30 492 Wijziging van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (voorwaardelijke machtiging en dwangbehandeling)

Nr. 48 GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID BOUWMEESTER C.S.

Voorgesteld 29 maart 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening, dat drang en dwang alleen in uiterste noodzaak mogen worden toegepast;

overwegende, dat een cultuuromslag lijkt te zijn ingezet in denken en handelen om drang en dwang terug te brengen en dat de eerste tekenen van kentering in dit denken en handelen nu zichtbaar zijn, maar nog een projectmatig karakter hebben;

overwegende, dat de Kamer in 2007 om een behandelrichtlijn heeft verzocht en in 2008 om een veldnorm maar er nog steeds geen richtlijn of veldnorm voor drang en dwang beschikbaar is;

van mening, dat drang en dwang op dit moment niet voortvarend genoeg worden teruggedrongen en zelfs de norm van 10%, die het veld zichzelf heeft opgelegd, niet is gehaald;

voorts overwegende, dat op dit moment nog steeds geen eenduidig inzicht bestaat over aard, omvang en duur van drang en dwang;

verzoekt de regering:

  • het veld te verplichten, binnen anderhalf jaar te komen met de invulling van de behandelrichtlijn en veldnorm voor verantwoorde zorg bij drang en dwangmaatregelen in de ggz;

  • het veld te vragen om de controle op naleving van deze richtlijn vorm te geven en dit zo snel mogelijk te regelen;

  • duidelijkheid te geven over de wijze waarop inzicht verkregen kan worden in aard, omvang en duur van drang en dwang,

en gaat over tot de orde van de dag.

Bouwmeester

Straus

Voortman

Naar boven