30 420
Emancipatiebeleid

nr. 105
GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID ARIB C.S. TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 88

Voorgesteld 27 november 2007

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de minister voor emancipatie heeft toegezegd, een internationaal vergelijkend onderzoek te doen naar de ontwikkelingen in de emancipatie in Nederland ten opzichte van de vele initiatieven in de ons omringende landen;

overwegende, dat de positie van allochtone vrouwen specifieke aandacht verdient;

constaterende, dat er geen beeld bestaat over de juridische positie en de onderwijs- en arbeidsparticipatie van allochtone vrouwen ten opzichte van dit beeld van allochtone vrouwen in andere Europese landen sinds 2004;

constaterende, dat er wel een vergelijkend Europees onderzoek bestaat inzake arbeidsparticipatie onder de autochtone vrouwen;

van mening, dat een dergelijk vergelijkend onderzoek een concrete aanpak doet stimuleren;

van mening, dat een dergelijk vergelijkend onderzoek naar de positie van allochtone vrouwen kan bijdragen aan het blootleggen van knelpunten daaromtrent;

verzoekt de regering om zo spoedig mogelijk een vergelijkend kwalitatief en kwantitatief onderzoek inzake de juridische positie en de onderwijs- en arbeidsparticipatie van allochtone vrouwen, met name Marokkaanse en Turkse vrouwen, te entameren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Arib

Hamer

Van Gent

Naar boven