nr. 115
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 juli 2007
Het is mij een genoegen u hierbij aan te bieden, mede namens de staatssecretaris
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Activiteiten Plan en Begroting
(APB) 2008–2012 en het Jaarverslag 2006 van de Kustwacht voor de Nederlandse
Antillen en Aruba, zoals vastgesteld door de Rijksministerraad.1 Onder verwijzing naar het verzoek van de vaste Commissie Defensie
d.d. 19 februari 2007 (07-DEF-B-015) om toe te zien op toezending van
het Jaarverslag van de Kustwacht aan de Staten van de Nederlandse Antillen
en van Aruba voeg ik daar aan toe dat de toezending van de beleidsdocumenten
aan de beide Staten tot de competentie van de minister-president van de Nederlandse
Antillen en de minister-president van Aruba behoort.
Uit het Jaarverslag 2006 blijkt dat de versterking van de operationele
capaciteit, de uitbreiding van de formatie en de verbetering in de bedrijfsvoering
van de Kustwacht hun vruchten afwerpen. Daarmee is de bijdrage die de Kustwacht
levert aan de maritieme rechtshandhaving in de Nederlandse Antillen en Aruba,
maar ook daarbuiten, stevig gegroeid.
In het Jaarverslag komt ook aan de orde het tragische ongeval met dodelijke
afloop dat op 19 november 2006 plaatsvond in de wateren rond Curaçao.
Hierbij was een vaartuig van de Kustwacht betrokken. De Kustwacht stelde een
onderzoek in naar de oorzaak en aanleiding van het ongeval, evenals het Openbaar
Ministerie van de Nederlandse Antillen (OM NA). Ook de Onderzoeksraad voor
Veiligheid werd over het ongeval geïnformeerd. De Commandant Kustwacht
heeft naar aanleiding van de uitkomsten van het eigen onderzoek een aantal
veiligheidsmaatregelen getroffen die herhaling van een dergelijk ongeval in
de toekomst moeten helpen voorkomen. Het OM NA heeft voorts besloten twee
lokale Kustwachtmedewerkers te vervolgen voor hun aandeel in het ongeluk.
De nabestaande van het slachtoffer heeft bij de Kustwacht een schadeclaim
ingediend. Ik zal u nader informeren over de uitkomst van het strafrechtelijke
traject en over de uitkomsten van de civielrechtelijke afwikkeling van het
ongeval zodra mij dat bekend is.
Zoals aangekondigd in mijn brief van aan Uw Kamer van 6 februari
2007 (TK 2006–2007, 30 800 X, nr. 161) gaat de Commandant
Kustwacht in zijn Jaarverslag nader in op de technische problemen met de superrhibs.
Hij schetst de aard van de problemen en zet uiteen welke maatregelen daar
tot nu toe voor zijn getroffen. De resterende knelpunten zijn inmiddels in
kaart gebracht en Defensie en de Kustwacht treffen in samenspraak maatregelen
om deze vaartuigen weer volledig inzetbaar te maken.
Het APB 2008–2012 zet uiteen op welke wijze de Kustwacht in 2007
uitvoering geeft aan haar taken. De beleidsprioriteiten, het operationeel
jaarplan 2007 en de meerjarige begroting over de periode 2008–2012 zijn
hierin opgenomen. In 2007 worden de kwantitatieve en kwalitatieve versterkingen
op het gebied van personeel, materieel en infrastructuur voortgezet. Drie
ontwikkelingen in het APB 2008–2012 springen daarbij in het oog:
– De toename van operationele capaciteit en inzetbaarheid
– De integratie van een nieuw steunpunt ten behoeve van de ondersteuning
van de eigen luchtverkenningscapaciteit
– De verdere intensivering van de samenwerking met de landen in
de regio in het kader van drugs- en terrorismebestrijding
De Kustwacht heeft bewezen een betrouwbare organisatie en een sterke speler
te zijn in de samenwerking met de landen in de regio. Naar mijn verwachting
zal de Kustwacht ook in de komende jaren een onmisbare schakel blijven in
de rechtshandhavingketen van de Nederlandse Antillen en Aruba en een bijdrage
van betekenis blijven leveren in de bestrijding van drugstransporten, terrorisme
en andere vormen van grensoverschrijdende criminaliteit.
De minister van Defensie.
E. van Middelkoop