nr. 13
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 oktober 2008
In vervolg op mijn brief van 27 oktober 2008 (Kamerstuk 30 669,
nr. 12), over de verdenking van een uitbraak met een nieuw serotype van
het blauwtongvirus, informeer ik u over het volgende.
Het Europese referentielaboratorium voor blauwtong in het Verenigd Koninkrijk
heeft een virus van serotype 6 geïsoleerd.
Uit nader onderzoek blijkt dat het virus veel overeenkomsten vertoont
met het levende verzwakte vaccinvirus tegen blauwtong type 6 dat in Zuid-Afrika
geproduceerd wordt.
Het referentielaboratorium gaat er daarom vanuit dat het in Nederland
gevonden virus afkomstig is van het vaccinvirus.
Op dit moment is nog niet duidelijk hoe het vaccinvirus in Nederland is
gekomen.
In Nederland en in de ons omringende lidstaten wordt alleen geïnactiveerd
(dood) blauwtongvaccin gebruikt en er zijn geen andere vaccins geregistreerd.
Er bestond ook geen aanleiding om tegen serotype 6 te willen vaccineren.
De Algemene Inspectiedienst (AID) en de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA)
onderzoeken de mogelijke insleeproute. Op dit moment zijn er in Nederland
geen bedrijven die ervan verdacht worden dit vaccin illegaal ingezet te hebben.
Behalve via illegale vaccinatie met levende vaccins, is het niet uit te sluiten
dat het virus via import van gevaccineerde dieren is ingesleept. Ook deze
introductieroute wordt onderzocht door de AID en VWA.
De maatregelen die vorige week genomen zijn, blijven voorlopig van kracht.
Aanvullend onderzoek moet uitwijzen in welke mate en in welk gebied het vaccinvirus
zich verspreid heeft en of het verantwoord is de maatregelen aan te passen
of op te heffen.
Ik houd u op de hoogte van verdere ontwikkelingen.
De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
G. Verburg