30 573 Migratiebeleid

Nr. 87 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR IMMIGRATIE, INTEGRATIE EN ASIEL

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 december 2011

In het Algemeen Overleg van 8 juni jl. heb ik toegezegd u nader te informeren over de lijst op de IND-website van werkgevers die zijn toegelaten tot de kennismigrantenregeling. Op deze lijst stonden ook bedrijven als coffeeshops en snackbars, waarvan het niet aannemelijk is dat zij kennismigranten zullen laten overkomen. Met deze brief voldoe ik aan deze toezegging.

Met u ben ik van mening dat bedrijven als coffeeshops en snackbars niet thuis horen op een lijst van werkgevers die kennismigranten kunnen werven. Misbruik en oneigenlijk gebruik van de kennismigrantenregeling wil ik hard aanpakken. Door de wijziging van de kennismigrantenregeling van 19 juni jl., heb ik het inmiddels praktisch onmogelijk gemaakt dat dit soort bedrijven zogenoemde kennismigranten te werk kunnen stellen.

Daarnaast heb ik, vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Wet modern migratiebeleid, de lijst van werkgevers op de site van de IND laten aanpassen. Alleen die bedrijven die het afgelopen jaar een aanvraag hebben ingediend voor een kennismigrant waarop positief is beslist, en die dus onder de Wet modern migratiebeleid ook erkend referent zullen worden, zijn op deze lijst opgenomen. Op deze opgeschoonde lijst komen derhalve geen bedrijven als coffeeshops en snackbars meer voor.

Wanneer de Wet modern migratiebeleid in werking is getreden, zullen alleen nog bedrijven op de lijst van erkende referenten staan, nadat zij grondig door de IND zijn getoetst op betrouwbaarheid en solvabiliteit.

Tijdens de begrotingsbehandeling op 17 oktober jl. was er enige onduidelijkheid over een eerdere toezegging tijdens de begrotingsbehandeling van vorig jaar inzake het wegnemen van mogelijke knelpunten in de kennismigrantenregeling. In het vervolg hierop wil ik u meedelen dat over mogelijke knelpunten overleg is gevoerd met andere betrokken departementen, instellingen voor hoger onderwijs en onderzoek en met individuele werkgevers en met werkgeversorganisaties. De uitkomst van dit overleg was dat de kennismigrantenregeling goed functioneert. De criteria zijn objectief, zodat werkgevers van te voren goed kunnen beoordelen of de aanvraag aan de criteria voldoet. Bovendien beslist de IND snel op aanvragen om een verblijfsvergunning.

Wel wordt de toelating van kennismigranten die niet via de kennismigrantenregeling in Nederland arbeid verrichten, als te belastend ervaren. Het gaat dan om kennismigranten die voor korter dan drie maanden in Nederland verblijven en derhalve geen verblijfsvergunning nodig hebben. Zij vallen niet onder de kennismigrantenregeling. Deze kennismigranten hebben veelal een visum en een tewerkstellingsvergunning nodig. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zal op 1 januari 2012 een pilot starten om de procedure voor de aanvraag om een tewerkstellingsvergunning voor deze categorie kennismigranten te vereenvoudigen. De werkgevers die op de opgeschoonde lijst van de IND staan, kunnen voor kennismigranten die kort verblijven, een tewerkstellingsvergunning aanvragen die voortaan niet meer aan de arbeidsmarkt wordt getoetst.

De minister voor Immigratie, Integratie en Asiel,

G. B. M. Leers

Naar boven