30 492 Wijziging van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (voorwaardelijke machtiging en dwangbehandeling)

Nr. 49 GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID BOUWMEESTER C.S. TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 44

Voorgesteld 29 maart 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening, dat drang en dwang alleen in uiterste noodzaak mogen worden toegepast;

constaterende, dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) namens de minister van Volksgezondheid toezicht houdt op het goed toepassen van drang- en dwangmaatregelen;

overwegende, dat er geen goed inzicht is in aard, omvang en duur van de toepassing van drang- en dwangmaatregelen;

overwegende, dat al sinds 2009 een wettelijke verplichting bestaat aan instellingen om over drang- en dwangmaatregelen te rapporteren, maar dat dit tot op heden niet door alle instellingen gebeurt en dat de kwaliteit van de informatie sterk wisselend is;

verzoekt de regering de instellingen nogmaals te wijzen op deze verplichting;

verzoekt de regering tevens de Kamer uiterlijk zes maanden na verschijnen van de jaarverslagen te rapporteren of alle instellingen voldoende gegevens hebben opgenomen in hun jaarverslagen en welk beeld daaruit naar voren komt, en aan te kondigen dat de jaarverslagen jaarlijks zullen worden gecontroleerd op rapportage hierover;

verzoekt de regering tevens ervoor te zorgen dat deze gegevens meegenomen worden in de eerst daarop volgende trendrapportage GGZ van het Trimbos instituut,

en gaat over tot de orde van de dag.

Bouwmeester

Bruins Slot

Straus

Voortman

Naar boven