nr. 24
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 mei 2008
U vraagt mij een reactie te geven op de uitspraak van Eurocommissaris
Dimas over de (on)mogelijkheid van een verbod op handel in producten van Kaapse
pelsrobben (08-LNV-B-49). Tevens vraagt u mij uiteen te zetten bij welke Europese
landen het aan draagvlak voor dit verbod ontbreekt. In deze brief ga ik in
op de uitspraak van Eurocommissaris Dimas, informeer ik u over de positie
van andere Europese landen en geef ik ten slotte mijn reactie hierop.
Uitspraak Eurocommissaris Dimas
Op 13 april 2008 heeft Eurocommissaris Dimas tijdens een Informele
MilieuRaad zijn intentie uitgesproken om een voorstel te doen voor een importverbod
op producten van zeehonden. De voornaamste zorg van Eurocommissaris Dimas
is de uitvoeringspraktijk van de zeehondenjacht. Theoretisch bestaat er een
diervriendelijke manier om zeehonden te doden, maar de praktijk wijst uit
dat zeehonden onnodig veel lijden1.
Het is nadrukkelijk een intentieverklaring van Eurocommissaris Dimas en
het betreft geen officieel overeengekomen positie van de Commissie. Momenteel
loopt er nog een onderzoek van de Commissie naar dierenwelzijn bij de zeehondenjacht.
Commissaris Dimas beoogt het verbod van toepassing te laten zijn op alle producten
van zeehonden, inclusief bont, huiden en gezondheidsproducten zoals vitaminen.
Een Europees importverbod zou kunnen gaan gelden in gevallen waarin derde
landen niet kunnen bewijzen dat producten afkomstig van zeehonden op een diervriendelijke
manier verkregen zijn. Het onderzoeksrapport zal samen met een mogelijk voorstel
halverwege juli gepresenteerd worden, alvorens het wordt ingediend bij de
Raad en het Europese Parlement.
Positie Europese landen
Veel Europese landen geven er de voorkeur aan om de uitkomsten van het
onderzoek van de Commissie af te wachten voor zij met een standpunt komen.
Sommige EU-lidstaten bedrijven zelf de zeehondenjacht. Nederland en België
hebben reeds werkbare maatregelen genomen en Duitsland overweegt onze lijn
te volgen.
Positie Nederland
Nederland is tegen de zeehondenjacht en heeft, evenals België, vooruitlopend
op de uitkomsten van het onderzoek van de Europese Commissie eigen maatregelen
genomen en een importverbod ingesteld op producten afkomstig van zadelrobben
en klapmutsen uit Canada. Zeer binnenkort treedt ook een importverbod in werking
voor producten afkomstig van Kaapse pelsrobben uit Namibië. Deze maatregelen
gaan verder dan verordening 83/129/EEC, die de import van jonge klapmutsen
en zadelrobben en producten daarvan in de Europese Gemeenschap verbiedt.
Ik ben blij dat Eurocommissaris Dimas aan een Europees verbod werkt, want
dat kan ons nationale verbod versterken. Als gevolg van ons importverbod voert
de Commissie namens Nederland en België een WTO-consultatie met Canada.
Canada vindt dat er geen wetenschappelijke basis of internationale wet is
die een dergelijk importverbod op producten van zeehonden rechtvaardigt.
De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
G. Verburg