30 535
Toekomstagenda Milieu

nr. 1
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

’s-Gravenhage, 25 april 2006

Hierbij bied ik u, namens het kabinet, de Toekomstagenda Milieu aan. Deze nota die volgt op het 4e Nationale Milieubeleidsplan, beschrijft de manier waarop dit kabinet uitvoering geeft aan het nationale milieubeleid en doet voorstellen waardoor het beleid ook op de lange termijn houdbaar is. Deze agenda is door het kabinet vastgesteld in zijn vergadering van 10 maart 2006. Het kabinet is ervan overtuigd dat de extra middelen voortkomende uit de afwegingen in het kader van de begroting 2007 en het FES-fonds, gecombineerd met de inzet van bestaande middelen, voldoende zullen zijn om tot uitvoering van de agenda over te kunnen gaan.

Over de beleidsvoornemens in de Toekomstagenda Milieu is uw Kamer geïnformeerd per brief van 5 oktober 2005 die vergezeld is gegaan van de Hoofdlijnennotitie Toekomstagenda Milieu (27 801, nr. 41).

De vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de vaste commissie voor Economische Zaken en de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hebben op 14 december 2005 overleg met mij gevoerd over de Hoofdlijnennotitie Toekomstagenda Milieu.

De in het Algemeen Overleg door de Kamer gemaakte opmerkingen zijn naar mijn overtuiging in belangrijke mate geëffectueerd in de hierbij gevoegde Toekomstagenda Milieu.

Ik verzoek u om met de Toekomstagenda Milieu in te stemmen.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

P. L. B. A. van Geel

Naar boven