30 676
Wijziging van de Wet op het primair onderwijs en de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 in verband met buitenschoolse opvang

nr. 13
AMENDEMENT VAN DE LEDEN BALEMANS EN HAMER

Ontvangen 5 oktober 2006

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Artikel II komt te luiden:

A

In artikel 9 vervalt aan het slot van onderdeel g «en», wordt aan het slot van onderdeel h de punt vervangen door «; en», en wordt na onderdeel h een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende:

i. vaststelling of wijziging van de wijze waarop de voorziening, bedoeld in artikel 45, tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs, wordt georganiseerd.

B

Artikel 11, vijfde lid, wordt vervangen door:

5. Een besluit met betrekking tot een aangelegenheid als bedoeld in het artikel 9, onderdelen g en i, wordt niet genomen dan na raadpleging van de ouders.

II

In artikel III wordt artikel II vervangen door:

Artikel II

In de Wet medezeggenschap op scholen worden de volgende wijzigingen aangebracht:

A

In artikel 13 wordt aan het slot van onderdeel l de punt vervangen door «;» en wordt na onderdeel l een nieuw onderdeel toegevoegd, luidend:

m. vaststelling of wijziging van de wijze waarop de voorziening, bedoeld in artikel 45, tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs, wordt georganiseerd.

B

Artikel 15, derde lid, wordt vervangen door:

3. Een besluit met betrekking tot een aangelegenheid als bedoeld in artikel 13, onderdelen h en m, wordt niet genomen dan na raadpleging van de ouders.

III

A

In artikel IV wordt onderdeel a vervangen door:

a. In artikel 13 wordt aan het slot van onderdeel l de punt vervangen door «;» en wordt na onderdeel l een nieuw onderdeel toegevoegd, luidend:

m. vaststelling of wijziging van de wijze waarop de voorziening, bedoeld in artikel 45, tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs, wordt georganiseerd.

B

In artikel IV wordt onderdeel b vervangen door:

b. Artikel 15, derde lid, wordt vervangen door:

3. Een besluit met betrekking tot een aangelegenheid als bedoeld in artikel 13, onderdelen h en m, wordt niet genomen dan na raadpleging van de ouders.

Toelichting

Dit amendement beoogt de ouders het recht te geven de finale beslissing te nemen over de invulling van de plicht voor scholen om voor- en naschoolse opvang te (laten) organiseren. De oudergeleding van de medezeggenschap heeft instemmingsrecht op het voorstel dat de school doet. De vraag van de ouders is pas dan echt leidend, wanneer zij het voorstel van de school kunnen verwerpen of aannemen.

Balemans

Hamer

Naar boven