringstoets op nationale veiligheidsrisico’s aan te kunnen bieden.

Samenhang andere trajecten

Uw Kamer wordt dit jaar geïnformeerd over de uitkomsten van de ex ante analyse van de Nederlandse defensie technologische en industriële basis.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat verwacht uw Kamer eind 2019 de nota naar aanleiding van het verslag alsmede een nota van wijziging van Telecommunicatiewet met betrekking tot ongewenste zeggenschap in telecommunicatiepartijen (Wet ongewenste zeggenschap telecommunicatie) aan te kunnen bieden.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Brief Tegengaan Statelijke Dreigingen, en bijlage. Kamerstuk 30 821, nr. 72.

X Noot
2

Onder meer in Kamerstuk 21 501-02, nr. 1913.

X Noot
3

Bepaalde processen zijn zo essentieel voor de Nederlandse samenleving dat uitval of verstoring tot ernstige maatschappelijke ontwrichting leidt en een bedreiging vormt voor de nationale veiligheid. Deze processen vormen de Nederlandse vitale infrastructuur. https://www.nctv.nl/onderwerpen/vitale-infrastructuur.

Naar boven