30 550 X
Jaarverslag en slotwet ministerie van Defensie 2005

nr. 9
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 juni 2006

Tijdens het wetgevingsoverleg over het jaarverslag van Defensie over 2005 heeft de heer Herben (LPF) een motie (30 550 X, nr. 8) ingediend over de inspecteur-generaal der krijgsmacht (IGK). De heer Herben stelt voor de IGK in het vervolg door de Tweede Kamer te laten benoemen en ook niet-militairen in aanmerking te laten komen voor deze functie. In deze brief beargumenteer ik mijn voorkeur voor de handhaving van de huidige opzet, waarin de IGK door de minister van Defensie wordt benoemd en een militair is.

De inspecteur-generaal der krijgsmacht

Het instituut IGK maakt al ruim zestig jaar deel uit van de Nederlandse krijgsmacht. De adviesrol van de IGK heeft de afgelopen jaren een structureel karakter gekregen. De IGK is naast inspecteur van de krijgsmacht, ook bemiddelaar voor individuele medewerkers van Defensie en toezichthouder op de belangenbehartiging van de veteranen. Hij geeft de bewindslieden gevraagd en ongevraagd advies over alle vraagstukken die de krijgsmacht betreffen. Ook verzoek ik de IGK jaarlijks aandacht te schenken aan specifieke thema’s. De IGK rapporteert hierover iedere drie maanden aan de politieke en ambtelijke top van Defensie. De jaarrapportage van de IGK wordt, vergezeld van een appreciatie mijnerzijds, toegezonden aan de Kamer.

De IGK is echter geen klachteninstantie zoals de nationale ombudsman, maar een bemiddelaar voor defensiemedewerkers. De IGK geeft in deze rol ook geen oordeel, maar probeert partijen nader tot elkaar te brengen en tot een oplossing te komen. De externe klachtinstantie voor alle burgers, en dus ook voor defensiemedewerkers voor klachten is de nationale ombudsman. De IGK is een van de interne toezichthouders van de bewindslieden van Defensie. Zijn positie is dan ook eerder te vergelijken met die van inspecteurs-generaals bij andere ministeries dan met die van de nationale ombudsman.

De IGK valt rechtstreeks onder de bewindslieden. Zijn positie staat los van de functionele en hiërarchische lijnen van de Defensieorganisatie en hij heeft rechtstreeks toegang tot de bewindslieden. De IGK is een ervaren militair die juist door zijn achtergrond en deskundigheid goed kan volgen welke ontwikkelingen zich in de organisatie voordoen. Hij kent de weg binnen de defensie-organisatie en weet gemakkelijk informatie te vergaren. In een organisatie met als kerntaak het handhaven van vrede en veiligheid in de wereld door middel van de inzet van militairen, is de deskundigheid en de ervaring van een militair in de rol van IGK onontbeerlijk.

Stemadvies

De huidige positionering van de IGK los van hiërarchische lijnen en met rechtstreekse toegang tot de bewindslieden stelt de IGK in staat onafhankelijk te werken. Daarnaast maakt zijn militaire achtergrond het de IGK mogelijk met de vereiste deskundigheid te functioneren. Ik ontraad derhalve de motie Herben (30 550 X, nr. 8).

De Minister van Defensie,

H. G. J. Kamp