30 632
Wijziging van de Gezondheidswet in verband met de verlening van de bevoegdheid tot onderzoek, opneming en monsterneming, bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene wet bestuursrecht, aan het Staatstoezicht op de Volksgezondheid

nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt/uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).

De Voedsel en Waren Autoriteit (verder te noemen: VWA) behoort tot het Staatstoezicht op de volksgezondheid. Dit staatstoezicht is ingevolge artikel 36, eerste lid, onder a, van de Gezondheidswet, onder meer belast met onderzoek naar de staat van de volksgezondheid. De VWA houdt in dit kader bijvoorbeeld toezicht op mogelijke biologische risico’s (zoönosen) voor personen die in contact komen met dieren. Daartoe onderzoekt de VWA, overeenkomstig het Besluit Staatstoezicht op de volksgezondheid, dieren en hun omgeving voorzover het mogelijke risico’s voor de volksgezondheid betreft. Met het oog op de uitvoering van deze taak is in artikel 39 van de Gezondheidswet een aantal artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (verder te noemen: Awb) van overeenkomstige toepassing verklaard. In deze opsomming ontbreekt echter artikel 5:18 Awb, dat aan een toezichthouder de bevoegdheid verleent zaken te onderzoeken, aan opneming te onderwerpen en daarvan monsters te nemen.

Het ontbreken van de bevoegdheid monsters te nemen bij het uitoefenen van onderzoekstaken wordt als een onnodige belemmering bij de werkzaamheden van de VWA ervaren. Deze bevoegdheid zou onderzoek voor de VWA zeer vereenvoudigen en efficiënter maken. Van belang hierbij is dat de VWA deze bevoegdheid wél heeft bij andere, vergelijkbare werkzaamheden, bijvoorbeeld in het kader van de Warenwet.

Gezien het voorgaande is het gewenst artikel 39 van de Gezondheidswet zodanig te wijzigen dat het Staatstoezicht op de volksgezondheid gebruik kan maken van artikel 5:18 Awb. Bijgaande wijziging van de Gezondheidswet strekt daartoe.

Deze wet heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger en het bedrijfsleven.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst

Naar boven