30 462
Beleidslijn grote rivieren

nr. 3
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 15 maart 2006

De vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat1, de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit2 en de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer3 hebben op 16 februari 2006 overleg gevoerd met staatssecretaris Schultz van Haegen-Maas Geesteranus van Verkeer en Waterstaat over:

– achtste voortgangsrapportage Zandmaas en Grensmaas (18 106, nr. 166);

– de antwoorden op de door de commissie gestelde vragen (18 106, nr. 170).

Van dit overleg brengen de commissies bijgaand beknopt verslag uit.

Vragen en opmerkingen uit de commissies

De heer Boelhouwer (PvdA) had verwacht dat er in de loop van de tijd meer duidelijkheid zou komen over de Maaswerken, maar het tegendeel lijkt het geval te zijn. Bij iedere voortgangsrapportage zijn er nieuwe onzekerheden en onduidelijkheden. De risico’s nemen toe, terwijl ze zouden moeten afnemen en het te verwachten eindbedrag wordt steeds hoger. In 1998 werd het totaalbedrag voor het project Zandmaas geschat op 308 mln. exclusief 12 mln. van LNV, en voor het project Grensmaas 49 mln., dus 357 mln. in totaal. In de achtste voortgangsrapportage is het bedrag uitgekomen op 647 mln. Volgens de kasritmetabel is het zelfs 666 mln. Sinds de vorige voortgangsrapportage zijn de kosten met maar liefst 98 mln. toegenomen. Wat gebeurt hier? Wie heeft de regie? Zijn alle maatregelen echt nodig?

Het Limburgse omgevingsplan heeft tot een aanzienlijke kostenstijging geleid, maar het wordt niet duidelijk hoe hoog die kosten zijn. Er wordt gerapporteerd over een schadeclaim van de waterschappen. Welke kosten zijn daaraan verbonden? Ook het overleg met België over de verdrogingsgevolgen van de Maaswerken voor de Vlaamse kant heeft tot meerkosten geleid. In een voortgangsrapportage zou toch moeten staan hoe hoog al die kosten zijn. Het POL (Provinciaal Omgevingsplan Limburg) heeft geleid tot 44 mln. extra kosten voor het Rijk. Heeft de staatssecretaris al die extra kosten niet durven opnemen in de voortgangsrapportage?

In de uitvoeringsovereenkomst met het Maasconsortium zijn slechts twee evaluatiemomenten opgenomen voor de haalbaarheid van de uitvoeringsmomenten van de Grensmaas: 2008 en 2015. De heer Boelhouwer constateert dat het steeds lastiger wordt voor de Kamer om te controleren of dit project op schema ligt. Hij wil nu zo langzamerhand wel eens weten hoe het verder moet met dit project.

Dit project is bedoeld als de implementatie van het Deltaplan Grote Rivieren op het niveau van de Maas. Het is de bedoeling dat de IVM (Integrale Verkenning Maas) erop volgt. Geprobeerd wordt om voor de verdere termijn duidelijkheid te geven over de toegenomen hoeveelheden water als gevolg van klimaatveranderingen. De heer Boelhouwer krijgt graag de zekerheid dat dit niet uit beeld verdwijnt omdat dit project zo langzaam en financieel volstrekt onzeker verloopt.

De heer Lenards (VVD) merkt op dat zijn fractie in het verleden steeds aandacht heeft gevraagd voor de ontwikkeling en de onderbouwing van het totaalbudget voor beide Maasprojecten, vooral voor de opbouw en de verantwoording van de risicoreservering en de post onvoorzien. Waarop is het bedrag voor de verwachte aanbestedingsmeevallers gebaseerd?

Een andere vraag betreft de kosten en de risicoverdeling bij het Consortium Grensmaas. Uit de voortgangsrapportage blijkt dat het projectbudget met 44,5 mln. is gestegen. Weliswaar is er een dekking gevonden door de ophoging van de begroting van Verkeer en Waterstaat van 2006, maar in de voortgangsrapportage wordt niet duidelijk gemaakt waarom die budgetverhoging noodzakelijk was. In de aanbestedingsbrief bij de voortgangsrapportage worden enkele posten genoemd, zoals de intensievere voorbereiding, het Provinciaal Omgevingsplan Limburg, extra locaties, maatregelen voor de Vlaamse zijde van de Maas en intensievere begeleiding van het consortium. Er worden echter geen kosten bij vermeld. Is het project inhoudelijk beter geworden na de bestuurlijke onderhandelingen met het consortium? Een bedrag van 44,5 mln. extra is veel op een budget van 72,5 mln. Dat is een verhoging van ongeveer 60%. Was de raming te optimistisch of is er een slecht onderhandelingsresultaat geboekt?

Bij de risicoreservering rijst de vraag wat de verschillen verklaart tussen beide projecten. Hoe wordt besloten over het onttrekken van middelen aan de risicoreservering? Zijn daar criteria of spelregels voor? Hoe wordt bewerkstelligd dat projectdirectie en aannemerij voldoende prikkels houden voor risicobeheersing en kostenreductie als zij weten dat in de rijksbegroting ruim 100 mln. is gereserveerd voor tegenvallers?

De heer Van Lith (CDA) is blij dat de uitvoering van het project in het afgelopen jaar eindelijk is begonnen. De eerste maatregelen, waaronder kadeversterking en retenties, zijn uitgevoerd, zij het dat de uitvoering tot op heden bescheiden is.

Internationale afstemming van maatregelen in het stroomgebied van de Maas is een belangrijk uitgangspunt. Er is een internationaal onderzoek naar afvoer en effecten aangekondigd. Dit onderzoek moet voorrang krijgen boven studies naar aanvullende maatregelen langs het Nederlandse deel van de Maas. Het is van groot belang na te gaan welke maatregelen in de zogenaamde haarvaten van het Maassysteem kunnen worden genomen en waar die het meest effectief zijn. Uit projecten van het Wereldnatuurfonds blijkt dat er behoorlijke winsten bovenstrooms te behalen zijn. Aanvullende maatregelen bovenstrooms zouden ertoe moeten leiden dat in de toekomst een extra piekafvoer van 4600 kubieke meter benedenstrooms wordt voorkomen. Klopt die informatie?

Een ander uitgangspunt bij de herinrichting van de Maas is de ruimtelijke kwaliteit. Als de overheid ingrijpt in de leefomgeving, moet zoveel mogelijk worden aangesloten bij lokale initiatieven die de leefbaarheid kunnen versterken. Tot zijn verbazing las de heer Van Lith in het antwoord op vragen dat de staatssecretaris kennis neemt van lokale initiatieven. Zij oordeelt alleen over het rivierbeheer en voor natuur en andere zaken verwijst zij naar andere ministeries. De staatssecretaris heeft echter een coördinerende verantwoordelijkheid. Het initiatief Maascorridor Plus van de provincie Limburg dat door provinciale staten is vastgesteld, wordt te eenzijdig als een natuurproject afgedaan. Er zit ook een belangrijke veiligheidscomponent aan vast, waar niets mee wordt gedaan. Wat bedoelt de staatssecretaris met de uitspraak bereid te zijn kennis te nemen van gebiedsgerichte initiatieven?

Ook voor het project Maaswerken zal de politiek moeten kunnen verantwoorden hoe met het belastinggeld wordt omgesprongen. De overheadkosten liggen op dit moment al op meer dan 90 mln. en die moeten fors worden teruggebracht. Bureau Tonnaer heeft voorstellen voor deregulering gedaan, waaronder vereenvoudiging van vergunningverlening, om de bureaucratie van het project Maaswerken te verminderen. Bovendien is de fase beleidsontwikkeling en planvorming voor het grootste gedeelte afgerond. De kosten die daardoor worden bespaard, kunnen worden aangewend voor de versnelling van maatregelen, bijvoorbeeld het retentiegebied de Gement bij Vught. Door de Maaskades komt er sneller een grotere hoeveelheid water op Den Bosch af. De Gement wordt al genoemd als een van de maatregelen binnen het project Maaswerken. Kan de staatssecretaris aangeven waar efficiencyvoordelen te behalen zijn? Kan er extra geld worden ingezet om versnelling in uitvoering van het totale pakket mogelijk te maken? Wat gaat de staatssecretaris doen met de uitkomsten van het rapport Tonnaer om de bureaucratie aan te pakken?

In de voortgangsrapportage voor het project Maaswerken staan diverse bedragen waar de heer Van Lith geen touw aan kan vastknopen. Budgettaire afwegingen worden niet in beeld gebracht. De kosten voor de Grensmaas vallen ruim 44 mln. hoger uit en de risicoreservering daalt vervolgens met 10 mln. Waarom met 10 mln.? Waar zijn die afwegingen op gebaseerd? Hoe zit het met het peilopzet bij Grave? De risicoprofielen lopen nogal uiteen. Er is een verschil van vele miljoenen. Lopen er procedures op grond van de vigerende Grondwaterrichtlijn? Hoe zit het met de nieuwe Grondwaterrichtlijn? Waarom wordt er een post onvoorzien opgevoerd? Kan de staatssecretaris toezeggen dat zij met een actueel overzicht van het totale budget komt, ook voor de Maasroute en de Maascorridor, de inkomsten en de uitgaven en een onderbouwing van de reserves?

Een risico dat tot voor kort onderbelicht was, is het risico van piping: stroming onder de dijken door. Dat gebeurt op meer plaatsen in Nederland, maar in het bijzonder bij de bedijkte Maas. Daar moet een oplossing voor gevonden worden. Uit onderzoek van het waterschap Aa en Maas moet blijken hoe het probleem van piping kan worden aangepakt. Wanneer kunnen de uitkomsten daarvan naar de Tweede Kamer gestuurd worden? Zijn de belangrijkste overstromingsrisico’s langs de Maas dan voldoende afgedekt? Voor de heer Van Lith ligt de prioriteit bij de versterking van de huidige dijken. Kan de staatssecretaris toelichten welke gedachten zij in dit verband heeft?

De heer Van Lith vraagt de staatssecretaris tot slot welke lessen zij trekt uit het project Maaswerken. Tot nu toe lijkt het een centraal aangestuurd, planmatig project te zijn, waarbij initiatieven van onderop nauwelijks kansen krijgen. De Nota Ruimte noemt juist de ontwikkelingsplanologie als kans om gebiedsgericht met een integrale aanpak te komen. Er kan veel gebeuren bij rivieren door een combinatie van maatregelen tegen wateroverlast en initiatieven voor behoud van landbouw, natuurontwikkeling en verstedelijking. Is de staatssecretaris bereid te luisteren naar initiatieven van burgers? Maakt zij werk van ontwikkelingsplanologie of verwijst zij daarvoor naar de minister van VROM?

Antwoord van de staatssecretaris

De staatssecretaris erkent dat de risicoreservering eerst vele malen hoger was en dat nu de kosten vele malen hoger zijn. Dat komt doordat enkele risico’s nu zo zijn geconcretiseerd dat het kosten zijn geworden. Er zijn afspraken gemaakt met België en met het consortium en die afspraken zijn verwerkt in de kostenraming. Daardoor is de risicoreservering sterk afgenomen. Voorbeelden daarvan zijn de Boertien-locaties, de maatregelen tegen verdroging in Vlaanderen, Roosteren en de gevolgen van het onderbrengen van de Zandmaas in de Wet op de waterkering. Verder is er nog het probleem van beheer en onderhoud bij gekomen. Al deze elementen hebben geleid tot kostenstijgingen. Ook wordt bij projectramingen geen rekening gehouden met inflatie. De inflatie was in de betreffende periode ongeveer 75 mln. De staatssecretaris kan zich echter voorstellen dat de Kamer het overzicht een beetje kwijt is. Zij zegt toe dat zij in de volgende voortgangsrapportage, die in maart zal uitkomen, uitgebreider zal ingaan op de kostenstijgingen.

Het Rijk en de waterschappen hadden een verschil van mening over de schade die de waterschappen zouden hebben geleden als gevolg van de gewijzigde inzichten over de Maaswerken: minder vergraven en meer kades. Inmiddels heeft een commissie van onafhankelijke deskundigen zich daarover gebogen. Het resultaat daarvan is dat het waterschap Oer en Overmaas een vergoeding van 1,08 mln. krijgt en het waterschap Peel en Maasvallei 2,8 mln. Het bedrag is uiteindelijk lager uitgevallen dan gepland. De staatssecretaris is blij dat dit probleem nu is opgelost en dat partijen weer verder kunnen gaan met de uitvoering.

De gelden voor de risicoreservering zijn apart gezet. De projectdirectie kan gelden aanvragen en daar wordt iedere keer separaat over beslist. Het bedrag aan aanbestedingsmeevallers is bepaald als een percentage van de werken. Het is een aanname die is gebaseerd op de aanbestedingen van Rijkswaterstaat in de afgelopen periode. Er is een landelijke taakstelling opgelegd om aanbestedingsmeevallers weer af te staan op rijksniveau.

De kostenstijgingen zijn niet het gevolg van slechte onderhandelingen. Er zaten steeds drie partijen aan tafel: de provincie, het Rijk en het consortium. De onderhandelingen waren langdurig en intensief. Het ging vooral over de risico’s die partijen voor hun rekening zouden nemen. In juli vorig jaar is de uiteindelijke verdeling tot stand gekomen. De staatssecretaris heeft toen gezegd dat zij zeer tevreden was en dat is zij nog steeds. In de begroting voor 2005 was voor de Grensmaas 73 mln. opgenomen. De risicoreserve was 24,5 mln. Er heeft een budgetstijging plaatsgevonden van 30 mln. en de risicoreservering is nu nog maar 14 mln. Het gaat om relatief kleine bedragen.

De internationale component is volgens de staatssecretaris van groot belang. Op dit moment loopt er een internationaal onderzoek naar de haarvaten. Volgens de eerste signalen zal het niet heel veel opleveren. De staatssecretaris is nu bezig met de uitwerking van de Hoogwaterrichtlijn. In maart zal de Europese Commissie over de voortgang rapporteren. Naar verwachting zullen in juni de eerste afspraken in de vorm van een richtlijn worden vastgelegd. Die nieuwe richtlijn biedt meer perspectief dan de huidige situatie van vrijblijvende afspraken, onder andere vanwege het principe van niet-afwentelen dat daarin wordt opgenomen. Dat kan in de toekomst leiden tot meer bovenstroomse activiteiten. Hoe de richtlijn precies wordt uitgewerkt en of die zich ook richt op piekcapaciteit, is nu nog onduidelijk. Een bijkomend probleem is dat ruimtelijke inrichting tot de subsidiariteit van ieder land behoort. Zodra er meer bekend is, zal de staatssecretaris de Kamer daarvan op de hoogte brengen. Zij is het er overigens niet mee eens dat eerst internationaal aan dit probleem moet worden gewerkt. Ieder land moet een steentje bijdragen. Nederland moet ook zichzelf beschermen, want het water komt van twee kanten.

Op dit moment spreekt de staatssecretaris met de betrokken provincies over de IVM (Integrale Verkenning Maas). Voor zover zij het kan zien, zal dat op de korte termijn niet tot maatregelen leiden. Het gaat veel meer om ideeën en potentiële reserveringen voor de toekomst. Nederland loopt dus niet vooruit op eventuele initiatieven elders.

Over het huidige pakket maatregelen voor de Zandmaas en de Grensmaas is intensief overleg geweest met de convenantpartners. De maatregelen zijn verankerd in het tracébesluit en in het door de provincie vastgestelde streekplan. Er is een afgewogen resultaat bereikt dat vorig jaar door alle betrokkenen is ondertekend. Daarna is er een plan gekomen, waar de staatssecretaris positief tegenover staat. Het richt zich alleen voor het grootste deel op andere activiteiten, zoals economische ontwikkeling en natuurontwikkeling. Die activiteiten kunnen gewoon doorgaan, mits ze geen negatief effect hebben op het tijdig realiseren van de toegezegde hoogwaterbescherming en mits ze geen extra middelen van het Rijk vergen. De staatssecretaris heeft hier echter geen coördinerende functie in, omdat op rijksniveau is afgesproken dat zij coördinerend bewindspersoon is voor Grensmaas en Zandmaas 1. De minister van LNV is coördinerend bewindspersoon voor het project Zandmaas 2, omdat dat bijna geheel een natuurontwikkelingsproject is. Voor het veiligheidsdeel daarvan krijgt de minister een budget van de staatssecretaris van 13,6 mln.

De vereenvoudiging van de regelgeving voor grondverzet is nog niet helemaal afgerond. Per 1 januari 2006 is een aantal wetswijzigingen in werking getreden die een vereenvoudiging van de regelgeving voor toepassingsmogelijkheden voor grond en bagger tot doel hebben. Dat zal in 2006 worden voortgezet. Conform de rapportage in het uitvoeringsprogramma die staatssecretaris Van Geel de Kamer in juli 2005 heeft gestuurd, zullen in de eerste helft van dit jaar voor een aantal belangrijke onderwerpen nieuwe voorstellen worden gedaan, bijvoorbeeld op het gebied van de sanering van grond, bagger en bouwstoffen. De inzet van de staatssecretaris is nog steeds gericht op een vereenvoudigde regelgeving per 1 januari 2007.

De nieuwe Grondwaterrichtlijn treedt pas in 2013 in werking. Tot die tijd blijven er risico’s bestaan. De staatssecretaris heeft echter de indruk dat haar pragmatische aanpak tot goede resultaten leidt. Zij hoopt dat de Europese Raad, die daar binnenkort een besluit over neemt, positief zal oordelen over de Nederlandse uitzonderingspositie voor rivierverruiming.

Als gevolg van het verminderen van de peilopzet bij Grave is de schade die vergoed moet worden gedaald. In voortgangsrapportage 7 was het 0 tot 15 mln. en nu is het 0 tot 7,5 mln. geworden.

Veel plannen worden in samenwerking met de ontgrinders uitgevoerd. Het uitvoeringstempo is mede afgestemd op het kunnen afzetten van de vrijkomende materialen. Het is natuurlijk mogelijk om de ontgrinders af te kopen, maar dat vindt de staatssecretaris weggegooid geld. Zij denkt dat het programma ambitieus genoeg is en dat alles op tijd kan worden gehaald. Zij verwacht dan ook dat de termijnen in de voortgangsrapportage, 2015 en 2018, kunnen worden gehaald.

Er zijn voldoende retentiemogelijkheden rondom Den Bosch. De staatssecretaris heeft de waterschappen financieel gecompenseerd voor de realisatie van de retentie. Volgens de berichten zal alles tijdig worden gerealiseerd. Zij heeft niet gehoord dat er problemen optreden of dat er extra budget nodig is.

Door het studieproject De Veiligheid van Nederland in Kaart (VNK ) worden de kansen op en de gevolgen van overstromingen van de dijkringen in Nederland in kaart gebracht volgens een nieuwe methode. Volgens de waterschappen zijn zandzakken op de dijk nog steeds de beste maatregel bij piping. Men is nu op zoek naar nieuwe, innovatieve methodieken om de dijken goed te scannen. Zodra dat lukt, kunnen toepassingsgerichter oplossingen gerealiseerd worden. Het ziet er alleen naar uit dat het nog wel even zal duren voordat het zover is.

Provincie, Rijk en ontgrinders hebben intensief onderhandeld over de vormgeving van de Maaswerken. De provincie heeft daarbij altijd de wensen van de verschillende gemeenten ingebracht, want het moet allemaal in streekplannen en vervolgens in bestemmingsplannen geregeld worden. Er zijn dus steeds veel lokale wensen ter sprake gebracht. Dit project valt onder de Deltawerken en zal dus met enige spoed gerealiseerd moeten worden. Bij vervolgprojecten hangt het ervan af of het een project is naar aanleiding van een noodwet of van een project zoals Ruimte voor de Rivier, waarbij men langer de tijd heeft om tot concrete oplossingen te komen. De staatssecretaris is zelf een groot voorstander van werken van onderop. Je moet centraal de uitgangspunten neerleggen en de regie voeren, maar lokaal moet je ruimte bieden om daarbij aan te haken.

Nadere gedachtewisseling

De heer Boelhouwer (PvdA) is geschrokken van de opmerking van de staatssecretaris dat de kostenstijging procentueel weliswaar hoog is, maar dat de feitelijke kosten alleszins redelijk zijn. Op pagina 8 van de voortgangsrapportage staat het volgende over de Grensmaas. «Het betreft de toevoeging van de risicoreserve van 14 mln. en het op basis van de tussen de convenantpartners en het Consortium Grensmaas gemaakte afspraken naar boven bijstellen van het projectbudget met 44,5 mln.» Kan de staatssecretaris duidelijk maken hoe het precies met de kosten en de risicoreserve zit?

De afspraak met de waterschappen over de Wet op de waterkeringen heeft 4 mln. gekost. Het is echter nog niet duidelijk wat de kosten van de afspraken met Vlaanderen zijn en hetzelfde geldt voor Roosteren. Kan de staatssecretaris daarop ingaan?

De heer Boelhouwer vindt dat de staatssecretaris de verantwoordelijkheid voor het project Zandmaas 2 wel erg gemakkelijk afschuift op het ministerie van LNV. De staatssecretaris is feitelijk coördinerend bewindspersoon in dit project en hij vindt dat zij de regie moet houden.

De heer Van Lith (CDA) vindt het van groot belang dat de staatssecretaris in de volgende voortgangsrapportage uitgebreid ingaat op het budget, de inkomsten en de uitgaven, de risicoprofielen en de reserves. Hij wil ook weten welke criteria nodig zijn voor risicoreservering. Kan de staatssecretaris de Kamer een integrale rapportage doen toekomen, inclusief de Maasroute en het LNV-deel?

De heer Van Lith heeft de indruk dat de staatssecretaris geen grip heeft op de financiering van het budget. De overheadkosten lijken alleen maar toe te nemen. Er is geen enkele aanwijzing dat de organisatie wordt doorgelicht. Wat gaat de staatssecretaris doen om die organisatie efficiënter te laten werken? Wat gaat zij doen met het rapport-Tonnaer?

De staatssecretaris wijst erop dat zij coördinerend bewindspersoon is voor Grensmaas en Zandmaas 1. Daar zit alles in: veiligheid, natuur en economie. Het kabinet bepaalt echter welke bewindspersoon waarvoor coördinerend is. Zandmaas 2 wordt als een apart project gezien, omdat het vooral is gericht op natuurontwikkeling. Daarom is de minister van LNV aangewezen als coördinerend bewindspersoon voor Zandmaas 2. Hij zal het aspect veiligheid dan ook voor zijn rekening nemen. Hij krijgt daar ook een budget voor van Verkeer en Waterstaat. Het onderdeel veiligheid is te gering voor een coördinerende rol van de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat.

De staatssecretaris zegt toe dat zij in de volgende voortgangsrapportage uitgebreid zal ingaan op de kostenstijgingen en specifiek op het bedrag van 44,5 mln. Dit is een groot project dat moet voldoen aan specifieke eisen voor het rapporteren. Zij kan daar niet zomaar andere projecten aan toevoegen. Zij heeft niet goed voor ogen hoe zij de rapportage over de andere onderwerpen daarin kan meenemen.

Het rapport-Tonnaer gaat over het juridisch kader voor het grondverzet. Daarin zijn alle risico’s benoemd en ook is aangegeven hoe daar het beste mee kan worden omgegaan. Vorig jaar heeft de staatssecretaris de Kamer al laten weten welke onderdelen zij daarvan heeft overgenomen en op welke wijze zij wil omgaan met het risico.

Ook voor de staatssecretaris is het van belang dat de organisatie efficiënt werkt. Zij gaat ervan uit dat er, evenals bij Verkeer en Waterstaat, constant wordt gestuurd op efficiëntere werkwijzen en op kostenbeheersing. De extra kosten zijn veroorzaakt door externe factoren die moeilijk te beïnvloeden zijn. De organisatie is twee jaar geleden gereorganiseerd. Die heeft geleid tot een betere interne werking en tot een betere samenwerking met de buitenwereld.

De kosten voor Vlaanderen bedragen 4 mln., voor Boertien 9 mln. en voor Roosteren 5 mln. De staatssecretaris vindt dat er goed over is onderhandeld. Zij verwacht dat de volgende voortgangsrapportage een beter zicht op de kosten van dit project zal verschaffen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat,

Atsma

De voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Schreijer-Pierik

De voorzitter van de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Buijs

De griffier van de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat,

Roovers


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Duivesteijn (PvdA), Dijksma (PvdA), Hofstra (VVD), ondervoorzitter, Atsma (CDA), voorzitter, Van Gent (GroenLinks), Timmermans (PvdA), Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Depla (PvdA), Van As (LPF), Mastwijk (CDA), Duyvendak (GroenLinks), Koopmans (CDA), Gerkens (SP), Van Lith (CDA), Van der Ham (D66), Haverkamp (CDA), Boelhouwer (PvdA), De Krom (VVD), Verdaas (PvdA), Hermans (LPF), Dezentjé Hamming (VVD), Van Hijum (CDA), Roefs (PvdA), Van der Sande (VVD), Lenards (VVD), Knops (CDA).

Plv. leden: Heemskerk (PvdA), Samsom (PvdA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Hessels (CDA), Vos (GroenLinks), Smeets (PvdA), Slob (ChristenUnie), Waalkens (PvdA), Herben (LPF), Van Winsen (CDA), Halsema (GroenLinks), Jager (CDA), Vergeer (SP), Van Haersma Buma (CDA), Bakker (D66), De Pater-van der Meer (CDA), Van Dam (PvdA), Van Beek (VVD), Dubbelboer (PvdA), Van den Brink (LPF), Luchtenveld (VVD), Buijs (CDA), Van Dijken (PvdA), Szabó (VVD), Aptroot (VVD), Ten Hoopen (CDA).

XNoot
2

Samenstelling:

Leden: Van der Vlies (SGP), ondervoorzitter, Vos (GroenLinks), Buijs (CDA), Van Beek (VVD), Schreijer-Pierik (CDA), voorzitter, Atsma (CDA), Oplaat (VVD), Mosterd (CDA), Waalkens (PvdA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Verbeet (PvdA), Van den Brink (LPF), Vergeer (SP), Tichelaar (PvdA), Ormel (CDA), Duyvendak (GroenLinks), Koopmans (CDA), Eerdmans (LPF), Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), Koomen (CDA), Boelhouwer (PvdA), Douma (PvdA), Dubbelboer (PvdA), Kruijsen (PvdA), Lenards (VVD).

Plv. leden: Slob (ChristenUnie), Vendrik (GroenLinks), Spies (CDA), Dezentjé Hamming (VVD), Mastwijk (CDA), Ten Hoopen (CDA), Hofstra (VVD), Samsom (PvdA), De Krom (VVD), Duivesteijn (PvdA), Herben (LPF), Van Heteren (PvdA), Van Lith (CDA), Van Gent (GroenLinks), Van Bochove (CDA), Van As (LPF), Van der Laan (D66), Gerkens (SP), Jager (CDA), Timmer (PvdA), Depla (PvdA), Fierens (PvdA), Verdaas (PvdA), Örgü (VVD), Veenendaal (VVD).

XNoot
3

Samenstelling:

Leden: Duivesteijn (PvdA), Hofstra (VVD), Buijs (CDA), voorzitter, Schreijer-Pierik (CDA), Van Gent (GroenLinks), Snijder-Hazelhoff (VVD), Depla (PvdA), Van Oerle-van der Horst (CDA), Van As (LPF), Van Bochove (CDA), Duyvendak (GroenLinks), Huizinga-Heringa (ChristenUnie), Koopmans (CDA), Gerkens (SP), Spies (CDA), Van Lith (CDA), Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), Fierens (PvdA), ondervoorzitter, Timmer (PvdA), De Krom (VVD), Verdaas (PvdA), Kruijsen (PvdA), Samsom (PvdA), Hermans (LPF), Veenendaal (VVD), Lenards (VVD).

Plv. leden: Crone (PvdA), Dezentjé Hamming (VVD), Mastwijk (CDA), Ormel (CDA), Halsema (GroenLinks), Örgü (VVD), Dubbelboer (PvdA), Hessels (CDA), Van den Brink (LPF), Knops (CDA), Vos (GroenLinks), Van der Staaij (SGP), Vietsch (CDA), Vergeer (SP), Sterk (CDA), Haverkamp (CDA), Koşer Kaya (D66), Boelhouwer (PvdA), Verbeet (PvdA), Balemans (VVD), Waalkens (PvdA), Van Heteren (PvdA), Roefs (PvdA), Varela (LPF), Oplaat (VVD), Van der Sande (VVD).

Naar boven