Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2006-2007 | 30800-IIA nr. 2 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2006-2007 | 30800-IIA nr. 2 |
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET BEGROTINGSWETSVOORSTEL
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begrotingsstaat van de Staten-Generaal (IIA) voor het jaar 2007 vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor het jaar 2007. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota 2007.
Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten voor het jaar 2007 vastgesteld. De in de begroting opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting (de zgn. begrotingstoelichting).
1. | Leeswijzer | 3 | ||
2. | Het beleid | 5 | ||
2.1. | Tabel budgettaire gevolgen van beleid | 5 | ||
2.2. | De artikelen | 6 | ||
1: | Wetgeving en controle Eerste Kamer | 6 | ||
3: | Wetgeving en controle Tweede Kamer | 11 | ||
2: | Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer, alsmede leden van het Europees Parlement | 21 | ||
4: | Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 24 | ||
10: | Nominaal en onvoorzien | 26 | ||
3. | Het verdiepingshoofdstuk | 27 |
Deze begroting is opgebouwd uit 4 beleidsartikelen en 1 niet-beleidsartikel. In beleidsartikel 1 komt de Eerste Kamer aan bod. De beleidsartikelen 2, 3 en 4 betreffen de Tweede Kamer.
De beleidsartikelen 1 en 3 zijn ingedeeld in de volgende paragrafen:
1. Algemene doelstelling
2. Speerpunten 2007
3. Context
4. Succesfactoren
5. Tabel budgettaire gevolgen van beleid en begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
6. Operationele doelstellingen
7. Bedrijfsvoeringsparagraaf
Bovengenoemde indeling wijkt in verband met de bijzondere staatsrechtelijke positie van de Staten-Generaal op enkele punten af van het (voorgeschreven) sjabloon/richtlijnen. Hieronder wordt dit toegelicht.
De Staten-Generaal kennen geen gezamenlijke beleidsagenda. In navolging van de ontwerpbegroting 2006 is bij de beleidsartikelen 1en 3 een paragraaf Speerpunten 2007 opgenomen. Deze dient als tegenhanger van de (departementale) beleidsagenda.
Vanwege de staatsrechtelijke positie van de Staten-Generaal als Hoge Colleges van Staat is ervoor gekozen om de paragraaf «verantwoordelijkheid van de minister» te vervangen door de paragraaf met de ruimere omschrijving «context».
Budgettaire gevolgen van beleid
Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt
Ingevolge de beheersafspraken die gelden tussen de Staten-Generaal en de minister van BZK wordt in deze subparagraaf zowel de begrotingsvoorstellen van het College als het daarbijbehorende kabinetsstandpunt inzichtelijk gemaakt.
In de tabel budgettaire gevolgen van beleid is voor de Staten-Generaal geen regel met juridisch verplicht opgenomen. Met juridisch verplicht wordt bedoeld om inzichtelijk te maken welk deel van programmagelden juridisch verplicht is. Bij de Staten-Generaal zijn echter de verschillende budgetten te duiden als apparaatskosten.
De Staten-Generaal geven in deze paragraaf de ontwikkelingen ten aanzien van de bedrijfsvoering. Voor de goede orde wordt vermeld dat tussen de Eerste en Tweede Kamer en het kabinet afspraken zijn gemaakt over het financieel beheer. Uitgangspunt daarbij is dat de Eerste- en Tweede Kamer in eerste instantie zelf verantwoordelijk zijn voor het beheer en dat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zich strikt beperkt tot de verantwoordelijkheden waarop hij aanspreekbaar is op basis van de Comptabiliteitswet.
Controle achteraf is daarbij het vangnet om te beoordelen of de Colleges en Kabinetten bij hun beheer binnen de grenzen blijven die de Comptabiliteitswet stelt. Daartoe worden de administraties van de jaarlijks gecontroleerd door de Auditdienst van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze controle strekt zich ook uit tot de administratieve organisatie.
Afwijkende indeling artikel 2 en 4
Voor de artikelen 2 en 4 van de Tweede Kamer is gekozen van een afwijkende opbouw om herhaling van speerpunten en algemene/operationele doelstellingen (zie artikel 3) te voorkomen.
Niet numerieke volgorde artikelen Tweede Kamer
Omdat artikel 3 het centrale artikel van de Tweede Kamer betreft is artikel 3 in deze ontwerpbegroting voor artikel 2 geplaatst.
In zijn algemeenheid geldt dat in geval een paragraaf niet is ingevuld deze geheel is weggelaten.
2.1. Overzicht tabel budgettaire gevolgen van beleid
Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Stand ontwerp-begroting 2006: | 113 260 | 113 131 | 112 013 | 111 501 | 110 984 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2006: | 7 470 | 3 627 | 3 842 | 3 344 | 3 328 | ||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | 173 | 6 249 | 2 253 | 1 235 | 1 185 | ||
1 Wetgeving en controle Eerste Kamer | 164 | 246 | 247 | 238 | 239 | ||
2 Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer, alsmede leden van het Europees Parlement | 750 | 720 | 724 | 714 | 699 | ||
3 Wetgeving en controle Tweede Kamer | 1 585 | 7 430 | 3 418 | 2 421 | 2 369 | ||
4 Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 19 | 17 | 18 | 18 | 18 | ||
10 Nominaal en onvoorzien SG | – 2 345 | – 2 164 | – 2 154 | – 2 156 | – 2 140 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007: | 115 576 | 120 903 | 123 007 | 118 108 | 116 080 | 115 497 | 116 329 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Stand ontwerp-begroting 2006: | 2 061 | 2 061 | 1 938 | 1 938 | 1 938 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007: | 2 975 | 2 061 | 2 061 | 1 938 | 1 938 | 1 938 | 1 938 |
ARTIKEL 1: WETGEVING EN CONTROLE EERSTE KAMER
De Eerste Kamer vormt samen met de Tweede Kamer de Staten-Generaal. De voorzitter van de Eerste Kamer is tevens voorzitter van de Verenigde Vergadering van de Staten-Generaal.
De Eerste Kamer heeft door haar samenstelling en bevoegdheden een eigen plaats en taak in het politieke bestel. De taken zijn het toetsen van weten regelgeving op kwaliteit en controle van het regeringsbeleid. De Eerste Kamer toetst de regeringsinzet bij de totstandkoming van Europese regelgeving, die bepalend is voor veel nationale wetgeving.
De algemene doelstellingen van de Eerste Kamer liggen op het terrein van een adequate wetgeving en controle, hetgeen verder is te operationaliseren naar een adequate toetsing van de kwaliteit van wet- en regelgeving, een adequate controle van het regeringsbeleid, transparantie over de taken en de uitvoering daarvan, en toereikende voorzieningen in een effectieve en efficiënte organisatie
De strategische ambities van de Huishoudelijke Commissie, het College van Senioren en de Griffier over de werkwijze en organisatie van de Eerste Kamer voor de periode 2003–2007, zijn weergegeven in de notitie De Kanteling, die in november 2003 formeel is vastgesteld.
Hierin zijn de volgende doelstellingen geformuleerd:
1. versterking van de inhoudelijke ondersteuning aan leden en commissies ten behoeve van de pro-activiteit in de toetsing van wetgeving en de controle van het regeringsbeleid,
2. actief zichtbaar maken van de wijze waarop de Kamer haar taken vervult – mede in het licht van verantwoording – richting burgers, maatschappelijke organisaties en andere instellingen, bestuur en media.
3. samenwerking met de Tweede Kamer op het terrein van de ondersteunende activiteiten.
De speerpunten voor 2007 liggen in het verlengde van deze strategische doelstellingen.
Voor de versterking van de inhoudelijke ondersteuning is de ambtelijke organisatie uitgebreid met enkele beleidsmedewerkers en informatiespecialisten.
Voor de begroting 2007 betekent dit een stijging van de kosten voor ambtelijk personeel, en in de aanschaf en vervanging van investeringsgoederen (met name automatiseringskosten).
Het maatschappelijk effect hiervan ligt in de borging van de kwaliteit in de toetsing van wetgeving en controle op het regeringsbeleid, bij een toename van de werkzaamheden.
In het kader van de actieve zichtbaarheid en verantwoording over de taken en de uitvoering daarvan, wordt verder geïnvesteerd in de informatievoorziening, de voorlichting en in publiciteitsactiviteiten. Dit zijn met name investeringen in de website en in audiovisuele middelen.
Voor de begroting 2007 betekent dit een toename van de post voor publiciteit en representatie. Ook wordt de openstelling van het Eerste Kamer-gebouw voor het publiek verder verruimd, hetgeen een stijging van de (uitbestede) beveiligingskosten met zich meebrengt.
Het maatschappelijk effect hiervan is een betere en snellere informatievoorziening aan de maatschappelijke, bestuurlijke en ambtelijke doelgroepen, en bij het publiek een grotere bekendheid over de taken en de uitvoering daarvan door de Eerste Kamer.
De samenwerking met de Tweede Kamer krijgt gestalte in het bundelen van een aantal ondersteunende diensten, waarbij de dienstverlening in een dienstverleningsovereenkomst wordt vastgelegd. Dit brengt overigens geen directe consequenties voor de begroting met zich mee.
Het maatschappelijk effect is een grotere efficiency en doelmatigheid van de ondersteuning aan de Eerste Kamer.
De Eerste Kamer vormt de laatste schakel in de keten van het wetgevingsproces.
De mede-actoren zijn respectievelijk de Ministerraad, Raad van State en de Tweede Kamer.
In de controle op het regeringsbeleid is de regering de belangrijkste mede-actor. Omdat steeds meer regelgeving in Europees verband tot stand komt, is de Eerste Kamer in toenemende mate vroegtijdig betrokken bij het overleg met de regering over nieuwe Europese richtlijnen.
Omdat de Eerste Kamer in het wetgevingproces de laatste schakel in de keten vormt, is haar taakuitvoering afhankelijk van het aanbod van wetsvoorstellen, en van de kwaliteit van het werk dat door de voorafgaande actoren is verricht.
5. Budgettaire gevolgen van beleid
5a. Begrotingsvoorstellen/Kabinetsstandpunt
De begrotingsvoorstellen die de Eerste Kamer heeft ingediend voor de ontwerpbegroting 2007, zijn reeds gedeeltelijk toegekend bij de eerste suppletore begroting 2006 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 560 IIA, nrs. 1 en 2).
Het kabinet stemt daarnaast in met het voorstel van de Eerste Kamer om de raming vanaf 2007 structureel te verhogen met € 0,119 mln voor het intensiveren van (ambtelijke) beleidsmatige advisering.
De Eerste Kamer neemt kennis van:
– Het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming met € 0,003 mln in 2006 en met € 0,002 mln structureel vanaf 2007 in verband met dekking van de moties bij de Algemene Politieke Beschouwingen 2006.
– Het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming met € 0,023 mln in 2007 en € 0,021 mln structureel vanaf 2008 voor Rijksweb.
– Het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming met € 0,010 mln structureel vanaf 2007 voor Transparante overheid.
Voor de genoemde posten geldt dat de ramingsverlagingen naar rato plaatsvinden voor alle departementen alsook voor de hoge colleges van staat en kabinetten.
5b. Budgettaire gevolgen van beleid
Bovenstaande leidt tot de volgende begroting:
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Verplichtingen | 9 780 | 9 590 | 9 301 | 9 201 | 9 191 | 9 191 | 9 191 |
Uitgaven | 9 655 | 9 590 | 9 301 | 9 201 | 9 191 | 9 191 | 9 191 |
1. apparaat | 5 721 | 5 890 | 5 607 | 5 507 | 5 498 | 5 499 | 5 498 |
2. vergoedingen voorzitter en leden Eerste Kamer | 3 763 | 3 677 | 3 671 | 3 671 | 3 670 | 3 669 | 3 670 |
3. verenigde vergadering | 171 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 |
Ontvangsten | 70 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 |
6. Operationele doelstellingen
Uitbreiding van de ambtelijke organisatie met enkele beleidsmedewerkers en informatiespecialisten.
Deze doelstelling draagt bij aan de borging van de kwaliteit in de toetsing van wetgeving en de controle op het regeringsbeleid.
Aantrekken van beleidsmedewerkers en informatiespecialisten tot het streefniveau van het organisatierapport.
Versterking van de informatievoorziening
Deze doelstelling draagt bij aan het kunnen leveren van snelle en volledige informatie aan de diverse doelgroepen.
– Verdere verbetering van de Eerste Kamer-website.
– Ontwikkelen pro-actief mailsysteem voor doelgroepen.
– Doorontwikkeling educatieve website «Derde Kamer» (in samenwerking en co-financiering met de Tweede Kamer)
Intensivering van publiciteit en representatie
Deze doelstelling draagt bij aan de zichtbaarheid van de Eerste Kamer, en aan een actieve verantwoording over de taakuitoefening.
– Ontwikkelen audiovisuele voorlichtingsmiddelen
– Uitbrengen jaarbericht over de periode 2005–2006
Vergroten van de toegankelijkheid van het Eerste Kamer-gebouw
Deze doelstelling draagt bij aan de bekendheid en zichtbaarheid van de Eerste Kamer als instituut, en doet recht aan het openbare karakter daarvan.
– Verdere uitbreiding van de openstelling voor publiek.
– Aanpassen van het beveiligingsniveau aan de huidige normen.
– Gericht inviteren van relevante actoren en doelgroepen.
Versterking van de ICT-voorzieningen
Deze doelstelling draagt bij aan een hedendaagse informatieen communicatie infrastructuur, waarmee leden en ambtenaren effectief hun werk kunnen doen.
Upgraden ICT-infrastructuur.
In het licht van de strategische ambities zoals weergegeven in De Kanteling, is de structuur van de ambtelijke organisatie van de Eerste Kamer ingrijpend gewijzigd. De nieuwe organisatiestructuur is formeel per 1 november 2005 in werking getreden, en de reorganisatie is lopende het jaar 2006 verder afgerond.
Voor 2007 zijn voor de organisatieontwikkeling en de bedrijfsvoering de volgende doelstellingen en prestatie-indicatoren relevant:
a. Doorontwikkeling van de ondersteuning aan leden en commissies
Het betreft hier de doorontwikkeling van de kerntaak van de ambtelijke organisatie: het leveren van een effectieve en optimale ondersteuning aan haar leden en commissies op velerlei gebied: inhoudelijk, organisatorisch en publicitair.
Prestatie-indicator: Tevredenheid van de leden over het geheel van de dienstverlening.
Streefniveau 2007: kwalificatie «goed»; schoolcijfer minimaal 7,5.
b. Afronden van de inrichting van de organisatie
Begin 2006 had de nieuwe organisatie veel vacatures, vooral op managementniveau en bij de nieuwe inhoudelijk functies van beleidsmedewerkers en informatiespecialisten. Deze managementfuncties zijn eerst ad interim ingevuld, voor de inhoudelijke functies zijn geleidelijk nieuwe medewerkers aangetrokken. In 2007 zal de reorganisatie na een evaluatie verder worden afgerond.
Prestatie-indicator: Bezetting formatie, «right person, right place».
Streefniveau 2007: 90% formatiebezetting, alle sleutelfuncties kwalitatief goed ingevuld.
c. Versterken van het financieel en materieel beheer
In de accountantsverklaring over de jaarrekening 2005 is kritisch geoordeeld over een aantal aspecten in het financiële en materiele beheer van de Eerste Kamer.
Hiervoor is in 2006 een verbeteringstraject ingezet dat in 2007 doorloopt.
Prestatie-indicator: Ordentelijk financieel en materieel beheer.
Streefniveau 2007: een positief oordeel van de accountant in diens goedkeurende verklaring.
d. Uitbouwen van de samenwerking met de Tweede Kamer
In het kader van een effectieve en doelmatige uitvoering van de ondersteunende activiteiten is in De Kanteling expliciet gekozen voor samenwerking binnen de Staten-Generaal op dit gebied. Dit heeft vorm gekregen in de gezamenlijke uitvoering van diensten als beveiliging, verslag en redactie, IT en de salarisadministratie. Voorts is er op velerlei andere terreinen van de bedrijfsvoering sprake van goed collegiaal contact en samenwerking. Het ligt in de bedoeling om de Griffie Interparlementaire Betrekkingen, die diensten verricht voor zowel de Eerste als de Tweede Kamer, als een zelfstandige eenheid op te heffen en onder te brengen in de organisatie van de Eerste Kamer. Prestatie-indicator: Dienstverleningovereenkomsten met afspraken voor inhuur en/of gezamenlijke uitvoering van ondersteunende activiteiten. Streefniveau: tenminste vijf wederzijdse overeenkomsten (beveiliging, verslag & redactie, IT, salarisadministratie, interparlementaire betrekkingen).
ARTIKEL 3: WETGEVING EN CONTROLE TWEEDE KAMER
De hoofdtaken van de Tweede Kamer omvatten het controleren van de regering en (mede)wetgeving. Deze taken vloeien voort uit de Grondwetsartikelen 50 (vertegenwoordiging van het gehele Nederlandse volk), 65 tot en met 72 (werkwijze), 81 tot en met 87 (wetgeving), 105 (begrotingen), 137 en 138 (Grondwetsgeving) en enkele andere Grondwets- en wetsartikelen. De Tweede Kamer streeft als algemene doelstelling naar goede wetgeving en controle.
De algemene doelstelling (missie) van de ambtelijke organisatie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal is het stimuleren van het parlementair democratisch proces door een professionele en plezierige ondersteuning van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De voornaamste kernwaarden in dit verband zijn integriteit en dienstbaarheid. Als belangrijkste kerncompetenties kunnen worden genoemd:
– klantgericht handelen: herkennen van de wensen, behoeften en belangen van klanten en het hiernaar handelen,
– flexibel inspelen op de omgeving: gedrag, ideeën en werkwijzen aanpassen aan uitgesproken en onuitgesproken wensen en behoeften van de omgeving.
Naast de apparaatskosten in meer strikte zin, zijn onder dit artikel ook de budgetten voor onderzoek, drukwerk kamerstukken, fractiekosten, uitzending leden en, indien aan de orde, enquêtes opgenomen.
1. Verbeteren werkwijze Tweede Kamer en versterken wetgevende- en controlefunctie
2. Transparant maken van parlementaire processen en informatie voor burgers en Kamerleden
3. Verbeteren faciliteiten en optimaliseren ambtelijke ondersteuning
3. Budgettaire gevolgen van beleid
3a. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt
De begrotingsvoorstellen die de Tweede Kamer heeft ingediend voor de ontwerpbegroting 2007, zijn reeds gedeeltelijk toegekend bij de eerste suppletore begroting 2006 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 560 IIA, nrs. 1 en 2).
Het kabinet stemt daarnaast in met de voorstellen van de Tweede Kamer om:
– De raming vanaf 2007 structureel te verhogen met € 0,45 mln voor het automatiseringsproject Parlis.
– De raming 2007 te verhogen met € 1,5 mln voor het project Staten-Generaal digitaal.
– De raming 2007 met € 1,469 mln, 2008 met € 1,027 mln, 2009 en 2010 met € 0,553 mln en 2011 met € 0,588 mln te verhogen voor het automatiseringsproject e-parlement.
– De raming 2007 met € 1,784 mln, 2008 met € 0,352 mln en 2009 en verder met € 0,037 mln te verhogen in verband met diverse automatiseringskosten.
– De raming in 2007 met € 0,943 in 2008 met € 0,380 mln in 2009 met € 0,273 mln in 2010 met € 0,227 en vanaf 2011 met € 0,016 mln te verhogen voor diverse facilitaire kosten.
– De Tweede Kamer stelt voor om de raming 2007 te verhogen met € 0,075 mln voor het restaurantbedrijf.
De Tweede Kamer neemt kennis van:
– Het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming met € 0,036 mln in 2006, € 0,034 mln in 2007 en € 0,033 mln structureel vanaf 2009 in verband met dekking van de moties bij de Algemene Politieke Beschouwingen 2006.
– Het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming met € 0,199 mln in 2007 en € 0,178 mln structureel vanaf 2008 voor Rijksweb.
– Het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming € 0,119 mln structureel vanaf 2009 voor Transparante overheid.
Voor de genoemde posten geldt dat de ramingsverlagingen naar rato plaatsvinden voor alle departementen alsook voor de hoge colleges van staat en kabinetten.
3b. Budgettaire gevolgen van beleid
Bovenstaande leidt tot de volgende begroting:
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Verplichtingen | 82 863 | 78 722 | 80 562 | 75 758 | 74 250 | 74 182 | 73 998 |
Uitgaven | 74 528 | 78 722 | 80 562 | 75 758 | 74 250 | 74 182 | 73 998 |
1. apparaat | 53 972 | 55 540 | 57 417 | 52 612 | 51 100 | 51 033 | 50 846 |
2. onderzoeksbudget | 222 | 1 021 | 1 020 | 1 020 | 1 020 | 1 020 | 1 021 |
3. drukwerk | 2 847 | 2 774 | 2 774 | 2 774 | 2 774 | 2 774 | 2 774 |
4. fractiekosten | 17 347 | 18 968 | 18 932 | 18 933 | 18 937 | 18 936 | 18 938 |
5. uitzending leden | 140 | 419 | 419 | 419 | 419 | 419 | 419 |
Ontvangsten | 2 540 | 1 689 | 1 689 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | 1 566 |
4. Operationele doelstellingen
Verbeteren werkwijze Tweede Kamer en versterken wetgevende- en controlefunctie
Om het controleren van de regering en de rol van (mede)wetgever adequaat te kunnen invullen vindt de Tweede Kamer het van belang om doorlopend aandacht te besteden aan het verbeteren van de werkwijze van de Tweede Kamer en het versterken van de wetgevende – en controlerende functie. Ook de instrumenten die de Kamer ter beschikking staan moeten worden geëvalueerd.
1. De Kamer kan op de Europese dossiers zowel kwalitatief als kwantitatief meer invulling geven aan haar rol als medewetgever en controleur van de regering. Bovendien hebben nationale parlementen – ook onder de huidige verdragen – een eigen verantwoordelijkheid om nieuwe voorstellen van de Europese Commissie te bezien op het punt van subsidiariteit. de toenemende verwevenheid van Europees en nationaal beleid vraagt om versterking van de rol van de Tweede Kamer in het Europese besluitvormingsproces.
De uitslag van het referendum over de Grondwet op 1 juni 2005 heeft daarnaast de urgentie voor de Kamer vergroot de Europese wetgevingsprocessen beter zichtbaar te integreren in de nationale besluitvorming. De toenmalige Gemengde commissie toepassing subsidiariteit heeft eind 2005 een nader advies uitgebracht over de invoering van de subsidiariteittoets, op basis waarvan nu wordt gewerkt. Dat geldt ook voor het rapport dat de projectleider PECE (Parlementair Expertisecentrum Europa) in het voorjaar van 2006 over de hiervoor noodzakelijke ondersteuning heeft uitgebracht. In dit rapport worden naast de ambities van de Kamer ook de adviezen van de eerdergenoemde Gemengde commissie toepassing subsidiariteit en de rapportage van het kabinet met betrekking tot de sturing van EU-aangelegenheden in het kader van het Programma Andere Overheid betrokken, alsmede de advisering van de Raad van State (inclusief de kabinetsreactie daarop) over de invloed van de Europese constitutionele orde op de Nederlandse. Het streven is om in 2007 de Kamer zo toe te rusten dat zij op de juiste momenten in het Europese besluitvormingsproces haar politieke rol adequaat kan vervullen.
2. Evalueren themacommissies en herziening Reglement van Orde 2004 Er is gewerkt aan het doorbreken van de verkokering door te experimenteren met horizontale commissies, zoals de themacommissies Ouderenbeleid en Technologiebeleid. Er is gewerkt aan het instellen van nieuwe procedures: zo is het Reglement van Orde in 2004 herzien. Dit heeft onder meer geleid tot de invoering van de 30-ledenregel bij de aanvraag van spoeddebatten. Ook is gewerkt aan de verbetering van de inhoudelijke ondersteuning van de leden, bijvoorbeeld door de instelling van een Raad van Economische Adviseurs (REA). Het functioneren van de themacommissies en de wijzigingen van het RvO worden ruim geëvalueerd. Hierna worden de bevindingen gepresenteerd aan de Kamer. Het streven is er op gericht de verschillende vernieuwingen in de werkwijze via een integrale rapportage te beoordelen.
De genoemde rapportage zal door het Presidium worden aangeboden aan de Kamer en moet worden beschouwd als een verantwoordingsdocument van het Presidium.
3. Onderzoek- en controlefunctie van de Tweede Kamer
In 2007 moeten de uitkomsten van enkele belangrijke ontwikkelingen in relatie tot de onderzoek- en controlefunctie van de Kamer hun beslag krijgen. Dit betreft allereerst de commissie Herziening van de Wet op de Parlementaire Enquête. Het initiatiefwetsvoorstel van de leden van deze commissie voorziet in een uitbreiding van de bevoegdheden van het parlement op dit terrein. Ofschoon de voorzieningen voor een parlementair controlesysteem sinds de oprichting van het Onderzoeks- en Verificatiebureau (OVB) kleinschalig zijn ingevuld, zal de Kamerorganisatie blijven investeren in netwerken met externe adviesraden en deskundigen en in een goede samenwerking tussen het OVB en de (staf van de) commissie voor de Rijksuitgaven. Hierbij zijn de aanbevelingen van de Werkgroep Heroriëntatie Ondersteuning Fracties (WHOF) essentieel. Deze commissie heeft begin 2006 advies uitgebracht over de vraag of de Regeling financiële ondersteuning fracties in voldoende mate voorziet in de behoefte aan politieke ondersteuning. Naast de budgettaire verwerking in de Raming dient de aanpassing van de Regeling financiële ondersteuning fracties vóór de verkiezingen in november 2006 gereed te zijn, zodat deze voorafgaand aan de nieuwe samenstelling van de Kamer kan worden aangepast.
Om het budget voor parlementair onderzoek doelmatig uit te geven, zal een implementatieplan worden opgesteld.
Kosten behorend bij operationeledoelstelling
Ad 2. het budget voor themacommissies bedraagt structureel € 0,1 mln. Voor de REA is tot 2008 een jaarlijks budget beschikbaar van € 0,1 mln.
Ad 3. De versterking van de fractieondersteuning (€ 1,2 mln) en de verhoging van het onderzoeksbudget (€ 0,5 mln) vindt plaats door het overhevelen van middelen van artikel 2 naar artikel 3.
Ad 2. Het functioneren van de themacommissies en de wijzigingen van het RvO worden ruim vóór de verkiezingen in 2007 geëvalueerd.
Relevante beleidsnota’s/kamerstukken/wetsartikelen
Ad 1. Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 389, nr. 1.
Ad 3. Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 465, nr. 1.
Transparant maken van parlementaire processen en informatie voor burgers en Kamerleden
Het is belangrijk om de parlementaire processen en daaraan gerelateerde informatie (digitaal) goed te ontsluiten. Zowel Kamerleden als burgers hebben hier baat bij. Voor de Kamerleden wordt het werk vergemakkelijkt en de burgers krijgen meer inzicht in de parlementaire processen en kunnen informatie makkelijker benaderen.
E-Parlement
Het programma e-Parlement omvat een aantal projecten dat beoogt het meer transparant maken van de parlementaire processen, zowel voor Kamerleden als voor burgers.De projecten die onder het programma e-Parlement vallen komen voor het grootste deel in 2006 tot afronding. Het jaar 2007 wordt gebruikt als uitloopjaar voor mogelijke kinderziektes en als consolidatiejaar. Binnen het geheel van e-parlement kunnen de volgende projecten apart worden benoemd:
Het project nieuwe internetsite Tweede Kamer is erop gericht een website te ontwerpen en te bouwen die is ingericht vanuit de behoeften van de gebruiker. Er wordt beoogd een website te creëren die aansluit bij de eisen van deze tijd: modern, innovatief, gebruiksvriendelijk, uitnodigend, transparant, flexibel en beheersbaar. De nieuwe internetsite is de etalage van het informatiegebied Tweede Kamer. Met het project wordt voorzien in een verbetering van de toegankelijkheid van informatie op de internetsite van de Tweede Kamer. De bezoeker dient snel, eenduidig en op een logische manier het antwoord op vragen te krijgen. De site moet voor iedereen toegankelijk zijn: ook voor gebruikers met een handicap.
Parlis wordt het nieuwe proces- en documentregistratiesysteem dat gaat voorzien in de ondersteuning van het primaire, constitutionele proces. Het systeem automatiseert alle werkzaamheden rondom:
– Het registeren, verspreiden en publiceren van alle door de regering toegezonden documenten (zoals wetsvoorstellen en brieven)
– Het registreren en verspreiden van alle door burgers en instellingen toegezonden brieven. (elektronische brievenlijsten bij procedurevergadering)
– Het plannen en voorbereiden van vergaderingen (zowel plenair als in commissie, werkbezoeken, inbrengen voor verslagen en andere instrumenten die de Kamer ter beschikking staan om zaken te behandelen)
– Het bewaken van de voortgang van alle bij de Kamer in behandeling zijnde zaken (van wetsvoorstel tot verzoekschrift).
Er is snel achter te komen in welke fase van behandeling een onderwerp zich bevindt en welke documenten daarbij horen. Hiermee wordt het handelen van de volksvertegenwoordiging opnieuw een stuk transparanter en kan informatie over de totstandkoming van het democratisch proces op een efficiënte wijze en vrijwel «real-time» ter beschikking worden gesteld aan belanghebbenden.
Het project DBG dient er toe de debatten in de plenaire vergaderingen van de Tweede Kamer in de vorm van beeld en geluid te voorzien van aanvullende informatie teneinde op die manier de transparantie van het politieke proces te verbeteren.
Verslaglegging Ondersteunend Systeem (VlOS)
Met VLOS wordt de verslaglegging van de vergaderingen van de Tweede Kamer, van voorbereiding tot en met (publicatie van) het gecorrigeerde verslag, ondersteund met behulp van automatiseringsmiddelen. Door deze innovatie van de procesgang van de verslaglegging, sluiten de producten beter aan op de behoeften van alle belanghebbenden, zowel binnen als buiten de Tweede Kamer.
Een toegankelijk en gemakkelijk te doorzoeken verslag. De verslagen zijn sneller beschikbaar en gemakkelijk doorzoekbaar.
Het centrale thema van het project Center Court is integratie. Het realiseert de onderlinge verbinding van de bedrijfsapplicaties van de Tweede Kamer, waardoor gestandaardiseerde uitwisseling van informatie en documenten mogelijk wordt.
Daarnaast verzorgt Center Court de gezamenlijke opslag in een database van informatie en documenten. Hierdoor wordt de uiteindelijke doelstelling «Het geïntegreerd publiceren en raadpleegbaar maken van de documenten met een historie die teruggaat tot ca. 1980» mogelijk.
Staten-Generaal digitaal
Het voornaamste doel van het project is de Handelingen, Kamerstukken, Kamervragen/aanhangsels en (meer)jarenregisters uit de periode 1814–1995 via microverfilming te behouden voor het nageslacht en via digitalisering en ontsluiting rechtstreeks toegankelijk te maken voor iedereen op het Internet. Belangrijke eindproducten van het project zijn een set microfilms en een website waarop het materiaal beschikbaar wordt gesteld. De doorlooptijd van het project bedraagt zes jaar. Het project wordt uitgevoerd in de periode 2005–2011.
De 1-loketfunctie
In 2006 worden twee verschillende soorten 1-loketfunctie onderzocht. De eerste richt zich op de publieksinformatie voor burgers, bedrijven en instellingen die op zoek zijn naar voor hen belangrijke parlementaire informatie. Dit is het zogenoemde Loket Publieksinformatie.
Het tweede 1-loket is van geheel andere en daarnaast interne aard. Momenteel moeten leden, Kamerambtenaren, fractie- en persoonlijk medewerkers en vertegenwoordigers van de parlementaire pers soms letterlijk langs verschillende loketten ter verkrijging van een Kamerpas, telefoon, laptop, bureau of een andere faciliteit van de Tweede Kamer. Maar ook verzoeken om informatie, serviceverlening, ondersteuning of om wijzigingen door te voeren moeten op verschillende plaatsen en bij verschillende diensten worden ingediend. De mogelijkheid om dit allemaal bij één Centraal ServicePunt (CSP) onder te brengen is momenteel voorwerp van onderzoek. Het Presidium verwacht dat over de uitkomsten van het hiervoor genoemde onderzoek ruim voor het einde van 2006 gerapporteerd kan worden.
Kosten behorend bij operationele doelstelling
Bedragen x € 1 000 | ||||||
Project | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Parlis | 1 456 | 450 | 450 | 450 | 450 | 450 |
VLOS | 260 | 526 | 66 | 66 | 66 | |
DBG | 140 | 50 | 50 | 50 | 50 | |
Internet | 248 | 360 | 170 | 170 | 170 | 205 |
Center Court | 425 | 83 | 83 | 83 | 83 | 83 |
Educatieve website | 80 | 80 | 80 | 80 | 80 | 80 |
Personal Key Infrastructure | 60 | 150 | 23 | 23 | 23 | 23 |
1-loket | 40 | 35 | 35 | 35 | 35 | 35 |
Virtueel Informatiepunt (VIP) | 55 | 36 | 36 | 36 | 36 | 36 |
Vergaderreserverings-systeem (VRS) | 9 | 14 | 14 | |||
e-response | 21 | 107 | 82 | 82 | 82 | 82 |
Smartphones Kamerinfo | 50 | 160 | ||||
Intranet | 30 | 30 | 30 | 30 | 30 | 30 |
Overige | 162 | 18 | 18 | 18 | 18 | 18 |
Staten-Generaal | 1 500 | 1 500 | 1 500 | 1 500 | 1 500 | 2 250 |
Niet van toepassing.
Relevante beleidsnota’s/kamerstukken/wetsartikelen
E-Parlement: Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 30 095, nr. 3, blz. 10. Staten-Generaal Digitaal: Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 30 095, nr. 3, blz. 6.
Verbeteren faciliteiten en optimaliseren ambtelijke ondersteuning
Door een goede ondersteuning van de Tweede Kamer (zie ook operationele doelstelling 2) wordt het werk voor de Leden vergemakkelijkt.
Beveiliging
Op grond van de aanbevelingen van, onder meer, de AIVD, de aanpassingen in de bouwkundige buitenbeveiliging en afronding van de reorganisatie bij de Beveiligingsdienst, doet een (deels) nieuwe werkwijze zijn intrede. Naast een (deels) nieuwe werkwijze, wordt in 2007 ook de inrichting van de informatiebeveiliging, zoals beveiliging van bestanden op personal computers, opgeleverd.
De samenwerking met de Eerste Kamer
Behalve op Europees terrein, waar naast inhoudelijk ook op het gebied van de ontwikkeling van de websites wordt samengewerkt en ook de permanente vertegenwoordiger in Brussel voor beide Kamers actief is, zijn tevens op facilitair-, automatisering- en beveiligingsgebied samenwerkingsverbanden gerealiseerd. Ook op financieel gebied is een hechte samenwerking tot stand gebracht door het samenvoegen van de salarisfunctie van de Eerste Kamer bij de Tweede Kamer. Evaluatie vindt plaats voorafgaand aan de verlenging van dienstverleningsovereenkomsten.
Nieuwe visie op de financiële functie
De noodzaak van een nieuwe visie op de financiële functie binnen de Tweede Kamer. In 2006 wordt een nieuwe visie ontwikkeld op de financiële functie, de taken en de rol van de Stafdienst FEZ en de taken en de rol van de diensthoofden c.q. budgethouders. Een van de hoofdvragen luidt hoe de taakafbakening tussen «centraal» (FEZ) en «decentraal» (budgethouders) vorm moet worden gegeven. Het antwoord op deze vraag geeft richting aan de inrichting van werkprocessen, de te behalen efficiencyvoordelen en de vormgeving van de samenwerking tussen diensten en FEZ. In 2007 wordt de nieuwe financiële functie in de Kamer geïmplementeerd. Ter afronding wordt in dat jaar ook een dienstverleningsovereenkomst tussen de diensten en de stafdienst FEZ opgesteld. Het ligt in de rede dat, na inwerkingtreding, op enig moment evaluatie plaats vindt.
Management en personeelsbeleid
Het personeelsbeleid is gericht op ontwikkeling van de medewerkers bij de Kamerorganisatie en kent als speerpunten management development (MD) en mobiliteit. De voorbereidingen voor het MD-traject, dat een goed opleidingsbeleid en een samenhangend personeelsbeleid moet genereren, zijn al in 2006 gestart. De uitvoering van dit traject zal plaatsvinden in 2007. Sturing op de inzet van kennis, vaardigheden en competenties zijn voorwaarden om de gewenste organisatieflexibiliteit te bewerkstelligen.
Als gevolg van de leeftijdsopbouw bij de organisatie van de Tweede Kamer, stromen vanaf 2006 naar verwachting relatief veel medewerkers uit. Ter voorkoming van een mogelijk kennishiaat, krijgt «jong talent», waaronder Rijkstrainees maar ook deelnemers aan leerwerktrajecten, de kans bij te dragen aan de ondersteuning van het politieke proces en het bedrijf. Verwacht wordt dat de oprichting van een gezamenlijk mobiliteit- en loopbaancentrum van de Hoge Colleges van Staat hierbij een belangrijke rol zal vervullen.
Het ziekteverzuimpercentage bedroeg in 2002 nog 7,5 en daalde vervolgens naar 6,1 in 2003. Na een stijging in 2004 was in 2005 sprake van een daling tot 5,3%. De meldingsfrequentie bleek over 2005 te zijn teruggelopen tot 1,8. Begin 2006 zijn voor zowel de organisatie als geheel als per dienst streefcijfers voor verzuim bepaald, berekend op basis van een landelijk geaccepteerde norm. Hierop worden vervolgens concrete acties gebaseerd. Periodiek vindt evaluatie van het ingezette beleid plaats.
Beveiliging: Dit speerpunt is zowel gericht op de interne organisatie (eigen personeel) als op de omgeving van de Tweede Kamer. Samenwerking met Eerste Kamer: Eerste en Tweede Kamer
Visie financiële functie: organisatie Tweede Kamer
Management en personeelsbesluit: ambtelijke ondersteuning.
Kosten behorend bij operationele doelstelling
Maken deel uit van het reguliere apparaatskostenbudget.
Zie boven.
Relevante beleidsnota’s/kamerstukken/wetsartikelen
Niet van toepassing.
In onderstaand overzicht zijn in meerjarig perspectief de apparaatsuitgaven binnen dit artikel opgenomen. Voorts zijn, afgeleid hiervan, gemiddelden vermeld per kamerzetel en per gestenografeerd uur vergadering.
Uitgavenoverzicht (in € 1 000) | |||||
Wetgeving en controle Tweede Kamer | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 |
– apparaat (personeel) | 22 555 | 24 271 | 26 528 | 132 092 | 34 271 |
gemiddeld per zetel | 150 | 162 | 177 | 214 | 228 |
per vergaderuur | 9 | 11 | 16 | 13 | 13 |
– apparaat (materieel) | 16 745 | 18 886 | 17 423 | 17 202 | 19 701 |
gemiddeld per zetel | 112 | 126 | 116 | 115 | 131 |
per vergaderuur | 7 | 8 | 10 | 7 | 7 |
totaal apparaat | 39 300 | 43 157 | 43 951 | 49 294 | 53 972 |
gemiddeld per zetel | 262 | 288 | 293 | 329 | 360 |
gemiddeld per vergaderuur | 16 | 19 | 26 | 20 | 20 |
– onderzoeksbudget | 465 | 122 | 508 | 843 | 222 |
– drukwerk | 3 927 | 4 172 | 3 701 | 3 517 | 2 847 |
– fractiekosten en garanties | 15 148 | 19 866 | 18 783 | 18 521 | 17 347 |
– uitzending leden | 427 | 188 | 267 | 170 | 140 |
– enquêtes | 1 931 | 611 | |||
– garanties2 | 69 | 107 | |||
totaal artikel 3 | 59 336 | 69 543 | 67 821 | 72 345 | 74 528 |
gemiddeld per zetel | 396 | 464 | 452 | 482 | 497 |
gemiddeld per vergaderuur | 26 | 31 | 40 | 30 | 28 |
1 Het uitgavenverschil ten opzichte van 2003 vindt vooral verklaring in de omstandigheid dat met ingang van 2004 de Dienst Verslag en Redactie (voorheen de Stenografische dienst) onder dit artikel is opgenomen. Voorts spelen de toegenomen beveiligingskosten een rol.
2 Het artikelonderdeel «garanties» is met ingang van 2003 komen te vervallen.
De volgende cijfers dienen in hun context te worden bezien. Wetsvoorstellen die met blanco verslag en als hamerstuk zijn behandeld, tellen bijvoorbeeld in dit overzicht even zwaar als wetsvoorstellen die voorwerp zijn van uitvoerig voorbereidend onderzoek en dagenlange plenaire vergaderingen.
Specificatie inzake de werkzaamheden van de Kamer (in aantallen) | ||||
2002 | 2003 | 2004 | 2005 | |
Vergaderingen | ||||
Plenaire vergaderingen | 91 | 95 | 97 | 106 |
Commissievergaderingen | ||||
– openbaar | 520 | 590 | 801 | 873 |
– besloten | 596 | 700 | 770 | 711 |
Overige vergaderingen | 7 068 | 7 808 | 7 531 | 6 678 |
Werkbezoeken commissies | ||||
Binnenland | 53 | 48 | 54 | 66 |
Buitenland | 6 | 4 | 25 | 23 |
Wetsvoorstellen, moties en vragen | ||||
Ingediende wetsvoorstellen | 252 | 267 | 275 | 291 |
– initiatief wetsvoorstellen | 13 | 8 | 11 | 9 |
– rijksbegrotingen | 17 | 17 | 18 | 18 |
– fondsen | 6 | 7 | 7 | 7 |
– suppletore begrotingen | 67 | 66 | 68 | 54 |
In stemming gebrachte wetsvoorstellen* | 213 | 195 | 253 | 183 |
Ingediende moties | 1 158 | 1 007 | 1 309 | 1 434 |
– aangenomen* | 391 | 327 | 437 | 513 |
– verworpen* | 363 | 433 | 568 | 513 |
– ingetrokken | 38 | 61 | 55 | 85 |
– aangehouden* | 44 | 42 | 52 | 85 |
– gewijzigd | 45 | 56 | 66 | 109 |
– in behandeling* | 266 | 52 | 60 | 8 |
– vervallen | 11 | 36 | 71 | 121 |
Schriftelijke vragen | 1 563 | 1 678 | 2 101 | 2 045 |
– waarvan beantwoord* | 1 551 | 1 668 | 2 121 | 2 225 |
Mondelinge vragen | 96 | 65 | 98 | 96 |
Interpellaties | 13 | 5 | 5 | 5 |
* waaronder ook in voorgaande jaren ingediende wetsvoorstellen, moties en vragen.
In het voorjaar van 2006 is gestart met het traject «Herbezinning financiële functie». De hoofddoelstelling van dit onderzoek is het ontwikkelen van een visie op de inrichting van de financiële functie binnen de Kamer voor de komende jaren. Het rapport met daarin de beschrijving van de huidige stand van zaken, de zogenoemde «foto», de visieontwikkeling en het implementatieplan komt binnen afzienbare tijd beschikbaar.
In 2005 is een aanvang gemaakt met de periodieke rapportage aan het MT aangaande de voortgang van de uitvoering van de jaarplannen van de betreffende diensten. Uitgangspunten hierbij zijn zowel de toetsing aan het vooraf gedachte uitgaventempo als de vraag of de beoogde doelstellingen ook inhoudelijk worden gerealiseerd. Deze werkwijze zal in 2006 worden voortgezet, zij het met een wat gewijzigde rolverdeling: diensthoofden zullen in de toekomst rechtstreeks verantwoording afleggen aan de Griffier, c.q. de directeuren. De stafdienst FEZ vervult hierbij een toetsende rol.
Het beschrijven van de Administratieve Organisatie ( AO) van alle financiële processen is praktisch afgerond. In 2006 zal worden gestart met het beschrijven van het materieelbeheer. De eerste stap zal, naast het beschrijven van het beleid, zijn het inventariseren van de voorraad- en inventarisadministraties. De werking van de AO in 2005 is verbeterd ten opzichte van de werking in 2004. In 2006 blijft het van belang de werking voortdurend te monitoren en met alle verantwoordelijken te blijven werken aan verbeteringen.
Het project Managementinformatie Financiën en Personeel (MIFP) loopt ten einde en zal voor de zomer van 2006 worden overgedragen aan de stafdienst FEZ. De diverse managementinformatierapportages worden via intranet beschikbaar gesteld.
Aandachtspunten voor 2006/2007
Over de aandachtspunten en de prioriteitsstelling wordt besloten zodra de besluitvorming over het hierboven genoemde implementatieplan «Herbezinning financiële functie» is afgerond. Naar verwachting kan in september van het jaar 2006 de planning terzake worden opgesteld.
ARTIKEL 2: UITGAVEN TEN BEHOEVE VAN LEDEN EN OUD-LEDEN TWEEDE KAMER, ALSMEDE LEDEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT
De hoofdtaken van de Tweede Kamer bestaan uit het controleren van de regering en (mede)wetgeving. Daarnaast draagt de Tweede Kamer zorg voor betalingen die voorvloeien uit verschillende wetten en regelingen.
2a. Zorgdragen voor uitbetalingen i.v.m. wettelijke regelingen
De Tweede Kamer draagt ingevolge de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer (Stb. 1997, 250), de Wet schadeloosstelling leden Europees parlement (Stb. 1979, 379) en de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Stb. 1969, 594) zorg voor de uitgaven van:
– schadeloosstelling leden (artikel 2.1)
– reis- en overige kostenvergoedingen leden (artikel 2.2)
– schadeloosstelling leden Europees Parlement (artikel 2.3)
– wachtgelden oud-leden (artikel 2.2)
– pensioenen oud-leden en hun nabestaanden (artikel 2.2)
Aan deze activiteiten zijn de volgende kengetallen verbonden.
Aantallen deelgerechtigden | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 |
Pensioenen oud-leden | 209 | 218 | 222 | 242 |
Wachtgelden oud-leden* | 134 | 121 | 91 | 62 |
Weduwen- en weduwnaarspensioenen | 124 | 121 | 118 | 124 |
Wezenpensioenen | 4 | 4 | 4 | 4 |
Totaal | 471 | 464 | 435 | 432 |
* Deze reeks is exclusief de wachtgeldaanspraken die door korting van inkomsten niet tot betaling leiden: | 34 | 88 | 50 | 82 |
Daarnaast is binnen dit artikel een budget ten behoeve van outplacement van oud-leden opgenomen. Het doel van de outplacementfaciliteit is tweeledig:
– het bieden van een faciliteit voor oud Kamerleden bij het zoeken van een nieuwe functie;
– het verminderen van het beroep op de wachtgeldregeling.
Het Presidium heeft in zijn vergadering van 12 december 2001 op grond van een advies van de Commissie Emolumenten en naar aanleiding van opmerkingen bij gelegenheid van de behandeling van de Raming voor 2002, een vrijwillige outplacementregeling voor (oud)leden van de Tweede kamer vastgesteld. De outplacementregeling, die voor het eerst in de Raming van de Tweede Kamer voor 2003 (Tweede kamer, vergaderjaar 2002–2003, 28 336, nr. 4, blz. 2) is opgenomen, wordt door de Tweede Kamer beheerd.
In totaal is voor outplacementfaciliteiten jaarlijks € 0,2 mln beschikbaar. De uitgaven in 2005 beliepen € 0,023 mln (ten behoeve van één deelnemer) en in 2004 € 0,027 mln. De outplacementregeling zal inhoudelijk ruim voor de verkiezingen in 2006 worden geëvalueerd.
3. Budgettaire gevolgen van beleid
3a. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt
De begrotingsvoorstellen die de Tweede Kamer heeft ingediend voor de ontwerpbegroting 2007, zijn reeds toegekend bij de eerste suppletore begroting 2006 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 560 IIA, nrs. 1 en 2).
Voor de financiële reeks voor wachtgelden (artikelonderdeel 2.2) wordt in de wachtgelduitgaven rekening gehouden met de gevolgen van de verkiezingen. Dit leidt tot de volgende – vierjarige – «dynamiek»:
verkiezingsjaar | verkiezingsjaar | |||
---|---|---|---|---|
Jaar t | Jaar t + 1 | Jaar t + 2 | Jaar t + 3 | Jaar t |
€ 1,0 mln | € 1,0 mln | € 0,5 mln | – | € 1,0 mln |
Het extrapolatiejaar 2011 geldt daarbij ook als jaar t. In de periode tot aan het jaar 2011 is de geschetste dynamiek al verwerkt. In jaar 2011 is conform bovenstaande systematiek een verhoging van € 1 mln opgenomen.
3b. Tabel budgettaire gevolgen van beleid
Bovenstaande leidt tot de volgende begroting:
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
2: Uitgaven t.b.v. leden en oud-leden Tweede Kamer alsmede leden van het Europees Parlement | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Verplichtingen | 29 768 | 30 504 | 31 227 | 31 231 | 30 721 | 30 206 | 31 222 |
Uitgaven | 29 767 | 30 504 | 31 227 | 31 231 | 30 721 | 30 206 | 31 222 |
1. schadeloosstelling | 19 384 | 19 805 | 19 773 | 19 775 | 19 778 | 19 778 | 19 780 |
2. pensioenen en wachtgelden | 8 092 | 8 307 | 9 317 | 9 319 | 8 805 | 8 290 | 9 304 |
3. schadeloosstelling Europarlementariërs | 2 291 | 2 392 | 2 137 | 2 137 | 2 138 | 2 138 | 2 138 |
Ontvangsten | 353 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 |
4. Ervaringscijfers en prognose
In onderstaand overzicht zijn als achtergrondinformatie de gerealiseerde uitgaven en gemiddelden van de artikelonderdelen 2.1 en 2.2 opgenomen voor de jaren 2002–2005 en prognoses voor 2006 en 2007.
(bedragen in € 1 000) | ||||||
2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | 2007 | |
– schadeloosstelling | 13 016 | 12 693 | 12 746 | 12 896 | 12 204 | 12 207 |
– vergoedingen | 8 711 | 6 162 | 5 931 | 6 488 | 7 147 | 7 147 |
totaal | 21 727 | 18 855 | 18 677 | 19 384 | 19 351 | 19 354 |
gemiddeld per zetel | 145 | 126 | 125 | 129 | 129 | 129 |
– pensioenen en wachtgelden | 8 360 | 10 700 | 9 370 | 8 092 | 8 058 | 9 058 |
gemiddeld per zetel | 56 | 71 | 62 | 54 | 54 | 60 |
– totaal artikel 2.1 en 2.2 | 30 087 | 29 555 | 28 047 | 27 476 | 27 409 | 28 412 |
gemiddeld per zetel | 201 | 197 | 187 | 183 | 183 | 189 |
ARTIKEL 4: WETGEVING EN CONTROLE EERSTE EN TWEEDE KAMER
Het onder dit artikel opgenomen budget ten behoeve van wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer betreft, naast de apparaatskosten van de Griffie interparlementaire betrekkingen, tevens de kosten van interparlementaire activiteiten. De keuze voor een apart artikel gaf vanuit het verleden uitdrukking aan de omstandigheid dat het bevoegde gezag voor de Griffie interparlementaire betrekkingen wordt gevormd door gemengde commissies van toezicht uit beide Kamers.
In de loop van 2006 zullen de beide Kamers een besluit nemen aangaande het onderbrengen van het apparaat van en het bevoegde gezag over de Griffie interparlementaire betrekkingen.
2. Budgettaire gevolgen van beleid
2a. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt
De Tweede Kamer heeft voor dit artikel geen begrotingsvoorstellen ingediend.
2b. Tabel budgettaire gevolgen van beleid
Bovenstaande leidt tot de volgende begroting:
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
4: Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Verplichtingen | 1 625 | 1 914 | 1 917 | 1 918 | 1 918 | 1 918 | 1 918 |
Uitgaven | 1 626 | 1 914 | 1 917 | 1 918 | 1 918 | 1 918 | 1 918 |
2. apparaat griffie interparlementaire betrekkingen | 452 | 460 | 458 | 459 | 459 | 459 | 459 |
3. interparlementaire betrekkingen | 1 174 | 1 454 | 1 459 | 1 459 | 1 459 | 1 459 | 1 459 |
Ontvangsten | 12 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 |
De raming van artikelonderdeel 03. «interparlementaire betrekkingen» heeft betrekking op de volgende onderdelen:
Interparlementaire betrekkingen | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2010 | |
01. uitzending leden naar internationale organen | 370 | 599 | 602 | 602 | 602 | 602 | 602 |
02. aandeel Nederland in de kosten van interparlementaire organen | 439 | 475 | 477 | 477 | 477 | 477 | 477 |
03. contacten tussen de parlementen van het koninkrijk | 108 | 86 | 86 | 86 | 86 | 86 | 86 |
04. ontvangst van buitenlandse parlementsleden en delegaties van internationale organen | 101 | 117 | 117 | 117 | 117 | 117 | 117 |
05. subsidie aan de Nederlandse groep van de Union Interparlementaire | 156 | 170 | 170 | 170 | 170 | 170 | 170 |
Totaal | 1 174 | 1 447 | 1 452 | 1 452 | 1 452 | 1 452 | 1 452 |
3. Ervaringscijfers en prognose
In onderstaand overzicht zijn in meerjarig perspectief de uitgaven met betrekking tot dit artikel opgenomen. Voorts zijn, afgeleid hiervan, gemiddelden per kamerzetel (Eerste en Tweede Kamer) opgenomen. Overigens is de vergelijkbaarheid met ingang van 2004 in zoverre beperkt dat in aanmerking moet worden genomen dat met ingang van dat jaar de dienst Verslag en Redactie (voorheen Stenografische dienst) is opgenomen onder artikel 3. De apparaatsuitgaven betreffen sindsdien uitsluitend de Griffie interparlementaire betrekkingen.
Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | |||||||
(in € 1 000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | 2007 |
– apparaat (personeel) | 3 483 | 3 740 | 3 717 | 439 | 449 | 441 | 441 |
– apparaat (materieel) | 96 | 103 | 147 | 5 | 3 | 7 | 7 |
totaal apparaat | 3 579 | 3 843 | 3 864 | 444 | 452 | 448 | 448 |
gemiddeld per zetel (225) | 16 | 17 | 17 | 2 | 2 | 2 | 2 |
Interparlementaire betrekkingen | 1 231 | 1 265 | 1 946 | 1 963 | 1 174 | 1 447 | 1 452 |
totaal artikel 4 | 4 810 | 5 108 | 5 810 | 2 407 | 1 626 | 1 895 | 1 900 |
gemiddeld per zetel (225) | 21 | 23 | 26 | 11 | 7 | 8 | 8 |
ARTIKEL 10: NOMINAAL EN ONVOORZIEN
Tabel budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
10: Nominaal en onvoorzien SG | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Verplichtingen | 173 | ||||||
Uitgaven | 173 | ||||||
1. loonbijstelling | |||||||
2. prijsbijstelling | |||||||
3. onvoorzien | 173 | ||||||
4. waarde-overdracht en waarde-overname | |||||||
5. taakstellingen | |||||||
Ontvangsten |
Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal uitgaven IIA begroting | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006: | 113 260 | 113 131 | 112 013 | 111 501 | 110 984 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2006: | 7 470 | 3 627 | 3 842 | 3 344 | 3 328 | ||
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | 173 | 6 249 | 2 253 | 1 235 | 1 185 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007 | 115 576 | 120 903 | 123 007 | 118 108 | 116 080 | 115 497 | 116 329 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal ontvangsten IIA begroting | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006: | 2 061 | 2 061 | 1 938 | 1 938 | 1 938 | ||
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | |||||||
Stand ontwerp-begroting 2007: | 2 975 | 2 061 | 2 061 | 1 938 | 1 938 | 1 938 | 1 938 |
Artikel 1. Wetgeving en controle Eerste Kamer
Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006: | 8 344 | 8 352 | 8 351 | 8 350 | 8 349 | ||
1.1: apparaat | 4 705 | 4 713 | 4 712 | 4 712 | 4 712 | ||
1.2: vergoedingen voorzitter en leden EK | 3 616 | 3 616 | 3 616 | 3 615 | 3 614 | ||
1.3: verenigde vergadering | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2006: | 1 082 | 703 | 603 | 603 | 603 | ||
1.1: apparaat | 1 082 | 703 | 603 | 603 | 603 | ||
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | 164 | 246 | 247 | 238 | 239 | ||
1.1: apparaat | 103 | 191 | 192 | 183 | 184 | ||
a. loonbijstelling | 68 | 59 | 59 | 60 | 60 | ||
b. prijsbijstelling | 38 | 38 | 38 | 38 | 38 | ||
c. beleidsmatige advisering | 119 | 119 | 119 | 119 | |||
d. bijdrage Rijksweb | – 23 | – 21 | – 21 | – 21 | |||
e. bijdrage transparante overheid | – 10 | – 10 | |||||
f. moties APB | – 3 | – 2 | – 3 | – 3 | – 2 | ||
1.2: vergoedingen voorzitter en leden Eerste Kamer | 61 | 55 | 55 | 55 | 55 | ||
a. loonbijstelling | 61 | 55 | 55 | 55 | 55 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007: | 9 655 | 9 590 | 9 301 | 9 201 | 9 191 | 9 191 | 9 191 |
1.1: apparaat | 5 721 | 5 890 | 5 607 | 5 507 | 5 498 | 5 499 | 5 498 |
1.2: vergoedingen voorzitter en leden Eerste Kamer | 3 763 | 3 677 | 3 671 | 3 671 | 3 670 | 3 669 | 3 670 |
1.3: verenigde vergadering | 171 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007 | 70 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 |
Artikel 2. Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer, alsmede leden van het Europees Parlement
Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2: Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer, alsmede leden alsmede leden van het Europese Parlement | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006: | 30 904 | 31 907 | 31 907 | 31 407 | 30 907 | ||
2.1: schadeloosstelling | 20 751 | 20 754 | 20 754 | 20 754 | 20 754 | ||
2.2: pensioenen en wachtgelden | 8 058 | 9 058 | 9 058 | 8 558 | 8 058 | ||
2.3: schadeloosstelling Europarlementariërs | 2 095 | 2 095 | 2 095 | 2 095 | 2 095 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2006: | – 1 150 | – 1 400 | – 1 400 | – 1 400 | – 1 400 | ||
2.1: schadeloosstelling | – 1 400 | – 1 400 | – 1 400 | – 1 400 | – 1 400 | ||
2.3: schadeloosstelling Europarlementariërs | 250 | ||||||
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | 750 | 720 | 724 | 714 | 699 | ||
2.1: schadeloosstelling | 454 | 419 | 421 | 424 | 424 | ||
a. loonbijstelling | 307 | 272 | 274 | 277 | 277 | ||
b. prijsbijstelling | 147 | 147 | 147 | 147 | 147 | ||
2.2: pensioenen en wachtgelden | 249 | 259 | 261 | 247 | 232 | ||
a. loonbijstelling | 249 | 259 | 261 | 247 | 232 | ||
2.3: schadeloosstelling Europarlementariërs | 47 | 42 | 42 | 43 | 43 | ||
a. loonbijstelling | 47 | 42 | 42 | 43 | 43 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007: | 29 767 | 30 504 | 31 227 | 31 231 | 30 721 | 30 206 | 31 222 |
2.1: schadeloosstelling | 19 384 | 19 805 | 19 773 | 19 775 | 19 778 | 19 778 | 19 780 |
2.2: pensioenen en wachtgelden | 8 092 | 8 307 | 9 317 | 9 319 | 8 805 | 8 290 | 9 304 |
2.3: schadeloosstelling Europarlementariërs | 2 291 | 2 392 | 2 137 | 2 137 | 2 138 | 2 138 | 2 138 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2: Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007 | 353 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 |
Artikel 3. Wetgeving en controle Tweede Kamer
Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006: | 72 117 | 70 972 | 69 855 | 69 844 | 69 828 | ||
3.1: apparaat | 50 012 | 48 864 | 47 748 | 47 737 | 47 721 | ||
3.2: onderzoeksbudget | 511 | 511 | 511 | 511 | 511 | ||
3.3: drukwerk | 3 798 | 3 798 | 3 798 | 3 798 | 3 798 | ||
3.4: fractiekosten | 17 384 | 17 387 | 17 386 | 17 386 | 17 386 | ||
3.5: uitzending leden | 412 | 412 | 412 | 412 | 412 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2006: | 5 020 | 2 160 | 2 485 | 1 985 | 1 985 | ||
3.1: apparaat | 4 413 | 1 553 | 1 878 | 1 378 | 1 378 | ||
3.2: onderzoeksbudget | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 | ||
3.3: drukwerk | – 1 093 | – 1 093 | – 1 093 | – 1 093 | – 1 093 | ||
3.4: fractiekosten | 1 200 | 1 200 | 1 200 | 1 200 | 1 200 | ||
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | 1 585 | 7 430 | 3 418 | 2 421 | 2 369 | ||
3.1: apparaat | 1 115 | 7 000 | 2 986 | 1 985 | 1 934 | ||
a. loonbijstelling | 866 | 748 | 742 | 756 | 751 | ||
b. prijsbijstelling | 285 | 264 | 246 | 246 | 246 | ||
d. restaurantbedrijf | 75 | ||||||
e. bijdrage Rijksweb | – 199 | – 178 | – 178 | – 178 | |||
f. bijdrage transparante overheid | – 119 | – 119 | |||||
g. project Staten-Generaal | 1 500 | ||||||
h. Parlis | 450 | 450 | 450 | 450 | |||
i. e-parlement | 1 469 | 1 027 | 553 | 553 | |||
j. automatisering diversen | 1 784 | 352 | 37 | 37 | |||
k. facilitaire zaken diversen | 943 | 380 | 273 | 227 | |||
l. moties APB | – 36 | – 34 | – 33 | – 33 | – 33 | ||
3.2: onderzoeksbudget | 10 | 9 | 9 | 9 | 9 | ||
a. loonbijstelling | 6 | 5 | 5 | 5 | 5 | ||
b. prijsbijstelling | 4 | 4 | 4 | 4 | 4 | ||
3.3: drukwerk | 69 | 69 | 69 | 69 | 69 | ||
a. prijsbijstelling | 69 | 69 | 69 | 69 | 69 | ||
3.4: fractiekosten | 384 | 345 | 347 | 351 | 350 | ||
a. loonbijstelling | 352 | 313 | 315 | 319 | 318 | ||
b. prijsbijstelling | 32 | 32 | 32 | 32 | 32 | ||
3.5: uitzending leden | 7 | 7 | 7 | 7 | 7 | ||
a. prijsbijstelling | 7 | 7 | 7 | 7 | 7 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007: | 74 528 | 78 722 | 80 562 | 75 758 | 74 250 | 74 182 | 73 998 |
3.1: apparaat | 53 972 | 55 540 | 57 417 | 52 612 | 51 100 | 51 033 | 50 846 |
3.2: onderzoeksbudget | 222 | 1 021 | 1 020 | 1 020 | 1 020 | 1 020 | 1 021 |
3.3: drukwerk | 2 847 | 2 774 | 2 774 | 2 774 | 2 774 | 2 774 | 2 774 |
3.4: fractiekosten | 17 347 | 18 968 | 18 932 | 18 933 | 18 937 | 18 936 | 18 938 |
3.5: uitzending leden | 140 | 419 | 419 | 419 | 419 | 419 | 419 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006 | 1 689 | 1 689 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007 | 2 540 | 1 689 | 1 689 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | 1 566 |
Artikel 4. Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer
Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
4: Wetgeving en controle EK/TK | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006: | 1 895 | 1 900 | 1 900 | 1 900 | 1 900 | ||
4.2: apparaat griffie interparlementaire betrekkingen | 448 | 448 | 448 | 448 | 448 | ||
4.3: interparlementaire betrekkingen | 1 447 | 1 452 | 1 452 | 1 452 | 1 452 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2006: | |||||||
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | 19 | 17 | 18 | 18 | 18 | ||
4.2: apparaat griffie interparlementaire betrekkingen | 12 | 10 | 11 | 11 | 11 | ||
a. loonbijstelling | 12 | 10 | 11 | 11 | 11 | ||
4.3: interparlementaire betrekkingen | 7 | 7 | 7 | 7 | 7 | ||
a. prijsbijstelling | 7 | 7 | 7 | 7 | 7 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007: | 1 626 | 1 914 | 1 917 | 1 918 | 1 918 | 1 918 | 1 918 |
4.2: apparaat griffie interparlementaire betrekkingen | 452 | 460 | 458 | 459 | 459 | 459 | 459 |
4.3: interparlementaire betrekkingen | 1 174 | 1 454 | 1 459 | 1 459 | 1 459 | 1 459 | 1 459 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
4: Wetgeving en controle EK en TK | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007 | 12 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 |
Artikel 10. Nominaal en onvoorzien
Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
10: Nominaal en onvoorzien SG | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006: | |||||||
10.1: loonbijstelling | |||||||
10.2: prijsbijstelling | |||||||
10.3: onvoorzien | |||||||
10.4: waarde-overdracht en -overname | |||||||
10.5: taakstellingen | |||||||
Mutaties 1e suppletore begroting 2006: | 2 518 | 2 164 | 2 154 | 2 156 | 2 140 | ||
10.1: loonbijstelling | 1 795 | 1 632 | 1 640 | 1 642 | 1 625 | ||
10.2: prijsbijstelling | 589 | 568 | 550 | 550 | 550 | ||
10.3: onvoorzien | 134 | – 36 | – 36 | – 36 | – 35 | ||
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | – 2 345 | – 2 164 | – 2 154 | – 2 156 | – 2 140 | ||
10.1: loonbijstelling | – 1 795 | – 1 632 | – 1 640 | – 1 642 | – 1 625 | ||
a. verdeling loonbijstelling | – 1 795 | – 1 632 | – 1 640 | – 1 642 | – 1 625 | ||
10.2: prijsbijstelling | – 589 | – 568 | – 550 | – 550 | – 550 | ||
a. verdeling prijsbijstelling | – 589 | – 568 | – 550 | – 550 | – 550 | ||
10.3 onvoorzien | 39 | 36 | 36 | 36 | 35 | ||
a. verdelen bijdrage moties APB | 39 | 36 | 36 | 36 | 35 | ||
Stand ontwerp-begroting 2007: | 173 | ||||||
10.1: loonbijstelling | |||||||
10.2: prijsbijstelling | |||||||
10.3: onvoorzien | 173 | ||||||
10.4: waarde-overdracht en -overname | |||||||
10.5: taakstellingen |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
10: Nominaal en onvoorzien | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Stand ontwerp-begroting 2006 | |||||||
Stand ontwerp-begroting 2007 |
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-30800-IIA-2.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.