30 550 VI
Jaarverslag en slotwet van ministerie van Justitie 2005

nr. 9
LIJST VAN EEN VRAAG EN ANTWOORD

Vastgesteld 12 juni 2006

De vaste commissie voor Justitie¹ heeft de volgende vraag over het Rapport van de Algemene Rekenkamer bij het Jaarverslag 2005 van het ministerie van Justitie (30 550 VI, nr. 2). De regering heeft deze vraag beantwoord bij brief van 9 juni 2006. De vraag en het antwoord zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

De Pater-van der Meer

De griffier van de commissie,

Coenen

1

Kunt u uiteenzetten wat de oorzaak is van de vaststelling dat 23 miljoen Euro bij DJI niet op de juiste wijze is verantwoord, dan wel onrechtmatig is uitgegeven?

De fouten en onzekerheden ten bedrage van € 23 miljoen, die de Algemene Rekenkamer noemt in het rapport bij het Jaarverslag 2005, is samengesteld uit bedenkingen en onzekerheden met betrekking tot zowel de getrouwheid van de verantwoording als de rechtmatigheid van een aantal baten- en lasten posten.

Voor de goede orde meld ik dat daar waar sprake is van onzekerheden er niet geconcludeerd mag worden dat sprake is van onjuistheden of onrechtmatigheden. Het bedrag aan onjuistheden bedraagt € 2,4 mln., waarvan € 1,9 mln. betrekking heeft op het aspect rechtmatigheid. Van het bedrag aan onzekerheden € 20,6 mln. heeft € 9,5 mln. betrekking op het aspect rechtmatigheid.

De belangrijkste posten zijn:

Getrouwheid

– In de balans is een nog te betalen post ad (€ 436 000) als fout opgenomen omdat ten onrechte dit bedrag niet als kosten in 2005 verantwoord is.

– Onzekerheid over de balanspost voorraden doordat bij een aantal inrichtingen de voorraden niet zijn geïnventariseerd (€ 2 588 000);

– Onzekerheid als gevolg het onvoldoende onderbouwd zijn van balansposten (€ 4 600 000) dan wel de inbaarheid van vorderingen (€ 1 845 000);

– Onzekerheid over een deel van de opbrengst arbeid door gebreken in de administratieve organisatie (€ 1 700 000).

Rechtmatigheid

– De uitkomsten van de steekproef op de personeelskosten heeft geleid tot een geëxtrapoleerde fout van € 647 000 en een onzekerheid van € 3 980 000;

– Voor een bedrag van € 734 000 aan aankopen waren de Europese richtlijnen en de bestaande mantelcontracten niet nageleefd;

Bij een aantal kostenposten bestond onzekerheid, omdat de prestatie niet voldoende aannemelijk kon worden gemaakt (€ 5 547 000).

---

1  Samenstelling:

Leden: Van de Camp (CDA), De Vries (PvdA), Dittrich (D66), Rouvoet (CU), De Wit (SP), Albayrak (PvdA), Luchtenveld (VVD), Wilders (Groep Wilders), Weekers (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), voorzitter, Çörüz (CDA), Verbeet (PvdA), ondervoorzitter, Wolfsen (PvdA), De Vries (CDA), Van Haersma Buma (CDA), Eerdmans (LPF), Van Vroonhoven-Kok (CDA), Varela (LPF), Van Fessem (CDA), Straub (PvdA), Nawijn (Groep Nawijn), Visser (VVD), Azough (GL), Van Egerschot (VVD), Meijer (PvdA), Özütok (GL), Wagner (PvdA) en Vacature (SP).

Plv. leden: Jonker (CDA), Dijsselbloem (PvdA), Lambrechts (D66), Van der Staaij (SGP), Van Velzen (SP), Tjon-A-Ten (PvdA), Van Baalen (VVD), Blok (VVD), Vacature (algemeen), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Jager (CDA), Van Heteren (PvdA), Arib (PvdA), Buijs (CDA), Sterk (CDA), Kraneveldt (LPF), Joldersma (CDA), Van As (LPF), Ormel (CDA), Van Dijken (PvdA), Van Schijndel (VVD), Karimi (GL), Örgü (VVD), Kalsbeek (PvdA), Halsema (GL), Timmer (PvdA) en Vergeer (SP).