nr. 6
VOORSTEL VAN WET ZOALS GEWIJZIGD NAAR AANLEIDING VAN HET ADVIES VAN
DE RAAD VAN STATE
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om het in
de openbaarheid ontkennen, op grove wijze bagatelliseren, goedkeuren of rechtvaardigen
van volkerenmoord met het oogmerk aan te zetten tot haat, discriminatie of
geweld tegen persoon of goed van mensen wegens hun ras, hun godsdienst of
levensovertuiging, hun geslacht, hun hetero- of homoseksuele gerichtheid of
hun lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap, dan wel bij zodanige
openbaarmaking het vermoeden bestaat of redelijkerwijs moet bestaan dat daarmee
een groep mensen wegens die gronden worden beledigd, strafbaar te stellen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd:
Na artikel 137d wordt een nieuw artikel ingevoegd:
Artikel 137da
1. Hij die in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding,
enige handeling van volkerenmoord ontkent, op grove wijze bagatelliseert,
goedkeurt of rechtvaardigt met het oogmerk aan te zetten tot haat tegen of
discriminatie van mensen of gewelddadig optreden tegen persoon of goed van
mensen wegens hun ras, hun godsdienst of levensovertuiging, hun geslacht,
hun hetero- of homoseksuele gerichtheid of hun lichamelijke, psychische of
verstandelijke handicap, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste
een jaar of geldboete van de derde categorie.
2. Met dezelfde straf wordt gestraft hij die in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding, enige handeling van volkerenmoord ontkent,
op grove wijze bagatelliseert, goedkeurt of rechtvaardigt, terwijl hij weet
of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij daarmee een groep mensen wegens hun
ras, hun godsdienst of levensovertuiging, hun geslacht, hun hetero- of homoseksuele
gerichtheid of hun lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap beledigt.
3. Indien deze feiten worden gepleegd door een persoon die daarvan
een beroep of gewoonte maakt of door twee of meer verenigde personen wordt
gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie
opgelegd.
4. Artikel 137e is op het eerste en tweede lid van overeenkomstige
toepassing.
ARTIKEL II
Het Wetboek van Strafvordering wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 67, eerste lid, onder b, wordt na «137d, tweede lid,»
ingevoegd: 137da, derde lid,.
ARTIKEL III
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie,